Chinese run op Nederlandse babymelk lijkt voorbij

De Chinese run op Nederlandse babymelkpoeder ontstond in 2008 nadat 6 jonge kinderen overleden door het drinken van met melamine aangelengde babymelk. Dit zorgde voor wantrouwen naar babymelk van Chinese fabrikanten en veroorzaakte een hogere vraag naar babymelkpoeder uit andere landen. De zuivelindustrie in landen als Australië, het Verenigd Koninkrijk en Nederland profiteerden van de plotseling snel groeiende Chinese vraag.

In Nederland schommelt de marktwaarde van de babyvoedingsmiddelenindustrie tussen de 200 en 300 miljoen euro per jaar. Het gaat hierbij om alle voedingsproducten die gemaakt zijn voor kinderen in de leeftijd van 0 tot 4 jaar. Denk aan fruithapjes, maaltijden en sappen, maar de grootste categorie hierin is babymelk.

De export van babymelk uit Nederland steeg door het melamineschandaal explosief. In de eerste helft van 2017 stabiliseerde de groei van de export naar landen buiten de EU, waarmee de hause voorbij lijkt, aldus het ABN Amro-rapport.

Kwaliteitsslag

'Het voedselschandaal is al een paar jaar geleden en er is in China een kwaliteitsslag gemaakt. Bovendien heeft China de regelgeving op de verkoop van buitenlandse babymelkpoeder strenger gemaakt, waardoor het moeilijker en duurder is om deze producten op de Chinese markt af te zetten', aldus het sectorrapport.

De enorm vraag uit China zorgde ervoor dat de cijfers voor babymelkpoeder in Nederland de jaren na het babymelkschandaal vertekend waren. Het rapport voorziet aan de hand van actuele trends en ontwikkelingen een krimp van de markt voor babymelk.

Geboortecijfer

Het dalende geboortecijfer in Nederland is daarvoor een van de oorzaken. In 2016 zijn er met circa 172.000 baby's 7 procent minder baby's geboren dan tien jaar geleden. Bovendien geven Nederlandse moeders vaker en langer borstvoeding, blijkt uit TNO-onderzoek.

In 2010 gaf nog 18 procent van de moeders met een baby van zes maanden borstvoeding, in 2015 is dit percentage naar 39 procent gestegen. Een verdubbeling dus.

Deze stijging is onder meer te danken aan de inspanningen van het Wereldgezondheidsorganisatie WHO, die borstvoeding als eerste vorm van voeding ziet. De marketing van babymelk aan de allerjongsten is in Nederland dan ook aan banden gelegd.

Groeikansen

Het ABN Amro-rapport eindigt niet helemaal in mineur. Ondanks dat China geen makkelijke afzetmarkt is voor voedingsmiddelen liggen er nog wel groeikansen, ook voor babyvoeding. Door het schrappen van de een-kind-politiek in 2015 vanwege zorgen om de vergrijzing in het land, mogen ouders daar nu twee kinderen krijgen.

In 2016 steeg het aantal geboorten in China daardoor met 8 procent ten opzichte van 2015. Daarnaast is anders dan in Nederland het geven van borstvoeding in China veel minder gebruikelijk. Dat is gunstig voor de markt voor zuigelingenvoeding.