Ambitie Plantgezondheid vraagt breed draagvlak

'In discussies met maatschappelijke organisaties over middelengebruik beginnen we vaak met een 1-0 achterstand. Deze ambitie brengt daar verandering in. Daarmee laten we zien waar we naartoe willen en hoeven we niet steeds te reageren op negatieve berichtgeving over onze bedrijfsvoering', zegt Dirk Jan Beuling.

Beuling is akkerbouwer in het Drentse Eerste Exloërmond en namens LTO-vakgroep Akkerbouw betrokken bij het opstellen van de Ambitie Plantgezondheid. 'De media leggen veel nadruk op residuvrij product en teelt zonder emissies, maar deze ambitie is veel meer. Het gaat om een andere denkwijze.'

Kritische achterban

De ambitie vraagt een stevige inzet van de primaire sector, benadrukt Beuling. Hij weet dat de achterban kritisch is en dat er vraagtekens zijn over de gestelde mijlpalen.

'Het is uitdagend', erkent hij. 'Gelukkig is er in de keten het besef dat boeren en tuinders dit niet alleen kunnen. We hebben acceptatie nodig in de markt, de retail moet mee en dat geldt ook voor de overheid. Voor deze ambitie is breed draagvlak nodig en regelgeving die minder conservatief is dan het huidige beleid.'

Als het gaat om milieubelasting dan heeft de akkerbouw de laatste vijftien jaar flinke vooruitgang geboekt, vindt Beuling. Hij stelt dat dit een gevolg is van de verbeterde spuittechniek, meer aandacht voor emissie, een beter middelenpakket en het toepassen van beslissingsondersteunende systemen voor de bestrijding van ziekten.

Weerbare gewassen

De akkerbouwsector komt volgens Beuling dichter in de buurt van de gestelde ambities door teelt van gewassen die beter weerbaar zijn en het toepassen van groene middelen.

De akkerbouwer juicht het initiatief van de biologische sector toe om alleen nog aardappelrassen te telen die genetische weerstand bieden tegen phytophthora. 'Het is eigenlijk onvoorstelbaar dat we nog steeds Bintjes en Bildtstar telen. En eten.'

Voor de veredeling van robuuste rassen vindt Beuling dat er ruimte moet zijn voor moderne technieken als Crispr-Cas en cisgenese. 'Er is bij overheden weinig daadkracht om deze technieken nu eens goed te beoordelen. Dat geldt ook voor groene gewasbeschermingsmiddelen. Natuurlijk moeten de technieken en middelen veilig zijn, maar versnel in elk geval de toelatingsprocedure', luidt zijn pleidooi.

Plantaardige microbioom

Voor het weerbaar maken van teeltsystemen is Beuling geïnteresseerd in nieuwe ontwikkelingen, zoals het bemesten met micro-organismen of de toepassing van plantversterkers.

'We horen en lezen steeds meer over het plantaardige microbioom ofwel het stimuleren van de plantweerbaarheid. Het zou goed zijn als er voldoende budget is om hier meer onderzoek naar te doen en ook naar de werking van plantversterkers. We zijn nu vooral afhankelijk van de informatie van producenten.'

Alle maatregelen om minder afhankelijk te zijn van de chemie, verhogen de kostprijs. Dat is iets om rekening mee te houden, vindt Beuling. 'Het gaat om investeringen in nieuwe technieken, duurdere middelen of de teelt van tussengewassen als tagetes. We moeten onszelf niet uit de markt te prijzen. Verder mogen we ervan uitgaan dat de maatschappij bereid is om meer voor onze producten te betalen.'

De landbouwsector stelt zich met de Ambitie Plantgezondheid kwetsbaar op, concludeert Beuling. 'Om te kijken of we op de goede weg zijn, worden onze teeltsystemen regelmatig getoetst. Verder is certificering van onze productiewijze onderdeel van deze ambitie. Dat is nodig om onderscheid te maken op de markt en geeft ons een voorsprong ten opzichte van de concurrentie.'