Nederland kan zonder extra geld bij wereldtop biotech komen, denkt kabinet

Nederland heeft een sterke uitgangspositie in biotechnologie, schrijft het kabinet in het visiestuk. Er is veel kennis en bedrijvigheid op dat gebied. Door de veelheid aan toepassingen kan biotechnologie volgens de regering een grote bijdrage leveren aan de maatschappelijke opgaven waar Nederland voor staat.

Ook andere landen zien de potentie van biotechnologie. De Europese Commissie kondigde in maart 2024 aan om de concurrentiepositie rondom biotechnologie te willen versterken. Dit doet zij onder andere met een Europese Biotech Act en een Biotechnology en Biomanufacturing Hub2 ter ondersteuning van innovatieve bedrijven.

Ethische dilemma's

Het is in het belang van Nederland om het momentum in Europa rondom biotechnologie te benutten en voorop te blijven lopen, stelt de het kabinet. De Visie Biotechnologie zoekt naar een balans tussen de kansen die biotechnologie biedt en de veiligheidsvragen en ethische dilemma's die biotechnologie kunnen oproepen. De kansen veilig en verantwoord benutten staat volgens de regering centraal in de visie.

Volgens het kabinet moet er een goed evenwicht zijn tussen het bijdragen aan brede welvaart en het borgen van de veiligheid. Dat gaat over de veiligheid voor mens, dier en milieu en de nationale veiligheid. Daarbij zegt het kabinet ernaar te streven om risicovolle strategische afhankelijkheden te voorkomen of te verminderen. Bovendien vindt het dat keuzevrijheid, natuurlijkheid (genetische integriteit), rechtvaardigheid en legitimiteit ook moeten meewegen in beleidskeuzes.

Het kabinet denkt dat de plannen voorlopig geen extra budget vergen. Volgens het kabinet kan het onderzoeken van ruimte in huidige wet- en regelgeving en het gerichter inzetten van bestaande middelen op de korte termijn helpen invulling aan de visie te geven.

Thuismarkt

In het kader van een concurrerende economie wil het kabinet zich sterk maken voor het creëren van een sterk onderzoeks- en innovatieklimaat en voor een sterke thuismarkt. Daarnaast pleit het voor een aantrekkelijk(er) investeringsklimaat en een gelijk speelveld in de EU, met harmonisatie van regelgeving tussen de lidstaten waar mogelijk.

Het kabinet komt in het derde kwartaal van 2025 met een actieplan voor het halen van de doelstelling om 3 procent van het bruto binnenlands product aan onderzoek en ontwikkeling (R&D) te besteden. Dat wil de regering bijvoorbeeld doen door het stimuleren van private R&D-investeringen. Deze ambitie van 3 procent komt uit de Europese Lissabonstrategie van 2002, waarin dit streven voor het eerst is benoemd voor de hele EU.