Goed management zorgt voor beter broedei

Een perfecte broedeikwaliteit is de eerste stap naar een vitaal kuiken. Cruciaal hiervoor is het hen-haanmanagement, stellen experts Rienk van Oosten van ABZ Diervoeding en Rick van Emous van Wageningen Livestock Research.

Goed+management+zorgt+voor+beter+broedei
© Marcel Berendsen

'Een goed broedei is schoon, in een schone omgeving gelegd en heeft een gladde schaal', stelt verkoopmanager Rienk van Oosten van ABZ Diervoeding. 'Maar als een fantastisch ei niet is bevrucht, komt er niks uit. Het hen-haanmanagement is essentieel.'

Onderzoeker Rick van Emous van Wageningen Livestock Research gaat hierin mee. Hij deed verschillende praktijkonderzoeken en onderzocht onder andere het effect van tweemaal daags voeren. 's Ochtend en 's middags standaard foktoomvoer geven en splitfeeding toepassen: speciaal ochtend- en middagvoer geven voor de bevruchting en schaalkwaliteit.

Als een goed ei niet is bevrucht, heb je er nog steeds niets aan

Rienk van Oosten, verkoopmanager bij ABZ Diervoeding

Winst behalen

'Ouderdieren worden in tegenstelling tot leghennen vaak alleen 's ochtends gevoerd. Daar valt winst te behalen', zegt Van Emous. 'Uit eerdere onderzoeken weten we dat de meeste paringen in de namiddag plaatsvinden. Dat komt door biologische en fysiologische factoren, bijvoorbeeld zodat het sperma er niet door een ei wordt uitgeduwd.'

De onderzoeker legt uit dat paringen ontstaan door toevallige ontmoetingen. Daar is activiteit voor nodig. Van Emous: 'Bij één keer daags voeren zien we dat de dieren in de middag inactief zijn en alleen maar stilstaan.

'Door een derde van het hennenvoer aan het einde van de dag te geven, worden de hennen 's middags actief en ontstaat er reuring in de stal. De hanen hebben geen voer en springen op de hennen, waardoor de kans op bevruchting toeneemt', legt de onderzoeker uit.

Splitfeeding

Splitfeeding kan voordelen opleveren voor de schaalkwaliteit van broedeieren. Hennen leggen 's ochtends een ei en ovuleren daarna binnen een uur. De volgende eidooier komt los in het reproductiekanaal, waar het eiwit om de eidooier wordt gevormd. Hiervoor heeft de kip aminozuren en energie nodig.

In de namiddag en nacht wordt de eischaal gemaakt. Daar is calcium voor nodig. Maar een groot gedeelte van de voedingstoffen die de kip uit het voer haalde, zijn ondertussen al uit haar lichaam. De hen haalt daarom een deel van het calcium uit haar botten.

Tweede voeding voor calcium

'Door tweemaal daags te voeren, krijgt de kip in de namiddag nog een keer calcium. Daardoor hoeft ze geen groot aandeel uit haar botten te halen', zegt Van Emous.

'Dit heeft voordelen voor de levensduur van de hennen. Bij ouderdieren die tot zo'n 60 weken worden gehouden, zag ik in mijn experimenten in kleine hokjes bij onze proeffaciliteiten en in de praktijk weinig verschil tussen de eischaalkwaliteit van hennen die één keer daags of twee keer daags werden gevoerd', legt de onderzoeker uit.


Na alle inspanningen in de stal is een goede bewaring van schone broedeieren essentieel.
Na alle inspanningen in de stal is een goede bewaring van schone broedeieren essentieel. © Marcel Berendsen

'Als we ouderdieren voor meer duurzaamheid langer willen aanhouden, tot zo'n 65 à 70 weken, dan moet het verschil duidelijk zichtbaar worden. Op die leeftijd worden de hennen uitgedaagd en vermindert de schaalkwaliteit. Splitfeeding zou de hen dan ondersteunen. Dat zie je ook bij leghennen die tot 100 weken zitten, waar splitfeeding regelmatig wordt toegepast', zegt Van Emous.

Zowel Van Emous als Van Oosten adviseert om de dieren in de ochtend voer met veel eiwitten en aminozuren aan te bieden en 's middags calciumrijk voer te geven.

Hen-haanbalans

Ook het aantal hanen in de stal heeft invloed op het aantal bevruchte eieren. 'Hanen vormen maar een paar procent van een koppel, maar hebben een essentiële rol in de bevruchting', zegt Van Oosten.

'Je mag de hanen daarom niet vergeten. De interactie tussen de hennen en hanen moet kloppen. Zo moet de verhouding hen-haan in balans zijn en mogen de hanen niet te zwaar zijn voor de hennen.' Van Oosten adviseert om 7 tot 8 procent goede hanen in een koppel te hebben lopen.

Van Emous gaat nog een stapje verder.'Vroeger dachten we dat we met veel hanen moesten werken om veel bevruchtingen te krijgen. Als er een paar hanen uitvielen, liepen er nog genoeg rond. Tegenwoordig kijken we daar anders tegenaan.'

Minder hanen

De onderzoeker licht toe dat bij een start met veel hanen, er ook veel hanen verloren gaan door onderlinge competitie en gevechten. Hij adviseert daarom om met 4 tot 5 procent hanen te beginnen en dit percentage in de loop van de tijd op te hogen.

'Bij de start hebben de hanen een goede spermakwaliteit- en hoeveelheid, maar naarmate ze ouder worden neemt dit af. In de loop van de tijd zijn er daardoor meer hanen nodig om de bevruchting hoog te houden. Maar in het begin van de legperiode zijn veel hanen overbodig en veroorzaken ze alleen maar onrust', zegt Van Emous.

'In Turkije en Duitsland lopen proeven in praktijkstallen met bij de start 6 procent hanen in een koppel. Na 35 weken wordt nog 1 procent hanen toegevoegd. Ik geloof heilig in deze manier van werken.'

Paren

Dat de hennen minder last hebben van de hanen is een bijkomend voordeel. Hanen paren wel tien tot vijftien keer vaker dan nodig. Een hen slaat het sperma tot één week op in de cloaca, waar de follikels in een legreeks van circa een week worden bevrucht.

'Zeker in het begin is één keer per week paren voldoende', stelt de onderzoeker. 'Minder hanen betekent minder risico op beschadiging van de hennen. Dat wordt nog belangrijker als het behandelen van de achterste teen van hanen op termijn wordt verboden.'

Een goede broedeikwaliteit is dus niet alleen afhankelijk van genetisch goede ouderdieren. Er komt veel meer bij kijken om tot een perfecte broedeikwaliteit te komen.

Juiste manier van verzamelen en opslaan

Is de paring gelukt en legt de hen een bevrucht ei, dan is het belangrijk om het broedei op een juiste manier te verzamelen en op te slaan. Alleen dan heeft de kiem in het broedei de kans om uit te groeien tot een goed vleeskuiken. Hiervoor is het belangrijk dat de eieren schoon zijn en in een schone omgeving zijn gelegd. 'Als een ei vies is of in een vieze omgeving is gelegd, zitten er veel bacteriën op de eischaal', zegt Rienk van Oosten van ABZ De Samenwerking. 'Als het ei afkoelt, krimpt het ei in de schaal. Tijdens dit proces trekt er lucht naar binnen, maar kunnen er ook bacteriën mee naar binnenkomen. Het is daarom belangrijk dat de nestmatten schoon zijn en de eieren zo snel mogelijk, maar wel afgekoeld, via een schone eierverzamelplaats naar de bewaarplaats gaan.' Hoe snel de eieren verzameld moeten worden, is volgens hem lastig te zeggen. 'Het is vooral belangrijk dat ze tot de juiste temperatuur worden teruggekoeld om de kiem stil te krijgen en het eiwit zo goed mogelijk te houden. Gaan de eieren binnen een week in de broedmachine, dan is afkoelen naar 17 à 18 graden voldoende, maar worden ze langer bewaard dan is een temperatuur van 15 à 16 graden nodig om een goede broedeikwaliteit te behouden.' Ook de ventilatie in de bewaarplaats heeft effect op de broedeikwaliteit. 'Het is het beste als de containers 5 tot 10 centimeter van de muur en van elkaar af staan om een goede luchtbeweging te hebben en daarmee een goede ventilatie te krijgen. Zo blijft de temperatuur stabiel.'

Lees ook

Marktprijzen

Meer marktprijzen

Laatste nieuws

Nieuwste video's

Kennispartners

Meest gelezen

Nieuw op MechanisatieMarkt.nl

Meer advertenties

Vacatures

Weer

  • Maandag
    13° / 9°
    90 %
  • Dinsdag
    10° / 7°
    65 %
  • Woensdag
    9° / 6°
    85 %
Meer weer