Vroeg en vaak eggen of schoffelen in mais loont

Dat bleek onlangs ook op een demo in het Friese It Heidenskip georganiseerd door Deltaplan Agrarisch Waterbeheer, Ceres Horti Advice, enkele loonwerkers en het Praktijknetwerk duurzame Snijmaisteelt Veenweide.

Voor mechanische onkruidbestrijding in het algemeen geldt: hoe eerder en vaker, hoe meer succes. 'Eigenlijk moet je al tussen zaaien en opkomst een keer eggen. Als je het onkruid ziet, ben je soms al te laat. Zaadonkruid is makkelijker te bestrijden dan wortelonkruiden', zegt Den Herder.

Aanvulling

'Natuurlijk geeft beweging van de grond ook nieuwe onkruiden een kans, maar herhaald eggen werkt. Rond de langste dag eind juni kan dit wel één keer per week. Schoffelen is daarbij een aanvulling op het eggen. De rug die je met schoffelen in de rij legt, werk je met eggen weer vlak', legt Den Herder uit.

De adviseur ziet het liefst dat de kopakker van een maisperceel leeg blijft. 'Je bent met een eg veel meer aan het draaien op een kopakker, dus daar blijft minder van over.' Nog een tip: rij altijd dezelfde richting op bij herhaalde werkgangen. 'Anders loop je het risico dat je een onkruidplantje weer rechtop in het licht zet en hij na een tweede keer eggen weer verder groeit.'

Rijenfrees zonder aanaardkappen

Meest bijzondere machine op de demo is een rijenfrees van Baselier die eigenlijk bedoeld is om aardappelruggen te frezen. In een project van provincie Fryslân en enkele loonwerkers waaronder Loonbedrijf Buma in It Heidenskip werd de frees zonder aanaardkappen voorzien van beschermde goten die over de maisrij glijden.

De goten hebben veel weg van in de lengte opengewerkte pvc-pijpen die geheel onder de machine doorlopen. Hierdoor kan door de freeshaken opgewerkte grond niet op de maisplanten vallen.

Ook bij nat weer

Met een gang van 6 tot 8 kilometer per uur en vier rijen tegelijk wordt de grond tussen de rijen geheel zwart gemaakt. De goten kunnen over planten tot het zesde bladstadium – 20 centimeter – glijden. Voordeel ten opzichte van een wiedeg of schoffel is dat de frees ook bij nat weer is te gebruiken.

Indrukwekkend is de snelheid van 12 tot 15 kilometer per uur waarmee de Einböck Rotarystar door de mais scheurt zonder de planten te beschadigen. Deze eg bestaat uit verticaal roterende tanden die volvelds de grond fijn loswerken. De flexibele maisplanten blijven bijna ongeschonden achter.

Veel capaciteit

'Het is niet zo effectief als een wiedeg, maar heeft wel veel capaciteit', is de conclusie. De hoge snelheid dient ook om de druk te verlagen op de plant en bodem voor een mildere werking.

Andere uiterste is de wiedeg die met 1 tot 3 kilometer per uur door de mais wordt getrokken. Hier moet de capaciteit komen uit de werkbreedte, te krijgen van 3 meter breed tot halfgedragen 27 meter breed. Ook bij de wiedeg blijven de planten netjes staan. Den Herder: 'De tanden geven een druk tot maximaal 6 kilo. Maar zolang een maisplant niet knakt of omgetrokken wordt, herstelt hij zich.'