Zaadfirma's zien lichte uitbreiding van uienareaal

'Op basis van onze eigen verkoopcijfers verwachten wij dat ten opzichte van vorig jaar het teeltareaal met 6 tot 7 procent zal uitbreiden', zegt Bart Schriever, verkoopleider Benelux bij zaadfirma De Groot en Slot. Krimp van areaal ziet Schriever dus in het zuidwesten en in enkele teeltgebieden, zoals in de Haarlemmermeer, waar op lastige gronden gewenste opbrengsten soms niet worden gehaald.

'Vooral op de noordoostelijke zandgronden gaan uientelers weer meer inzaaien. Ook zien we iets van uitbreiding van het areaal in Oost-Brabant en Noord-Limburg', zegt Schriever. Hij wijst er overigens op dat de groei van het uienareaal niet zo groot zal zijn om de areaalkrimp van vorig jaar te compenseren. In 2021 was het areaal zaaiuien in Nederland ruim 30.000 hectare. Dat daalde vorig jaar met zo'n 10 procent tot iets meer dan 27.000 hectare. 'Dit jaar komen we ergens in het midden uit', verwacht de verkoopleider van De Groot en Slot.

Uienspecialist André Boot van zaadfirma Hazera is iets behoudender als het gaat om de uitbreiding van de teelt van zaaiuien in Nederland. 'Per saldo gaan we uit van 3 procent meer areaal, maar dat kan elke dag nog veranderen.' Boot schat de areaalkrimp in met name Zeeland op zeker 20 procent. Ook verwacht hij dat in Zuid-Limburg minder uien worden geteeld vanwege de beperkte mogelijkheden om water te geven tijdens het groeiseizoen.

Gelukzoekers

In Flevoland en Noord- en Zuid-Holland zal het uienareaal volgens Boot nagenoeg gelijk blijven. De grootste groei voorziet hij in de provincies Drenthe, Groningen en Friesland. Voor Oost-Brabant en Noord-Limburg spreekt hij over een lichte uitbreiding van 5 procent of iets meer. 'Verder zijn er ook dit jaar opnieuw gelukzoekers die gedreven door de hoge prijzen uien gaan telen. Twee jaar geleden zagen we dat ook: veehouders die uien in plaats van mais gaan zaaien. Vaak wordt dat geen succes.'

Namens Syngenta Seeds sluit Kees Jacobs, adviseur uienzaden in Nederland, zich aan bij de bevindingen van zijn collega's. Hoewel het volgens hem nog lastig is om een inschatting te maken, gaat hij uit van een areaalgroei van zo'n 5 procent. 'Inderdaad, de trend dat de uienteelt zich geleidelijk van het zuidwesten van de kleigronden verplaatst naar de oostelijke zandgronden gaat komend jaar ook door.'

De afgelopen vijf jaar ziet Jacobs in het zuidwesten van het land telers of volledig stoppen met de teelt van uien of overstappen op plantuien of de teelt van zaaiuien intensiveren. 'Vooral die laatste groep kiest vaak voor een kleiner areaal, maar ze investeren wel in druppelirrigatie of fertigatie om de teelt te optimaliseren.'

Hectares ingevuld met granen

Overigens verbaast het Jacobs enigszins dat de uitbreiding van het areaal zaaiuien niet zo groot is als twee jaar geleden. 'Met de huidige prijzen zou je dat wel verwachten. Maar in de bouwplannen zijn al veel extra hectares ingevuld met granen. Verder biedt ook de aardappelteelt op dit moment voldoende perspectief.'

Op enkele percelen na, die al eind februari en begin maart zijn gezaaid, moet de echte inzaai nog op gang komen. Het wachten is nu op beter voorjaarsweer, stelt Jacobs. Volgens Boot staan de eerste uien op de vroeggezaaide percelen al boven. 'Maar dat is echt een uitzondering. Het lijkt een laat voorjaar te worden.'

Beperkte rassenkeuze

Over de beschikbaarheid van zaaizaad zegt Boot dat de keuze voor rassen nu beperkt is. 'Wij hebben eigenlijk alleen nog zaad van wat latere rassen. Maar juist al het een laat voorjaar wordt, doen deze rassen het extra goed. Een laat ras heeft vaak meer tijd om goed loof te maken voor een goede bolinductie.'

De Groot en Slot heeft nog wel voldoende zaaizaad voor de late beslissers, zegt Schriever. 'Niet voor al onze rassen kunnen we nog zaad leveren. Maar we hebben gelukkig een ruim sortiment, waardoor er altijd nog wel wat keus over is.'