Belgische land- en tuinbouw probeert stand te houden

Het Belgische statistiekbureau heeft de eerste ramingen van het inkomen van de landbouwers voor 2020 aan de Europese Commissie (Eurostat) gecommuniceerd. Ten opzichte van 2019 is er sprake van uiteenlopende verschillen in productiewaarde tegen de basisprijs: +10,8 procent voor granen, -20,7 procent voor aardappelen, +22,2 procent voor fruit en -8,0 procent voor de varkenssector.

De plantaardige productie is met 5,4 procent toegenomen in vergelijking met 2019, een stijging die toe te schrijven is aan de graan- en tuinbouwgewassen. De eersten profiteerden van de opwaardering van de voornaamste graangewassen op de Europese markten. De prijsstijgingen (+19,3 procent) compenseren ruimschoots de daling van het productieniveau (-7,2 procent). Dit laatste wordt verklaard door de vermindering van de oppervlakte wintertarwe (-6,2 procent) en wintergerst (-8,8 procent).

De gevolgen van de covid-19-pandemie waren erg uiteenlopend binnen de landbouwsector. De sluiting van de horeca en de exportproblemen veroorzaakten vooral een prijsdaling bij de aardappelen. De daling van de globale prijzen (al dan niet gecontracteerd) zal om en nabij -19,7 procent bedragen. Statbel constateert een lichte terugval (1,2 procent) van het productievolume.

Fruit- en boomkweker

De productiewaarde van fruit kende een uitgesproken opwaardering. Tijdens de eerste lockdown was er een grote vraag naar Belgische aardbeien en de prijzen op de veilingen weerspiegelden dit met een stijging van maar liefst 32,4 procent. Ook de sector van de peren kende een opwaartse trend, meldt Statbel op zijn site. Door extreme warmte aan laattijdige vorst was de vruchtvorming van appelen een stuk minder gunstig.

In tegenstelling tot de producenten van fruit en groenten, konden de boomkwekers hun activiteiten niet doorzetten. De verkoop in gespecialiseerde winkels werd in eerste instantie beschouwd als niet-essentieel. De productiedaling van planten en bloemen wordt op -8,2 procent geschat voor 2020. Dankzij prijsstijgingen en subsidies bleef de productiewaarde van de bloementeelt relatief stabiel.

Afrikaanse varkenspest

De varkenssector stond dit jaar onder andere door de Afrikaanse varkenspest (AVP) onder druk. In september nog werden AVP-haarden vastgesteld in Duitsland met een negatieve impact op de prijzen. De kans op afzet van Duits varkensvlees buiten Europa werd immers erg ingeperkt.

De prijsdaling wordt op -11,3 procent geschat voor het hele jaar, terwijl het productievolume zou toenemen met 3,8 procent. De situatie in de rundvleessector is een stuk beter. De melkproductie steeg in de eerste zeven maanden met 3,7 procent. Dit hoger aanbod resulteerde in een prijsdaling van ruim 6 procent voor de producent.

Productiewaarde

Tot slot daalde de productiewaarde in de pluimvleessector voor gevogelte 6,5 procent en kende de productiewaarde van eieren daarentegen een stijging van +2,9 procent. De prijsdaling van zowel leg- als slachtkippen sinds april was bepalend voor de economische evolutie van de sector: over het hele jaar genomen zal het prijseffect -5,9 procent bedragen ten opzichte van 2019.