EU gaat regelgeving diertransporten herzien

De enquêtecommissie had vrijdag voor het eerst een hoorzitting en doet onderzoek naar misstanden bij diertransporten in en vanuit de Europese Unie. Tijdens de hoorzitting werden niet alleen vragen gesteld aan de adjunct-directeur-generaal, maar werden ook de standpunten van de verschillende politieke fracties in het Europarlement duidelijk.

Bury erkende dat lidstaten de wetgeving over diertransporten verschillend interpreteren en uitvoeren. Controles en boetebeleid zijn verschillend per land en het beleid wordt niet altijd goed uitgevoerd. De Europese Commissie kan, als er voldoende bewijs is, lidstaten hiervoor voor de rechter slepen. Ze noemde geen landen die het niet goed doen. Wel noemde ze Denemarken als land dat het goed op orde heeft.

Transport over zee

Zorgpunt in het Europees Parlement en ook van de Europese Commissie is vervoer naar landen buiten Europa en transporten over zee. De bedoeling is dat landen van bestemming zich ook houden aan Europese criteria en dat landen van herkomst daarop toezien, maar dat gaat regelmatig fout. Tijdens het debat werd meerdere keren het kapseizen van een schip met 14.000 schapen aangehaald voor de kust van Roemenië in november 2019.

Volgens het Roemeense parlementslid Daniel Buda van de christendemocratische fractie EVP mogen dit soort incidenten er niet toe leiden dat er geen transporten meer mogelijk zijn naar landen van buiten de Europese Unie.

Saoedi-Arabië

'Het vervoer naar derde landen is groot in volume en belangrijk', stelt Buda. 'Dat is misschien gelijk het gevoeligste punt, maar het is een realiteit die niet genegeerd mag worden. Als het transport van levende dieren naar bijvoorbeeld Saoedi-Arabië wordt opgeschort, is dat een groot probleem voor Europese boeren. Bovendien wordt dan het probleem niet opgelost. Saoedi-Arabië gaat de dieren dan uit andere landen halen. Daarmee wordt het welzijn van dieren niet verbeterd.'

Andere Europarlementariërs in de enquêtecommissie hebben juist vraagtekens bij dit soort verre transporten. De Oostenrijker Thomas Waitz (Groenen/EVA) bijvoorbeeld vindt dat de Europese Unie moet streven naar zo kort mogelijke transporttijden voor dieren. Hij is zelf biologisch boer. 'Is het transport van dieren naar het Midden-Oosten nou echt nodig? Op welke manier is de Europese Commissie bezig om juist regionale structuren op te zetten en regionale slachthuizen te ondersteunen?' wilde hij weten.

Goedkopere slachterij

Dat pleidooi kan op bijval rekenen van diverse andere Europarlementariërs, bijvoorbeeld van de Italiaanse christendemocraat Herbert Dorfmann. 'Moeten dieren echt door half Europa vervoerd worden voor die net iets goedkopere slachterij?', vroeg hij.

Volgens Bruny past het stimuleren van kortere transporttijden en het bevorderen van regionale structuren inderdaad bij het huidige beleid. Het past goed in de boer-tot-bordstrategie. Bruny: 'Maar tijdsduur is niet het enige aspect waar je naar moet kijken als het gaat over dierenwelzijn. Daar moet je meer zaken bij betrekken.'

Ongelijk speelveld

Diverse Europarlementariërs vroegen ook nog aandacht voor het ongelijke speelveld met landen buiten Europa. 'Dezelfde strenge eisen voor onze transporteurs moeten we ook opleggen aan derde landen die leveren aan landen in de Europese Unie'.

Het Deense liberale Europarlementslid Asger Christensen hoorde in zijn land dat transporteurs problemen ondervinden door juist streng beleid. Christensen is zelf veehouder. 'Transporteurs moeten ervoor zorgen dat het dier geen zichtbaar letsel heeft voordat het vervoer begint. Dat is in de praktijk onmogelijk. Het boetebedrag is enorm hoog voor kleine letsels. Misschien moeten we een deel van de verantwoordelijkheid hiervoor ook leggen bij de boeren en veeartsen', stelde hij.