Zuivelnoteringen trekken licht aan

De prijs van verse boter laat deze week een plusje van 2 euro zien en komt uit 257 euro. Volgens Valstar is dit een kortdurend gevolg van 'short selling'. Dat is een inkooptactiek waarbij de handel inspeelt op dalende boterprijzen.

De notering van vol verstuivingspoeder blijft steken op 255 euro. De mageremelkpoeders doen het beter. Daarvoor wordt 3 euro meer betaald. De notering komt uit op 188 euro. Mageremelkpoeder voor veevoederdoeleinden plust met 5 euro naar 178 euro. Er is deze week ook meer vraag naar weipoeder. Daar wordt 70 euro voor betaald, 4 euro meer dan vorige week.

Er is nog een redelijke vraag naar mageremelkpoeders vanuit Noord-Afrika, het Midden-Oosten en Azië. Producenten zijn vanwege logistieke problemen door het coronavirus ook nog bezig om poeders te verschepen die al eerder zijn verkocht. Er gaan nog geen poeders in de opslag.

Omdat er momenteel minder kaas wordt gemaakt, is er ook minder wei. Bovendien worden de productielijnen voor poeders vooral ingezet voor de productie van mageremelkpoeder, waardoor er minder weipoeder gemaakt kan worden. Dat drijft de prijs enigszins omhoog.

'Oliemarkt ontwikkelt zich dramatisch'

Toch is Valstar niet positief over de zuivelprijzen voor de middellange en langere termijn. 'De oliemarkt ontwikkelt zich momenteel dramatisch. Dat betekent dat landen die afhankelijk zijn van olie-inkomsten ongetwijfeld minder zuivel zullen afnemen.'

Daarnaast speelt de VS een agressieve rol op de zuivelmarkt, stelt de zuivelanalist. 'Poeders worden onder de prijs aangeboden.'

In Europa wordt goed gemolken. Volgens Valstar melken veel boeren nog even flink door, zolang de melkprijzen nog redelijk op peil zijn. Ook in de VS is de melkproductie goed. In Nieuw-Zeeland loopt het weideseizoen vanwege de grote droogte echter eerder ten einde dan anders.