Nog te weinig waardering voor duurzaam

Conservenfabrikant HAK is een van de eerste grote afnemers die zijn contracttelers meer gaan betalen voor producten die volgens de voorwaarden van PlanetProof worden geteeld. De meerprijs voor rodekool betreft 0,8 cent per kilo. Dit maakte Adri den Dekker, hoofd inkoop bij HAK, vorige week bekend tijdens het jaarcongres van Foodlog in Ommeren.

'Wij betalen de hogere prijs in eerste instantie uit onze eigen fabrieksmarge. Later hopen we dat te kunnen doorberekenen op onze afnemers', meldt Den Dekker. Hij legt uit dat HAK het belangrijk vindt dat telers voor hun inspanningen om de voedselketen te verduurzamen, beloond worden.

PlanetProof

Hoofdredacteur Dick Veerman van Foodlog vraagt zich af waarom juist een sterk merk als HAK ervoor kiest om ook het keurmerk PlanetProof te omarmen.

'Wij denken dat we hiermee ons merk meer lading meegeven', verklaart Den Dekker. 'Produceren en ondernemen met respect voor mens en natuur staan bij ons hoog in het vaandel. PlanetProof past wat dat betreft bij ons streven om nog meer onderscheidend te zijn.'

Positionering

Tijdens een sessie op het jaarcongres over de positionering van duurzaam voedsel in het winkelschap meldde retailspecialist Jan Seerden dat hij twijfels heeft over de meerwaarde van duurzaamheidslabels zoals PlanetProof.

'Een keurmerk zegt niks over een product en zorgt in het winkelschap niet voor onderscheidend vermogen', vindt de voormalig inkoopdirecteur van supermarktketen Edah. 'PlanetProof creëert geen waarde en is eigenlijk vooral een alibi voor de primaire sector.'

Initiatief van keten

Maar wat voegt het keurmerk 'On the way to PlanetProof' dan wel toe aan de verduurzaming van de voedselketen, wil gespreksleider Veerman weten van programmamanager Stefanie de Kool van SMK. 'PlanetProof is vooral een initiatief van de keten', stelt zij. 'Het geeft richting aan de verduurzaming en biedt handvatten om de landbouw minder afhankelijk te maken van de chemie.'

Met PlanetProof neemt de keten volgens De Kool de regie voor verregaande verduurzaming over van de overheid. Den Dekker van HAK voegt eraan toe dat het keurmerk niet eindig is, maar dat de voorwaarden steeds weer worden aangescherpt. 'Het is nooit af', concludeert hij. 'Vandaar ook het voorvoegsel 'On the way to….'

Albert Heijn

Vrijwel alle supermarktketens werken met PlanetProof. Alleen Albert Heijn kiest voor een eigen duurzaamheidsschema. Leon Mol, bij het concern Ahold Delhaize verantwoordelijk voor onder meer voedselveiligheid en duurzaamheid, mag van Veerman uitleggen waarom deze keuze is gemaakt.

'We doen wat we doen en willen op onze eigen manier iets toevoegen aan de keten. Ten opzichte van de meeste andere retailers hanteren wij een korte keten en kunnen we relatief gemakkelijk afspraken maken met onze telers over de manier van produceren.'

Gemiddelde consument

Albert Heijn gebruikt de inspanningen op het gebied van verduurzaming niet om onderscheidend te zijn in de markt, verzekert Mol. Hij denkt ook niet dat de gemiddelde consument zit te wachten op uitleg over duurzame teeltsystemen.

'Wij leveren producten die vertrouwd zijn voor de consument en onze producten voldoen steeds aan de toenemende eisen van de samenleving. Hoe dat precies gaat, hoeft de consument niet mee te maken.'

Premium

Retailconsultant Bart Fischer en ook Stefanie de Kool van SMK zijn het daar niet mee eens. De Kool pleit ervoor dat supermarkten duurzame producten als premium in hun schappen positioneren.

Fischer vindt dat supermarkten die zich op duurzaamheid willen profileren, de relevantie van keurmerken zoals PlanetProof zullen moeten verhogen. 'De relevantie bepaalt in hoeverre een consument bereid is om te betalen voor meerkosten die gemaakt worden voor minder milieubelasting in de teelt.'

Productielabels

Arne Bac, sectormanager tuinbouw bij de Rabobank, stelt voor om voedingsproducten in de winkelschappen te voorzien van productielabels. Net als bij energielabels kan het dan gaan om een classificatie van A tot en met bijvoorbeeld E, waarbij A staat voor zeer duurzaam en en E voor weinig duurzaam.

'Wellicht is dat een optie om de transparantie in het winkelschap te verbeteren en vooral ook duidelijk inzichtelijk te maken voor de consument', zegt Bac.