'GMO-regeling moet op de schop'
De GMO-regeling moet worden aangepast, zodat deze beter aansluit bij de mogelijkheden van Nederlandse telersverenigingen. Dat stellen directeur Richard Schouten en senior beleidsmedewerker Wim Rodenburg van de Dutch Produce Association (DPA). 'Het is bijzonder dat je als Nederlandse tuinbouwsector zo weinig met het beleid kunt.'
De Dutch Produce Association (DPA) uitte onlangs gemengde gevoelens over het toewijzen van 133 miljoen euro aan Europese subsidies aan telersorganisaties in het kader van de regeling voor gemeenschappelijke marktordening (GMO).
Enerzijds is DPA content dat telersverenigingen subsidie krijgen om zich te ontwikkelen, anderzijds constateert DPA dat vijf van de elf erkende producentenorganisaties in Nederland in 2018 hun GMO-erkenning hebben ingeleverd bij de Nederlandse overheid.
Subsidie
De GMO Groenten en Fruit is een regeling waarmee de lidstaten van de Europese Unie (EU) de ontwikkeling van deze sector willen stimuleren. Via deze regeling geeft de EU subsidie op investeringen en kosten. De regel is dat telersverenigingen de helft betalen, terwijl de andere helft via de subsidie wordt bekostigd.
Er gebeurt veel minder dan in potentie zou kunnen
Directeur Richard Schouten en senior beleidsmedewerker Wim Rodenburg van DPA vinden de teruggave van de erkenning een zorgwekkende ontwikkeling, die ze wijten aan een aantal factoren.
Administratie
Zo zijn er administratieve lasten en risico's. 'De erkenning is een zwaar traject en gaat gepaard met veel administratie', zegt Schouten. 'Daarvoor moet een producentenorganisatie ongeveer driehonderd bijlagen inleveren. Dat betekent dat twee medewerkers bijna voltijds met de erkenning bezig zijn.' De risico's bestaan onder meer uit de onzekerheid over de toekenning van de subsidie voor investeringen.
Om aanspraak te maken op GMO-subsidie, moet een organisatie een meerjarig operationeel plan indienen. Ook daarvoor moeten veel gegevens worden verzameld en dat kost opnieuw arbeidskracht.
Nationale strategie
De mogelijkheden binnen de subsidie zijn vastgelegd in een nationale strategie. De inhoud daarvan wordt bepaald door de minister van Landbouw. Een lidstaat van de Europese Unie kan zo zelf prioriteiten bepalen en daar invulling aan geven. In de nationale strategie staan doelen voor duurzaamheid, marktgericht produceren en versterking van de afzetstructuur.
In 2016 is de nationale strategie voor het laatst aangepast en sindsdien knelt de GMO, vinden Rodenburg en Schouten. In de doelstellingen van de GMO staat bijvoorbeeld dat subsidie wordt gegeven op acties gericht op 'improvement'. Dat wordt in deze context vertaald als vernieuwing en niet als verbetering.
Verbetering positie
'Dat luistert heel precies', zegt Rodenburg. 'Veel acties die de producentenorganisaties doen, zijn gericht op verbetering van de positie van de producentenorganisatie en haar leden, maar die acties zijn lang niet altijd als compleet nieuwe actie te zien. Helaas wordt juist dat heel streng uitgelegd in Nederland.'
Gevolg is dat Nederland mogelijkheden laat liggen, vindt Schouten. 'Er gebeurt veel minder dan in potentie zou kunnen. In het buitenland werken ze met dezelfde regelgeving, maar toch zitten wij met een ander pakket aan mogelijkheden.'
Samenwerking
Voor een deel verklaart DPA dat verschil doordat de Nederlandse sector in een aantal opzichten voor loopt op het buitenland. 'Een van de doelen van de GMO is om meer samenwerking en organisatie in de keten te krijgen, zodat telers sterker staan', zegt Rodenburg.
'In Nederland is de organisatiegraad van de sector veel hoger dan het Europese gemiddelde, ongeveer 50 procent van de productie. Al is dat formeel niet meer het geval volgens de definitie van de Europese Unie. Die rekent alleen de GMO-erkende telersverenigingen mee.'
Korte keten
'De keten is hier al kort', gaat Schouten verder. 'We zijn van een sector die vooral verkoopt via een veilingklok, gegaan naar voornamelijk verkoop via bemiddeling en contracten', zegt hij.
'In de huidige moderne tuinbouw ben je partner van je afnemer, maar dat past niet in de EU-regeling en daarom moet de regeling worden aangepast. Het is bijzonder dat je als Nederlandse tuinbouwsector zo weinig met het beleid kunt, terwijl de sector zo veel investeert.'
Vijf jaar
De nationale strategie wordt voor vijf jaar vastgelegd. De voorbereidingen voor de nieuwe periode zijn in volle gang. Schouten hoopt dat de regeling wordt aangepast.
'We spreken al jaren met de overheid om de situatie voor onze leden te keren. Minister Carola Schouten (LNV) heeft gezegd dat ze zich zelf met het dossier gaat bezighouden. Op de lange termijn zal dat hopelijk veranderingen en aanpassing in de regelgeving teweegbrengen, zowel in Brussel als in Nederland.'
Korte termijn
Daarnaast is er op korte termijn aanpassing nodig, vindt de directeur van DPA. 'Op korte termijn moeten de nationale strategie en de interpretatie van de Europese regels zo worden aangepast dat er een gelijk speelveld ontstaat met de andere landen. Dat is nu niet het geval. Mochten alle telersverenigingen gebruikmaken van de regeling, dan is Nederland jaarlijks goed voor ruim 90 tot 100 miljoen euro aan Brussels geld.'
Bekijk meer over:
Lees ook
Laatste nieuws
Nieuwste video's
Kennispartners
Meest gelezen
Nieuw op MechanisatieMarkt.nl
-
Massey Ferguson 5S.125 Dyna-4 Efficient
Nieuw, P.O.A.
-
Gewichtblok 450 KG ECO
Gebruikt, P.O.A.
-
Massey Ferguson 7618 Dyna-6
2012, P.O.A.
-
Kubota M7131
Gebruikt, P.O.A.
Vacatures
Projectmedewerker BoerenNetwerk - Zet je in voor natuurinclusieve landbouw!
Wij.land - Abcoude (De Ronde Venen)
Onderzoeksassistent maisteelt
Wageningen University & Research - Lelystad
Docent veehouderij
Landstede MBO - Raalte
Meewerkend bedrijfsleider (m/v) op een modern en ondernemend melkschapenbedrijf
ATT Agro - Den Burg, Texel
Bestuurslid met voorzitterskwaliteiten
Coöperatie Natuurrijk Limburg - NL
Weer
-
Zaterdag4° / 0°90 %
-
Zondag15° / 6°85 %
-
Maandag13° / 9°90 %