'Maatschappij ziet toegevoegde waarde veehouderij niet'

Van een kleine sector met een nichemarkt en een hoge aaibaarheidsfactor naar één die langs de grote drie sectoren varkens, kippen en runderen ligt, onder meer bij het onderzoek naar de gezondheid van omwonenden. De afgelopen tien jaar is de geitenhouderij flink veranderd. De Q-koorts zorgde daarbij voor een keerpunt.

Ook wanneer een sector minder onder vuur ligt is communicatie een must

Voorzitter Jos Tolboom van de vakgroep Melkgeitenhouderij

De geitensector staat wel in de belangstelling?

'Ja, enkele jaren terug zou niemand eraan hebben gedacht om te kijken naar het effect van geitenbedrijven op de gezondheid van omwonenden. Nu dus wel. Dit komt mede door de Q-koorts-crisis.'.

Ook dierenwelzijn is een punt, de NVWA gaf onlangs aan extra te controleren op bokkenopfok.

'Hier ligt een belangrijke verantwoordelijkheid voor de sector. We moeten met elkaar de NVWA zo min mogelijk aanleiding geven tot aanmerkingen.

'Het onlangs opgestelde Plan van Aanpak maakt geitenhouders zich meer bewust zijn van de gezondheid en het welzijn van deze bokjes. Hun handelen heeft grote gevolgen voor de gezondheid van het bokje bij de bokkenmester.'

Zie je wat veranderen?

'Vooropgesteld: voor veel bokkenmesterijen gaat het goed. We verwachten en horen dat steeds meer geitenhouders hun bokken zelf afmesten, terwijl sommige professionele bokkenmesters er juist mee stoppen.'

Wat zijn je ambities als voorzitter?

'Ik hoop dat er een dag komt dat we minder reactief bezig hoeven te zijn. Dat meer wordt gekeken naar de toegevoegde waarde van de veehouderijsector. Onder meer als verwerker van bijproducten. Wat vroeger de schillenboer deed, afval ophalen voor varkens, gebeurt nu op grote schaal bij bedrijven als Unilever en Suikerunie.

'Het principe is nog steeds hetzelfde; de veehouderij heeft een enorme toegevoegde waarde. Dit in tegenstelling tot wat sommigen zeggen: verspilling. Veehouderij op basis van reststromen past prima binnen de circulaire economie, voor velen een ideaalbeeld.'

Die toegevoegde waarde wordt niet gezien?

'Dat besef is op veel plekken afwezig. Jammer, juist daarmee ligt de acceptatiegraad van de geitenhouderij hoger. De verbreding van de snelweg A1 is niet goed voor de gezondheid van omwonenden in mijn dorp. Het nut wordt wél gezien, de verbreding wordt omarmd.

'Bij onze sector nemen enkele provincies gelijk drastische maatregelen wanneer er een link wordt verondersteld tussen geitenbedrijven en de gezondheid van omwonenden, zonder dat er een oorzakelijk verband is aangetoond.

'Dit is voor mij een teken dat die toegevoegde waarde van de geitenhouderij onvoldoende wordt erkend. Hier ligt werk, dit geldt voor bijna de hele veehouderij.'

De Duurzame Geitenzuivelketen werkt ook aan dit imago?

'Ja, dit initiatief van LTO en de Nederlandse Geitenzuivel Keten heeft twee poten. De ene is een vorm van communicatie richting de buitenwacht. Dat is altijd belangrijk, ook wanneer de sector minder onder vuur ligt. Be good and tell it!

'Bij de andere poot gaan we aan de slag met het verduurzamen van onze bedrijven. Ondernemers kunnen darvoor punten scoren. Hier beginnen we nu aan een nulmeting. De thema's zijn door boeren en anderen die werkzaam zijn in de zuivel ingevuld. Het duurzaam ontwikkelen versterkt ook het imago, het mes snijdt aan twee kanten.'

• Bekijk ook: GGD-rapport verandert niets voor Overijsselse geitenhouders