Pachters zijn aan zet op Kampereiland

Op het Kampereiland gaat een vrijwillige kavelruil van start. Dat is geen sinecure. Door de bijzondere eigendomstructuur wordt het een complexe operatie, verwachten bestuurders. Maar eerst moeten de pachters aangeven hoe zij hun toekomst zien.

Pachters+zijn+aan+zet+op+Kampereiland
© Ruud Ploeg

Primaire aanleiding voor het kavelruilproces zijn de waterveiligheidsmaatregelen in het gebied. Om tegemoet te komen aan de gevolgen van klimaatverandering worden dijken op hoogte gebracht of deels verlegd. Ook wordt nagedacht over mogelijke waterberging in combinatie met natuurontwikkeling. Dit gaat allemaal ten koste van landbouwgrond en kan investeringen in boerenbedrijven hinderen.

Daarom willen de Stadserven, als eigenaar van het gebied, waterschap Drents Overijsselse Delta, provincie Overijssel en gemeente Kampen agrarische structuurverbetering koppelen aan compensatie voor deze ingrepen.

Samenwerking

Omdat diverse veldkavels toch al van gebruiker wisselen, vormt het dijkaanpassingsproject volgens de initiatiefnemers een kans om het ruilproces in het hele gebied op gang te brengen. Ook overige gronden van pachters aan de randen van het Kampereiland kunnen in de kavelruil worden betrokken. Daarnaast behoort het stimuleren van samenwerking tussen pachters tot de mogelijkheden.

Om een ruiltraject in gang te zetten is grond nodig. Daarbij kunnen potentiële beëindigers een sleutelrol spelen. Die houden echter sinds de invoering van de nieuwe pachtwetgeving veelal hun grond vast. Ze hoeven immers niet meer met hun 65e te stoppen met boeren.

Een anonieme enquête in 2013 leverde op dat zo'n 15 procent van de bedrijven overweegt de komende vijftien jaar te stoppen. De vertrouwenspersoon zal dan zeker ook inventariseren welke bedrijven dat betreft.

Geknabbeld

Ook voorzitter Kor van Dijk van de pachtersbond Kampereiland ziet de noodzaak tot structuurverbetering. 'In het gebied is sprake van mozaïekverkaveling en grillige perceelgrenzen. De bedrijven blijven zo achter in landbouwstructuur.'

Tegelijk wordt telkens aan het gebied geknabbeld, stelt Van Dijk vast. 'Eerst was het de aanleg van de N50, nu de dijkverhoging en later nog misschien waterberging. Dat kost grond en boeren willen daarvoor compensatie. Maar compensatiegrond is er niet. Ook krijgen pachtbedrijven die willen ontwikkelen dat moeilijk gefinancierd omdat ze geen grond als onderpand in eigendom hebben.'

In de ogen van Van Dijk moet er daarom meer gebeuren dan alleen een kavelruil. 'Juist omdat het een 'gesloten' gebied is, moet je er wat bijzonders voor doen. We zullen dan ook heel duidelijk moeten kijken of bedrijven zijn samen te voegen. Zo creëer je perspectief voor ondernemers die willen doorgroeien met hun bedrijf. En het is fiscaal ook aantrekkelijk.'

Een proef in 2004 met samenwerking tussen acht bedrijven was volgens hem een mooie eerste aanzet. 'Vanuit die ervaring zou je dat opnieuw kunnen oppakken. Voordeel is dat er nu door de compensatie meer geld beschikbaar is voor dit soort activiteiten.'

Wens

Volgens Van Dijk is de tijd ook rijp voor gebiedsontwikkeling op het Kampereiland. 'Er is een duidelijke wens in het gebied om de landbouwstructuur aan te pakken. En de overheden willen meewerken. De sneeuwbal moet nu gaan rollen. Het zal spannend worden of dat ook gaat lukken.'

Van Dijk vindt dat verpachter en ook overheden moeten blijven investeren in het gebied. Hij wijst er fijntjes op dat de pachtprijs op het Kampereiland inmiddels flink is opgetrokken. 'Er ligt budget klaar, maar ook dat extra geld moet in het gebied terechtkomen.'

Rentmeester Mireille Blokhuis van De Stadserven beaamt dat zij als verpachter wil investeren, maar noemt haar rol beperkt. 'Je zou wensen dat er meer doorstroming komt op de bedrijven, maar de nieuwe pachtregels maken dat niet makkelijker. Het is daarom aan de pachters zelf om het voortouw te nemen. Bijvoorbeeld op het gebied van samenwerken of de overdracht van grond. Wij kunnen vooral faciliteren.'

Blokhuis hoort geregeld dat grond voor veehouders zo belangrijk is, zeker met het nieuwe fosfaatbeleid. 'Maar dan denk ik gelijk: ja, en nu? Ik kan pachters niet dwingen. Stoppers bepalen binnen de huidige beleidsregels zelf wie welke grond krijgt toebedeeld en of ze blijven wonen op het bedrijf.'

Waterbewust

Als het aan Blokhuis ligt wordt het Kampereiland waterbewust ingericht, waarbij boeren compensatie krijgen voor het verlies aan grond . Ze verwacht ook dat de opbrengst daarvan wordt geïnvesteerd in het gebied. 'Het wordt een schuifspelletje met een leeg vakje. Alleen moet dat vakje zich nog vormen. Alles wat je verder nog wilt in het gebied valt of staat met hoeveel grond beschikbaar komt.'

Voor afdelingsbestuurder Willem Jan Visscher van LTO Noord West-Overijssel is de aanleg van een lokale grondpot bespreekbaar. 'Mits er een goede beëindigingsvergoeding komt. Bij de bedrijven is een groeiende behoefte aan meer grond.'

Toch verwacht Visscher niet dat alles op korte termijn is geregeld. 'Het kan wel eens lang gaan duren, juist omdat de situatie zo complex is. Als boeren bijvoorbeeld extra grond willen pachten, moet daar een vergoeding aan pachtrechten tegenover staan. Maar de discussie over wat voor bedrag dat moet zijn, is nog niet afgerond.'

Volgens Visscher is er een taak weggelegd voor de Stadserven. 'Bedrijfsontwikkeling is hier altijd lastig geweest, ook omdat er maar één eigenaar is. Stadserven heeft een rol om de grond die beschikbaar komt eerlijk te verdelen. Anders geldt het recht van de sterkste.'

Bekijk meer over:

Lees ook

Marktprijzen

Meer marktprijzen

Laatste nieuws

Nieuwste video's

Kennispartners

Meest gelezen

Nieuw op MechanisatieMarkt.nl

Meer advertenties

Vacatures

Weer

  • Zaterdag
    4° / 0°
    90 %
  • Zondag
    15° / 6°
    85 %
  • Maandag
    13° / 9°
    90 %
Meer weer