Ruimte, voor wie?

De ganzen zitten hier graag omdat het een open gebied is dat grenst aan een natuurgebied met een grote waterplas om veilig te overnachten en de boeren verbouwen smakelijk gras.

Maar hoeveel er soms lopen? Geen idee. Ik heb wel eens geprobeerd om een schatting te maken op basis van dichtheid en oppervlakte, maar dat leverde onwaarschijnlijk grote aantallen op.

Nu las ik in een regionaal weekblad een artikel over natuurwaarnemingen. Mijn oog viel op de kop 'Weilanden Meddose Veld populair' en in het artikel stonden de exacte aantallen. Op 9 januari 2016 liepen er 6.874 ganzen in de weilanden. Dit zijn er nog meer dan ik durfde te schatten.

Dat ze er lopen is niet zo erg, maar ze vreten de boel kaal en ze laten nogal wat mest achter. Nu was het gras nog vrij lang en kon een beurt geen kwaad, maar zo kort als de ganzen het maken, daar kan de lokale schaapherder niet tegenop.

Ik heb een berekening gemaakt van de grasopname van 6.874 ganzen. Hierbij ga ik ervan uit dat ze per kilo lichaamsgewicht net zo veel eten als pinken. Dan kom je op een drogestofopname van 344 kilo per dag.

Als je dit weet, dan kun je ook uitrekenen hoeveel eiwit, en dus stikstof, ze meenemen. Omgerekend kom ik dan aan 41 kilo kunstmest (KAS) die de ganzen per dag opnemen.

Ik wil dat graag weten omdat ik benieuwd ben naar de de hoeveelheid stikstof die ganzen achterlaten in oppervlaktewater en natuurgebieden. In het kader van het project 'Vruchtbare Kringloop' zijn er veel stikstofmineraalmonsters genomen en daaruit blijkt dat er in het najaar meestal maar weinig stikstof overblijft. Het zou logisch zijn dat het oppervlaktewater dan ook vrij schoon moet zijn.

Nu schijnt de waterkwaliteit niet veel meer te verbeteren, maar wat is daar dan de oorzaak van? Hierbij wordt dan snel naar de landbouw gewezen, maar als je al die ganzenmest in Nederland eens bij elkaar optelt en je deelt de helft door natuurgebieden en oppervlaktewater, dan komt daar een flinke portie stikstof in.

Ik schrijf dit omdat ik me zorgen maak over de beperkingen die het mestbeleid ons oplegt. Met de Kringloopwijzer en de stikstofmineraalmonsters tonen we duidelijk aan dat de verliezen nog minimaal zijn en dat zou beloond moeten worden met een ruimere norm. Voor de ganzen gelden toch ook geen beperkingen?