‘Niet het onderste uit de kan halen’

Later begon Visser mee te helpen. Hij volgde de MAS in Doetinchem en CAH Vilentum in Dronten. Daarna ging Visser aan het werk in de mengvoersector. Nu is hij bijna twee jaar actief als vertegenwoordiger bij een melkwinningsbedrijf. Hij leerde zijn vriendin in Dronten kennen. Zij werkt bij CRV.

Twee dochters

De Wentinks hebben twee dochters, die geen interesse hebben in het melkveebedrijf. Visser liet na een stage doorschemeren dat hij het jammer vond dat het bij die stage bleef en dat hij niet verder kon op het stagebedrijf. Het idee ontstond om het melkveebedrijf over te doen aan hun buurjongen. ‘Onze dochters zijn er positief over’, vertelt Henny Wentink. ‘Maar je moet dit goed overleggen, anders gaat het mis.’
Visser ging in 2009 met de familie Wentink in maatschap. Hij wil het bedrijf geleidelijk overnemen, op dezelfde wijze als bij de overdracht van vader op zoon, dus tegen de agrarische waarde. ‘Je moet niet het onderste uit de kan willen halen, want dan wordt het nooit wat’, stelt Gert Wentink.
Sinds kerst vorig jaar melken Wentink, Visser en Feddema zeventig koeien in een 2x14 zij-aan-zijmelkstal van DeLaval in een splinternieuwe ligboxenstal. ‘De maatvoering van de oude stal was verouderd’, licht Visser toe. Een flinke uitbreiding van de oude stal was niet mogelijk in verband met een zandweg en het woonhuis. Ook is het uitbreiden met een aantal spanten relatief duur. Het jongvee krijgt een plek in de oude ligboxenstal.
Het viertal nam anderhalf jaar geleden ammoniakrechten over van een bedrijf in Halle, waar ook de pinken staan en waar ze het voer krijgen van 10 hectare grond. Door de aankoop verleende provincie Gelderland de Natuurbeschermingswetvergunning vrij vlot voor 180 melkkoeien en 120 stuks jongvee. ‘We hebben weinig last van Natura 2000-gebieden’, zegt Visser.
‘We hebben de stal zelf getekend’, vertelt Visser. De aanschaf van een melkrobot was niet aan de orde, omdat het bedrijf voldoende mensen heeft die kunnen melken. ‘Ook zijn we met een gewone melkstal flexibeler in het aantal stuks vee. Verder is de investering lager. Nu kun je 140 koeien in anderhalf uur melken’, vertelt Visser.
Bovendien brengt een melkrobot jaarlijks meer kosten met zich mee. ‘Ook kun je goed weiden. Dat is toch heel anders dan bij een automatisch melksysteem’, vindt de ondernemer. Volgens Wentink ben je ook meer gebonden met een melkrobot.
De melkstal is uitgevoerd met een beweegbare vloer in verband met het lengteverschil van de melkers. ‘Je hebt dan dezelfde houding tijdens het melken, dus is het ergonomisch beter’, legt Visser uit.
De beloopbaarheid vormde de belangrijkste reden om te kiezen voor een vloer van gietasfalt. ‘Je ziet regelmatig emissiearme vloeren, waarop de koeien niet goed lopen’, stelt Visser. De gladheid is afhankelijk van of de vloer te droog is en er zich een glad laagje kan vormen en heeft ook te maken met de stalbezetting. Mogelijk gaan de veehouders water of dunne fractie toepassen, mocht de vloer te glad worden.
De Achterhoekers hopen dat de beloopbaarheid van de vloer goed blijft. ‘Maar garanties voor tien jaar hebben we niet.’
De roestvrijstalen giergoot in het midden van de asfaltvloer is een vinding van Feddema’s vader, die in de staalbouw actief is, en van de aannemer. De goot heeft een ruitvorm en daarbovenop een sleuf, waarin het touw van de mestschuif ligt.

Maatlatstal

In verband met de ruimte was het redelijk eenvoudig om een Maatlatstal (MDV) te maken. Dit biedt fiscale voordelen. Alleen aan de voor- en achterzijde van de stal zit een mestkelder. De vloer van gietasfalt is niet onderkelderd.
De vulling van de ligboxen bestaat uit een kalkstromengsel met daaroverheen de dikke fractie van de gescheiden mest. Ervaring moet uitwijzen met welk boxstrooisel de melkveehouders doorgaan. Visser geeft aan het mengsel met kalk en stro aan de dure kant te vinden.
De investering bedraagt 4.500 euro per koeplaats. Dit is inclusief de melkstal en -installatie en melktank. Er is bespaard op de kosten door veel in eigen beheer te doen. Dit geldt onder andere voor de spanten, de gordingen en de giergoot van de vloer.
Dit jaar wil het viertal honderd koeien gaan melken. Geleidelijke groei is het doel. De ondernemers voelen zich hierbij niet geremd door de huidige melkprijs. ‘Maar dit kost wel 10.000 euro per maand.’