Abma knokt voor kippenstal Den Ham

Tienke WoudaAbma kocht de pluimveelocatie in Den Ham in 1999. In 2006 bouwde hij er een vierde stal bij. Op de locatie, 15 kilometer ten noordwesten van de stad Groningen, houdt de hij 140.000 vleeskuikens van het ras Ross 308. Daarnaast heeft hij 50.000 vleeskuikens in Tolbert.
Met de nieuwe stal van 2.000 vierkante meter groot wil Abma de leefruimte van het huidige aantal vleeskuikens vergroten. ‘Ik wil graag voorop blijven lopen, in de kopgroep van pluimveehouders. Dat betekent dat ik mijn bedrijf dusdanig ingericht wil hebben dat ik altijd aan de nieuwst gevraagde afzetconcepten kan meedoen. De trend is een lagere dierbezetting per vierkante meter en een langere cyclusduur. Enkele concepten werken al met een meer dan 30 procent lagere bezetting.’
Om het bedrijfseconomisch aantrekkelijk te houden moet het huidige dieraantal gehandhaafd blijven, is de overtuiging van Abma. ‘De opbrengstprijs is weliswaar iets hoger, maar er staan meer kosten tegenover. Duurzaam ondernemen vraagt ruimte.’
Gemeente Zuidhorn moet voor de nieuwe stal in Den Ham het bestemmingsplan buitengebied wijzigen. Dat is tegen het zere been van provincie Groningen.
Volgens de provincie doet uitbreiding van het bedrijf afbreuk aan de beleving van Middag Humsterland als gaaf cultuurhistorische waardevol en kleinschalig landschap. Het feit dat het aantal dieren niet toeneemt, doet hier niet aan af, vindt de provincie.
Gemeente Zuidhorn vindt echter dat Abma zich duurzaam ontwikkelt, met alle aandacht voor maatschappij en omgeving, binnen de gestelde provinciale en gemeentelijke kaders.
Abma is teleurgesteld in de houding van de provincie. ‘Het doet mij pijn dat de provincie, zonder dat ik wil uitbreiden, mij zo dwars zit. Ik merk aan alles dat het anders moet. Iedereen heeft de mond vol van meer ruimte voor kippen. Daaraan wil ik voldoen door voor te lopen in duurzaamheid en oog te hebben voor kwaliteitsverbetering. Dan moeten ze mij ook de ruimte geven om te kunnen ontwikkelen.’
Volgens Abma zit hij ruimschoots onder de normen voor een traditioneel kippenbedrijf. ‘Het gaat hartstikke goed. We scoren goed met een laag antibioticagebruik en een zeer lage voetzoollaesiescore.’
Maatschappelijk verantwoord ondernemen is de ondernemer op het lijf geschreven. Zo liet hij anderhalf jaar geleden zonnepanelen op de schuren in Tolbert en Den Ham plaatsen. ‘Het rendement is heel gewoon. Maar we zetten door. Het kan niet zo zijn dat ik van alles wil en daar niets tegenover staat.’
Daarnaast investeerde hij enkele jaren geleden in een houtkachel. Ook roept hij bij iedere uitbreiding de buurt bij elkaar om zijn plannen te bespreken. ‘De mensen waarderen het enorm dat ze er vooraf bij betrokken worden. Natuurlijk blijven er buren die het niet leuk vinden, maar ze hebben altijd wel veel begrip voor mijn plannen en bedrijfsvoering. Dit komt ook omdat ik hen er vroegtijdig bij betrek.’
Om meer grip te krijgen op een nog sterker kuiken kocht hij eind vorig jaar een pluimveehouderij in Oldekerk waar hij 35.000 moederdieren wil gaan houden. Ook hier lichtte hij omwonenden over in. ‘Het totaalconcept spreekt mij enorm aan. De eieren zijn onlangs in de broedmachine gegaan. Ik begin weer van vooraf aan. Dat is lastig. Gelukkig heb ik een heel team van de broederij, de Ross-fokorganisatie, de voerleverancier en de dierenarts om mij heen.’

Museum

Hoewel er dus aan de ene kant wel mogelijkheden blijven om zijn bedrijf te ontwikkelen, gooit de provincie de deur aan de andere kant dicht. ‘De intensieve veehouderij ligt in het provinciehuis van Groningen ontzettend gevoelig. De provincie moet oppassen dat ze van Middag Humsterland niet een groot museum maakt.’
Als de stal niet kan worden gebouwd, betekent dat volgens Abma dat het niet verantwoord is om aan de nieuwste marktconcepten mee te doen. ‘Dan moet ik doorgaan met het huidige traditionele systeem. Een lagere bezetting zit er dan gewoon niet in.’