NAJK: gebruik reststromen uit horeca voor veevoer en energieopwekking

Meer dan honderd vertegenwoordigers uit de (voedsel)keten bogen zich dinsdag over de kansen die de aanpak van voedselverspilling en -verliezen biedt. Boeren, verwerkers, logistiek, retail, horeca en andere belanghebbenden verkenden mogelijkheden om samen te werken aan een toekomstbestendige voedselketen in Nederland. Het doel is grondstoffen zo volledig en effectief mogelijk te gebruiken en zo hoog mogelijk te verwaarden.

'Veehouders kunnen uitstekend reststromen gebruiken voor veevoer', stelde NAJK-voorzitter Roy Meijer onomwonden. 'Dan is wel de juiste technologie nodig en ruimte van de NVWA om reststromen uit bijvoorbeeld horecakeukens te gebruiken. Daar komt bij dat de reststromen die voor ons bruikbaar zijn, ook interessant zijn voor het opwekken van energie. Dat is een veel lagere verwaarding, maar daar valt nu vaak met hulp van subsidies meer aan te verdienen.'

De voedselverspilling in Nederland bedraagt ongeveer 1,6 miljard kilo, stelt Samen Tegen Voedselverspilling. Dat is een vijfde van al het verwerkte voedsel in Nederland. Sinds de stichting zes jaar geleden begon, is die hoeveelheid met 20 procent gedaald. Om de internationaal afgesproken duurzaamheidsdoelen te behalen – in dit geval de 'Sustainable Development Goal 12.3' voor het halveren van de voedselverspilling in 2030 – is het noodzakelijk de aanpak te verbreden en versnellen.

Verdienmodellen

De deelnemers gingen in gesprek onder begeleiding van het Dialoog Expertisecentrum van RaboResearch. De inbreng van de deelnemers wordt de komende tijd verwerkt tot een toekomstgerichte strategie waarin voedselverspilling wordt voorkomen, verminderd of verwaard. Daarbij hoort aandacht te zijn voor de voedselomgeving, verdienmodellen en voedselzekerheid.

'Over voedselverspilling is eigenlijk geen discussie', zei Alex Datema, directeur Food & Agri Nederland van Rabobank, tijdens de bijeenkomst. 'Er zijn alleen maar winnaars als we hier iets aan doen. Waarom gebeurt het dan vaak niet? Dat heeft alles te maken met de waarde die we aan ons voedsel hechten. Het is nu te interessant om de verliezen te accepteren, omdat het vaak duurder is het alsnog te verwerken.'

Al het voedsel is volgens Datema waardevol. 'Ook wat op het land of in de fabriek achterblijft of om welke reden dan ook niet wordt afgenomen . Laten we die waarde er ook aan geven, dan laten we het niet liggen.'