Utrecht zet stap in promotie lokaal voedsel met 'Broodje Utrecht'

Donderdag zetten partijen als de Jaarbeurs, Nederlandse Spoorwegen, groothandel Udea, lokale platforms als Local2Local, De Lokalist en Oregional, en de provincie zelf hun handtekening onder het convenant.

Bart Kraaijvanger is sinds een jaar actief als 'dealmaker korte keten' namens provincie Utrecht en in die hoedanigheid aanjager van de totstandkoming van het convenant. 'Doel is dat er samenwerking ontstaat', zegt Kraaijvanger. 'Tussen de provincie, partijen die inkopen en producenten. Het convenant is geen doel, maar een middel waarmee we voedselproducenten perspectief willen geven en hun de mogelijkheid willen bieden om stappen op het gebied van duurzaamheid te zetten.'

Volgens Kraaijvanger is het daarbij van belang dat grote afnemers in de keten betrokken worden. 'Producenten willen wel. Die hebben nooit anders gedaan dan produceren waar om gevraagd wordt door de markt. Die markt moet je bij elkaar zien te krijgen. Dat is nu gelukt met een aantal mooie, grote partijen.'

Een van de concrete resultaten die tijdens de ondertekening van het convenant zijn gepresenteerd, was het 'Broodje Utrecht'. Een maandelijks wisselend broodje met overwegend producten uit de provincie. Het eerste broodje bevat brie van boerin Ramona Schalkwijk uit Montfoort. De bedrijfscatering van de Jaarbeurs, provincie en Nederlandse Spoorwegen bieden dit broodje vanaf nu aan bij de medewerkers.

In het provinciehuis in Utrecht wordt het aandeel lokaal voedsel ook vergroot dankzij een samenwerking met leveranciers Local2Local en Oregional.

Onderdeel van oplossing

Utrechts landbouwgedeputeerde Mirjam Sterk (CDA) ondertekende het convenant namens de provincie. Volgens haar is een dergelijk convenant onderdeel van de oplossing voor de vraagstukken in de agrarische sector. 'De oplossing zit in het verbinden van boer, natuur en burgers. Als provincie kunnen we een rol spelen in het bouwen van bruggen, onder meer door korte ketens. Op die manier vergroten we de duurzaamheid van ons voedsel en verkleinen we de afstand tussen boer en burger.'

Sterk stelt dat het convenant pas een eerste stap is en dat de betrokken partijen zeker tegen zaken gaan aanlopen als bestaande contracten en de beschikbaarheid van producten. Maar het belangrijkste is dat er beweging is, dat partijen zich actief gaan inzetten om het aandeel lokaal geproduceerd voedsel te vergroten. 'Het is best uniek wat we hier doen en het is goed dat we nu dit proces met elkaar ingaan.'

Gevraagd naar de toekomst zegt de gedeputeerde een landelijk gebied voor zich te zien waar agrariërs actief zijn op een duurzame manier. 'Daarbij is het vanzelfsprekend dat we duurzaam eten.'