'Bodem doet meer dan we ons voorstelden'

In het project Vitaliteit voor land en plant werken de Noord-Hollandse loonwerker Jan Blankendaal in Spierdijk, bollenteler Ton Bruin in 't Veld en melkveehouder Thomas Schenk in Nieuwe Niedorp samen aan een vruchtbaar bodemleven.

%27Bodem+doet+meer+dan+we+ons+voorstelden%27
© Bert Hartman

Doel is een duurzame overgang van grasland naar de wisselteelt van bollen en het drietal is positief verrast door de eerste ervaringen. 'We willen zeker niet te vroeg juichen, maar dat de nieuwe aanpak potentie heeft, staat voor mij vast. De bodem doet meer dan we ons voorstelden', stelt Blankendaal.

In de kantine van bloembollenbedrijf J & T Bruin heeft het gezelschap zich al op tijd verzameld om nog wat ervaringen uit te wisselen. Naast de diverse agrarische tijdschriften liggen er ook wat rapporten en vakboeken op tafel. 'Er is over dit onderwerp al flink wat gepubliceerd. Heel interessant, zeker nu we ons er de afgelopen maanden meer in hebben verdiept', zegt Schenk.

Voor het project zijn bij verschillende ondernemers proefvelden van 1 hectare ingericht. Daar wordt op diverse proefvakken op verschillende manieren grond omgewerkt en worden diverse meststoffen toegevoegd. Proeftuin Vertify Zwaagdijk monitort het geheel. 'Het is nog veel te vroeg om nu al harde conclusies te trekken, maar ik kan niet anders zeggen dan dat ik wel al anders naar bepaalde werkzaamheden ben gaan kijken', geeft Bruin aan.

Als we het land nog beter prepareren, hebben we daar allebei profijt van

Ton Bruin, bollenteler in 't Veld

Volgens Blankendaal is het hoog tijd dat er naar nieuwe methoden wordt gekeken. De ervaren loonwerker heeft gezien hoe de agrarische sector steeds verder is geïntensiveerd. 'Zodoende zijn we de afgelopen vijftig jaar van lieverlee allerlei kunstgrepen gaan toepassen. We raken eigenlijk de basis kwijt. De oude kennis van honderd jaar geleden moet weer op tafel komen.'

Duin knikt: 'Vroeger was er veel meer gewasrotatie op het eigen bedrijf. Nu zijn we allemaal zodanig gespecialiseerd dat we daarvoor dus zijn aangewezen op collega's uit andere sectoren.' Zodoende werkt hij al langer samen met Schenk, waar hij elk jaar verse grond huurt voor de tulpenteelt.

'Die connectie is er al ruim twintig jaar', zegt Duin. 'Zo schuiven ze steeds door op ons land. Voorheen bijna stilzwijgend, maar tegenwoordig hebben we intensiever contact. Ook omdat we de resultaten van proeven bespreken en met elkaar praten over mogelijke verbeteringen.'


Na het openklappen van de koker is goed te zien hoe het is gesteld met de bodemstructuur.
Na het openklappen van de koker is goed te zien hoe het is gesteld met de bodemstructuur. © Bert Hartman

De lange samenwerking zorgt er ook voor dat al zorgvuldig met de grond werd omgesprongen. 'Maar er valt nog veel meer winst te halen, zo lijken de proeven uit te wijzen', vertelt Bruin. 'Als we het land nog beter prepareren voor de ander, hebben we daar allebei profijt van. Een actieve bodem zorgt ervoor dat het gewas beter rendeert, door een betere worteling en rijkere voedingsstoffen. Dat zorgt niet alleen voor sterkere bloembollen, maar dus ook voor beter grasland.'

Daarmee levert een actievere bodem ook een beter rantsoen voor de koeien, vult Schenk aan. 'Dus ook de melkproductie gaat omhoog. Dat alles door bewuster om te gaan met het land en veel meer maatwerk te leveren. Als boeren en tuinders doen we veel werkzaamheden op gevoel en op basis van vaste gebruiken vanuit het verleden. Niet dat die per se fout zijn, maar er speelt veel meer dan we dachten. Daar kunnen we dus ook meer op sturen.'

Belangrijk onderdeel van het project zijn de cursussen om de ervaringen in de proeven beter te kunnen duiden. Duin vindt die bijeenkomsten mateloos interessant, zegt hij. 'Er zijn zulke goede begeleiders bij betrokken, elk met hun specifieke kennis, die diep op de materie ingaan. Vervolgens is het de kunst om dat in praktijk te brengen.'


Resultaten ter plekke zichtbaar

Schenk vult aan: 'Het is een kwestie van constant afwegingen maken. Dat kunnen we nu op die proefvelden uittesten. Het mooie is dat we ter plekke de resultaten zien. Die zijn soms echt verrassend.'

Bruin merkt dat het enthousiasme bij zijn bedrijfsopvolger, zoon Jelle, ook steeds meer toeneemt. 'Die is oprecht geïnteresseerd in de proeven. Vooral ook door de opvallende resultaten. Zo gaan we dit jaar bijvoorbeeld de ecoploeg al op meerdere percelen uitproberen. Gewoon, omdat we benieuwd zijn hoe dat op andere grond uitpakt. Nu we hebben gezien wat dat doet op het proefveld, durf dat ik ook wel elders aan. De grond blijft losser en luchtiger. Dat is goed in natte, maar ook in drogere perioden.'


Nieuwe mindset

Blankendaal bespeurt die gewijzigde mindset ook bij de andere deelnemers. 'Sommigen waren in het begin nog best huiverig. Ook uit angst voor negatieve effecten voor de grond wilden ze het graag zo kleinschalig mogelijk houden, maar er is bij hen nu ook sprake van een kentering.'

Schenk plaatst wel een kanttekening: 'Het moet niet lijken alsof we zoeken naar nieuwe methoden die iedereen zou moeten toepassen. Alsof al het gangbare nu ineens niet meer zou voldoen. Deze aanpak moet een ondernemer wel liggen. Diegenen die het een kans geven, merken vast ook dat ze anders gaan aankijken tegen bepaalde middelen of werkzaamheden.'


Speciale schop

Het enthousiasme zorgde ervoor dat Schenk en Bruin zelf een speciale schop aanschaften waarmee bij de proeven ook de structuur van de bodem wordt bekeken.

Schenk: 'Door een koker in de grond te slaan kan een blok van 40 bij 15 centimeter uit de bodem worden gehaald. Die koker kan worden opengeklapt zodat we precies de structuur van de grond kunnen zien, hoe het bodemleven is en hoe diep de wortels zitten. Dat wil ik zelf op meerdere plekken uitproberen. Het is een perfecte graadmeter om te kijken hoe de grond erbij ligt.'



'We weten nog te weinig wat er speelt onder maaiveld'

Irene Kramer van Mechanisatie Kramer in Burgerbrug is een van de drijvende krachten achter het project Vitaliteit voor Land & Plant. Een workshop over teelttechnieken wekte haar interesse naar de kwaliteit van de bodem. 'Daar besefte ik dat we nog maar weinig weten over welke processen precies onder het maaiveld spelen en hoe we samen kunnen zorgen voor een gezondere bodem.'

Kramers aangewakkerde interesse hangt nauw samen met een grotere hang naar duurzamere landbouwtechnieken. De vraag naar machines voor minimale grondbewerkingen en biodiverser telen neemt toe, merkt ze. 'Zeker in de wisselteelt is het van belang dat ondernemers de grond in goede conditie overdragen aan de volgende gebruiker. Daarom zoeken we naar technische mogelijkheden om minder chemische middelen en kunstmest te gebruiken. Bijvoorbeeld door het grasland niet met glyfosaat te bespuiten, maar door te ecoploegen, biofrezen of schaven.'

Zodra het bladgewas bovenkomt wordt een mix gespoten met allerlei natuurlijke elementen zoals magnesium, zwavel, mangaan en zink, om zo de bodem via de plant te voeden. 'De plant krijgt dit weer terug vanuit die bodem en wordt zo sterker tegen allerlei plagen', aldus Kramer.

Na het rooien van de bollen wordt het perceel voorzien van bokashi of compost en zaait de veehouder een kruidenrijk gewas in. Kramer: 'In de proef monitoren we de verschillende combinaties om te kijken wat het beste werkt.'

Het driejarige project wordt gesubsidieerd door het Europese Landbouwfonds voor Plattelandsontwikkeling en de provincie Noord-Holland.

Lees ook

Marktprijzen

Meer marktprijzen

Laatste nieuws

Nieuwste video's

Kennispartners

Meest gelezen

Nieuw op MechanisatieMarkt.nl

Meer advertenties

Vacatures

Weer

  • Zondag
    15° / 6°
    20 %
  • Maandag
    13° / 9°
    90 %
  • Dinsdag
    10° / 7°
    65 %
Meer weer