Derogatiebeschikking: dit vraagt Europa van Nederlandse boeren

Het concept van de derogatiebeschikking van de Europese Commissie is bekendgemaakt. Daarin staan naast de afbouw van de derogatie ook de andere voorwaarden die Nederland krijgt opgelegd. De beschikking raakt zowel de veehouderij als de plantaardige sectoren.

Derogatiebeschikking%3A+dit+vraagt+Europa+van+Nederlandse+boeren
© Twan Wiermans

De plantaardige sectoren krijgen met de beschikking te maken vanwege het verlagen van de gebruiksnormen voor mest. De veehouderijsectoren krijgen te maken met een verlaging van de mestproductieplafonds. Tot slot zal ook de administratieve last verhoogd worden door invoering van extra voorwaarden op onder meer de registratie van gebruik van mineralen.


Deze beschikking is nog slechts een Engelstalig concept, maar de verwachting is dat de definitieve Nederlandstalige versie niet veel anders zal zijn. Hoewel nog verschillende onderdelen hiervan ingevuld moeten worden, is in ieder geval duidelijk dat dit verstrekkende gevolgen met zich meebrengt voor de agrarische sector. De Europese Commissie legt meer regels op voor toepassing van mest. Verder wordt mestverwerking en -transport beter geregistreerd en gecontroleerd.


Aanwijzen van verontreinigde gebieden

De Europese Commissie wil dat per 1 januari 2024 verontreinigde gebieden worden aangewezen op basis van slechte waterkwaliteit, daarbij wordt ook gekeken naar gebieden met toenemende eutrofiëring. Daarmee wordt bedoeld dat een watergang zo rijk is aan nutriënten dat er een zuurstoftekort in het water ontstaat.


Tot dat deze aanwijzing is gebeurd, zullen vanaf 1 januari 2023 onder de verontreinigde gebieden vallen: de Zuidelijke en Centrale zand- en lössgronden en de gebieden uit de Nationale Analyse Waterkwaliteit (2020, PBL) die een gemiddeld tot slechte waterkwaliteit hebben. In deze verontreinigde gebieden zal de gebruiksnorm stapsgewijs worden verlaagd naar 20 procent minder per 1 januari 2025 ten opzichte van de gestelde gebruiksnormen in het zevende actieprogramma Nitraatrichtlijn.


Afbouw derogatie

De derogatie wordt stapsgewijs afgebouwd. Dat betekent dat de gebruiksnorm wordt verlaagd van 230 kilo stikstof per hectare in verontreinigde gebieden in 2022 naar 190 kg N/hectare in 2025. Voor niet-verontreinigde gebieden ligt de hoeveelheid op respectievelijk 250 kg N/hectare en 200 kg N/hectare. In 2026 is er geen derogatie meer en dus gaat de gebruiksnorm naar 170 kg N/ha.

Een aantal percelen wordt per 1 januari 2023 uitgesloten van derogatie. Het gaat om Grondwaterbeschermingsgebieden en Natura 2000-gebieden. Nog nader te definiëren bufferzones rondom Natura 2000-gebieden worden per 1 januari 2024 uitgesloten van derogatie. Die beoordelling gebeurt volgend jaar in het kader van het Nationaal Programma Landelijk Gebied (NPLG).


Nationaal Programma Landelijk Gebied

Het definiëren daarvan gebeurt volgend jaar in het kader van het Nationaal Programma Landelijk Gebied (NPLG). De grondwaterbeschermingsgebieden zullen ook nog een aanvullend pakket van verplichte maatregelen opgelegd krijgen per 1 januari 2024.

Alle bedrijven dienen een jaarlijks bemestingsplan voorafgaand aan het groeiseizoen op te stellen, inclusief gewasrotatie en geplande bemesting. Per 1 januari 2024 volgt de invoering van een elektronisch bemestingsregister, waarin kunstmestgebruik, mestproductie en mestaanwending worden geregistreerd. Per 1 januari 2025 dienen alle bedrijven dit register te gebruiken.


Mestproductieplafond

De mestproductieplafonds mogen het niveau van 2020 niet overschrijden, zegt de Europese Commissie. In 2025 moeten de productieplafonds zo'n 10 procent lager zijn ten opzichte van 2020, naar 440 miljoen kilo stikstof en 135 miljoen kilo fosfaat. Dit moet het resultaat zijn van de extra maatregelen die in het Addendum op het zevende actieprogramma Nitraatrichtlijn zijn aangekondigd.


Nederland moet meer werk maken van controle om mestfraude tegen te gaan. Dat betekent onder meer de invoering van een realtime en digitaal Vervoersbewijs dierlijke mest (rVDM) per 1 januari 2023. Hierbij gaat er extra aandacht uit naar de gebieden De Peel, Gelderse Vallei en Twente.


Invoering bufferstroken

In Nederland moeten bufferstroken komen langs alle waterlopen waar geen bemesting is toegestaan per 1 januari 2023. Voor stroken langs ecologisch gevoelige waterlopen geldt een buffer van minimaal 5 meter, voor andere waterlopen is dit minimaal 3 meter.

In waterrijke gebieden kan dit tot maximaal 4 procent van het totale areaal oplopen. Als het meer dan 4 procent wordt, dan maximaal 1 meter buffer bij waterlopen niet breder dan 10 meter, maximaal 0,5 meter in gebieden waar het maximum van 1 meter ook de 4 procent overschrijdt en tot slot langs droge waterlopen (droog tussen 1 april en 1 oktober) minimaal 1 meter.


Veedichtheid

In 2019 hadden 18.818 bedrijven met derogatie te maken. Dat staat gelijk aan 44.7 procent van de landbouwgrond in Nederland. Uit de beschikking blijkt ook dat de Europese Commissie de veedichtheid in Nederland te hoog vindt.

Bekijk meer over:

Lees ook

Marktprijzen

Meer marktprijzen

Laatste nieuws

Nieuwste video's

Kennispartners

Meest gelezen

Nieuw op MechanisatieMarkt.nl

Meer advertenties

Vacatures

Weer

  • Vrijdag
    6° / 0°
    85 %
  • Zaterdag
    4° / 0°
    90 %
  • Zondag
    15° / 6°
    85 %
Meer weer