Bodemscheurkalender 2023 verschijnt eind november

Nieuws Akkerbouw Job Hiddink 19 sep 2022 om 15:44uur

BO Akkerbouw, Deltaplan Agrarisch Waterbeheer (DAW) en Wageningen University & Research (WUR) riepen dit voorjaar op om tips aan te dragen voor de Bodemscheurkalender 2023. De kalender zal eind november verschijnen en bij akkerbouwers en melkveehouders in de brievenbus vallen.

Bodemscheurkalender+2023+verschijnt+eind+november

De oproep van de drie partijen resulteerde in enkele tientallen reacties, die deels in de kalender komen. Akkerbouwer Wout Lugtenburg uit het Zuid-Hollandse Geervliet won de beoordeling door het indienen van zijn tip voor de kalender. Deze tip staat op 3 mei: 'Verwacht niet direct resultaat als je start met niet-kerende grondbewerking of minimale grondbewerking; de bodem moet wennen aan je nieuwe manier van werken.'

Volgens de jury is het advies van Lugtenburg praktisch en getuigt het van realisme. 'Het mooie is dat het zowel attendeert op geduld (aanpassingen hebben tijd nodig) als op urgentie (geen tijd te verliezen, want aanpassingen vergen tijd).'

Eind november

De Bodemscheurkalender verschijnt eind november en valt dan bij 9.000 akkerbouwers en bij 15.500 melkveehouders in de brievenbus. Daarnaast vinden duizenden exemplaren hun weg naar studenten en docenten van het hbo en het mbo en via het netwerk van initiatiefnemers BO Akkerbouw, DAW, WUR en Jeen communicatie.

Prijswinnaar Lugtenburg boert in maatschap met zijn vrouw Anneke, zoon Corné en dochter Rosanne op kleigrond van 30 tot 50 procent afslibbaar. Een lezing van bodemexpert René Jochems tien jaar geleden zette hem aan het denken over de gangbare bodemaanpak; ploegen in het najaar en kopeggen in het voorjaar.

Gestopt met ploegen

Drie jaar later stopte Lugtenburg met ploegen en schakelde hij over op de ecoploeg op een deel van de percelen en op niet-kerende grondbewerking op andere percelen. Hij werkt actief aan een positieve organischestofbalans met mengsels van groenbemesters, groencompost uit de regio, vaste rundveemest en vaste paardenmest.

De akkerbouwer koos zelf bodemexpert René Jochems om de profielkuil te steken en te beoordelen. Jochems keek naar twee kuilen, één op een perceel bewerkt met een ecoploeg en één op een perceel die met niet-kerende grondbewerking is bewerkt. Bij beide zijn wormen te vinden en zijn wortels van tarwe goed te zien tot ruim 60 centimeter diep. 'Hier word ik blij van', oordeelt Jochems. Hij adviseerde Lugtenburg overigens het geplande woelen op het niet-kerende perceel achterwege te laten.