Prijs loopt verkoop biologisch vlees voor de voeten

Uit marktonderzoek van afzetorganisatie De Groene Weg blijken versheid, smaak en prijs de belangrijkste pijlers van de aankoop van biologisch vlees, terwijl in de promotie vaak het accent ligt op milieu- en diervriendelijk. 'Dat weten mensen al. Daar hoeven we de nadruk dus niet op te liggen', zegt Bakker. Hij sprak vrijdag tijdens de opening van de biologische varkenshouderij van de familie Exterkate in het Overijsselse Bentelo.

Volgens de directeur van De Groene Weg is de afzet van biologisch vlees vergroten een uitdaging. In 2020 in het eerste coronajaar nam de consumptie van biologisch varkensvlees een vlucht. In het tweede coronajaar zakte de consumptie van biologisch vlees terug naar het oude niveau.

Had de coronapandemie korter geduurd, dan was dat voor de afzet van biologisch vlees beter geweest, is Bakkers overtuiging. 'Iedereen verlangde in dat tweede jaar naar hoe het was voor corona en dat uitte zich ook in het consumptiepatroon', licht hij toe.

Marktaandeel

Biologisch vlees heeft in Nederland een marktaandeel van een kleine 4 procent. De directeur van De Groene Weg noemt dat teleurstellend. 'Dat moet meer worden.' Maar een marktaandeel van 25 procent, waar vicevoorzitter Frans Timmermans van de Europese Commissie zich voor inzet, hoeft volgens hem ook niet. 'Dan gaan er andere krachten spelen die leiden tot een verstoring van de markt. Dat hebben we nog maar kort geleden in Duitsland gezien', zegt Bakker.

Belangrijker dan de productie stimuleren noemt de directeur van De Groene Weg het aanjagen van de biologische consumptie. Vraagt de consument om biologisch vlees, dan volgt de productie automatisch. In Nederland woont ruim de helft van de kopers van biologisch vlees in het westen van het land. Mensen met een hoger inkomen en een kleinere huishouding geven er meer geld aan uit.

Helft naar buitenland

In Nederland is 1 procent van de varkenshouders biologisch en op weekbasis worden een 3.000 biologische varkens geslacht. De helft daarvan wordt in het buitenland afgezet. Bakker: 'Er zou genoeg ruimte moeten zijn om dat allemaal in Nederland te verkopen.' Hij vindt dat de overheid een rol heeft in het stimuleren van de consumptie van biologisch.

Biologische varkenshouders kunnen daarin ook zelf een grote rol spelen. Bakker illustreert dat met de 115 varkenshouders die zijn aangesloten bij De Groene Weg. Wanneer die jaarlijks een open dag organiseren, trekt dat gemiddeld zo'n duizend bezoekers. 'Dan heb je al 115.000 ambassadeurs voor je sector. Wie beter dan de varkenshouder zelf kan het verhaal doen.' De directeur van De Groene Weg noemt dat boerenslimme marketing.

Verbinding met consument

'Biologisch varkens houden betekent voor mij ook weer in verbinding komen met de consument. Die is vervreemd van voedsel', stelt Ruben Exterkate over zijn drijfveren om het gangbare bedrijf om te zetten naar biologisch. Om die reden komt er ook nog een zichtruimte bij zijn bedrijf.

Zijn plan was altijd om het bedrijf verder op te schalen. Het bedrijf had 750 zeugen en de gedachte was om door te groeien naar 3.000 zeugen. De benodigde vergunningen daarvoor waren al in huis en de financiering bij de bank was rond. Toen begon de twijfel. 'Past dit bij mij, bij hoe ik boer wil zijn? Past dit bij de omgeving en bij Nederland?' memoreert Exterkate.

Een intensief half jaar met veel gesprekken met uiteenlopende mensen volgde. De knoop werd doorgehakt: het bedrijf zou worden getransformeerd naar 170 biologische zeugen met 1.000 vleesvarkensplaatsen. 'De wereld verandert en daar moet je niet blind voor zijn', vindt de Twentse ondernemer. In september 2020 startte de familie Exterkate het bedrijf leeg te draaien. In maart 2021 gingen de laatste biggen weg en in juni 2021 werden de eerste biologische biggen geboren.