Bietentelers hebben vooral behoefte aan robuuste rassen

Telers van suikerbieten moeten met steeds meer ziekten en plagen rekening houden bij hun rassenkeuze. Daardoor ontstaat er een toenemende behoefte aan rassen die meer algemeen robuust zijn, een vitaal gewas geven en met een hoge natuurlijke weerbaarheid.

Bietentelers+hebben+vooral+behoefte+aan+robuuste+rassen
© Haijo Dodde

Het veredelen van rassen met meer natuurlijke toleranties tegen een breed scala aan ziekteverwekkers is één van de grote uitdagingen voor veredelaars van suikerbieten. Dit zei Rob van Tetering, algemeen directeur van zaadfirma SESVanderHave vorige week tijdens een symposium van middelenfabrikant Adama over de vergroening van de bietenteelt.

Naast gangbare resistenties zoals tegen rhizomanie, rhizoctonia en bietencysteaaltjes houden bietenveredelaars zich inmiddels ook bezig met onder meer cercospora, vergelingsvirussen en het nieuwe syndroom van laag suiker. Daarnaast introduceerde SESVanderHave afgelopen jaar het eerste suikerbietenras met resistentie tegen het maiswortelknobbelaaltje (Meloidogyne chitwoodi).


Meerdere resistentiebronnen cercospora

Over cercospora zegt Van Tetering dat veredelaars hier al langer naar zoeken, ook in het verleden. 'Er zijn meerdere resistentiebronnen bekend. Groot nadeel van de resistentiegenen van cercospora is dat ze een behoorlijk negatieve invloed hebben op de opbrengst. Na het inkruisen van een resistentie kost het wel enkele jaren voordat de productie weer op niveau is.'

Volgens Van Tetering is een brede veldresistentie tegen cercospora gewenst omdat resistenties die slechts gebaseerd zijn op een enkele gen meer kans geven op doorbraak. 'Voor de beheersing van bladziekten zoals cercospora zien wij het meeste perspectief voor tolerante rassen in combinatie met een robuust bestrijdingssysteem gericht op meerdere bladschimmels.'


Vergeten ziekteverwekkers

De vergelingsvirussen kenmerkt Van Tetering als oude vergeten ziekteverwekkers die weer actueel zijn sinds het bietenzaad niet meer gecoat mag worden met neonicotinoïden. De directeur van SESVanderHave wijst erop dat de afgelopen jaren wel is gebleken dat bij een serieuze aantasting de virussen BYV, BMYV en BChV tot 40 procent opbrengstderving kunnen veroorzaken.

'We hebben oude kweekprogramma's weer opgepakt. Het probleem met de resistenties is tot dusver dat ze vaak niet tegen alle drie voorkomende vergelingsvirussen werken. Verder varieert per seizoen het aandeel van de virussen die de meeste schade veroorzaken. Dat heeft ook te maken met de soorten bladluizen die aanwezig zijn en de virussen overbrengen.'

Net als bij cercospora ziet Van Tetering ook voor vergelingsvirussen een combinatie van tolerante rassen en de toepassing van enkele selectieve middelen als beste bestrijdingsstrategie. De eerste tolerante rassen inmiddels zijn aangemeld voor het officiële rassenonderzoek. 'We moeten echter nog wel aan de slag om de opbrengstverliezen na het inkruisen te compenseren. Betere rassen volgen dus nog.'


Nieuw syndroom in suikerbieten

Een nieuwe en in Nederland nog relatief onbekende ziekte in suikerbieten is het syndroom van laag suikergehalte ofwel Syndrome Basses Richesses (SBR). Deze ziekte wordt veroorzaakt door een bacterie die verspreid wordt door een cicade. Symptomen zijn vergeling en chlorose van oudere bladeren, asymmetrische nieuwe bladeren en necrose van de vaatwortelbundels. Het suikergehalte van aangetaste bieten daalt tot wel 11 procent.

De eerste aantastingen zijn in 2014 waargenomen in Duitsland en inmiddels is SBR bij daar verspreid over het hele land vaak pleksgewijs vastgesteld. Vorig jaar zijn ook aantastingen gevonden op percelen in Polen, Oostenrijk en Zwitserland. De kans is groot dat de bacterie zich de komende jaren ook op Nederlandse percelen laat zien, denkt Van Tetering.

'De Duitse suikerfabrikant Südzucker maakt zich wel degelijk zorgen over de impact van deze nieuwe ziekte vooral vanwege het grote suikerverlies. Vanuit de veredeling hebben we wel de beschikking over genetica die het goed doet tegen SBR. Met een nieuw ras lijken we hier snel op te kunnen anticiperen.'


Beheersing chitwoodi

Voor Nederland is SESVanderHave de eerste zaadfirma die in 2021 een ras heeft kunnen registreren met resistentie tegen Meloidogyne chitwoodi. Het betreffende ras, Redukto, wordt dit jaar op circa 200 hectare geteeld in Nederland, meldt Van Tetering.

'Deze resistentie helpt vooral om het probleem met een chitwoodi-besmetting beheersbaar te maken. De teelt van het ras heeft op de afname van de besmetting ongeveer hetzelfde effect als een jaar braak.'

In eerste instantie hebben vooral pootgoedtelers met probleempercelen en een gevoelig bouwplan interesse in dit nieuwe ras. Van Tetering vertelt dat Redukto nu nog beperkt wordt aangeboden via Cosun Beet Company. 'Dit ras geeft 90 procent van de gemiddelde financiële opbrengst. Op termijn kan het een oplossing zijn voor specifieke percelen, waar nu nauwelijks nog teelt van suikerbieten mogelijk is.'

Lees ook

Marktprijzen

Meer marktprijzen

Laatste nieuws

Nieuwste video's

Kennispartners

Meest gelezen

Nieuw op MechanisatieMarkt.nl

Meer advertenties

Vacatures

Weer

  • Zondag
    15° / 6°
    20 %
  • Maandag
    13° / 9°
    90 %
  • Dinsdag
    10° / 7°
    65 %
Meer weer