WER: investeringen in akkerbouw nemen af, solvabiliteit relatief hoog

Akkerbouwers investeerden in 2020 vooral minder in grond. Daar gaven ze het jaar ervoor gemiddeld nog bijna 40.000 euro aan uit. Mogelijk hebben de dalende investeringen te maken met het achterblijvende financiële resultaat. Dat was in 2019 en 2020 minder dan het goede resultaat in 2018.

Ongeveer 30 procent van de bedrijven investeerde in 2020 meer dan 50.000 euro. 40 procent van de akkerbouwers investeerde voor minder dan 10.000 euro per bedrijf. Waar de investeringen dalen, neemt de gemiddelde balanswaarde van akkerbouwbedrijven de laatste jaren juist toe, blijkt uit de WER-cijfers.

Stijgende grondwaarde

De toename van de balanswaarde is volgens WER vooral toe te schrijven aan de stijgende waarde van grond. Die maakt ruim 70 procent uit van de totale balanswaarde die in 2020 ruim 4,7 miljoen euro bedroeg. Door de toegenomen grondwaarde kwam de solvabiliteit met ruim 80 procent gemiddeld hoog uit.

Uit de WER-gegevens blijkt dat de spreiding in solvabiliteit tussen de bedrijven groot is. 20 procent van de akkerbouwers is vrijwel zonder vreemd vermogen gefinancierd, gezien de solvabiliteit van minimaal 99 procent. In deze groep zitten relatief veel kleine en minder moderne bedrijven. Die investeren minder in vernieuwing van het productieapparaat.

Opvolger

Dat heeft mogelijk te maken met het feit dat er geen opvolger aanwezig is, schrijft WER. Aan de andere kant heeft 20 procent van de bedrijven een solvabiliteit van minder dan 74 procent. Akkerbouwers hebben de laatste jaren gemiddeld ruim 700.000 euro aan langlopende schulden uitstaan.