ZLTO roept Zeeuwen op gebruik te maken van Leader-subsidie

Donderdag was de jaarlijkse Leader-dag in Zeeland. Geïnteresseerden konden projecten bezoeken die een Leader-subsidie hebben ontvangen. Leader is onderdeel van het Europees programma voor plattelandsontwikkeling.

Voor Zeeland zijn meerdere thema's waar initiatieven op moeten aansluiten om voor subsidie in aanmerking te komen. Voor Midden- en Noord-Zeeland zijn dat levende landbouw, samenwerking in vrijetijdseconomie en burgerinitiatieven. Bij levende landbouw gaat het over de positie van de landbouw in de samenleving, waarbij leefbaarheid en natuur in evenwicht blijven.

Thema's Zeeuws-Vlaanderen

De thema's voor Zeeuws-Vlaanderen zijn (landbouw)producten uit Zeeuws-Vlaanderen, lerend werken en zorg voor de streek. Ook vrijetijdseconomie maakt deel uit van de thema's voor Zeeuws-Vlaanderen. Bij (landbouw)producten uit Zeeuws-Vlaanderen kun je denken aan nieuwe verdienmodellen in samenwerking tussen partijen.

De initiatieven moeten aansluiten op de thema's, maar deze zijn breed uit te leggen, zegt Geijs. 'In de praktijk komen de landbouwgerelateerde thema's voor beide Zeeuwse Leader-gebieden grotendeels met elkaar overeen.' Bijvoorbeeld ZVL Friet kreeg een Leader-subsidie. ZVL Friet is vers gesneden frites van Zeeuws-Vlaamse kleiaardappelen rechtstreeks van de boer.

Innovatief

De initiatieven moeten wel innovatief zijn, benadrukt de relatiemanager. 'Projecten die een kopie zijn van wat collega's al hebben, krijgen geen subsidie.'

Geijs zit in de Lokale Actiegroep van beide Leader-gebieden. Deze actiegroep beoordeelt of Zeeuwse initiatieven in aanmerking komen voor een Leader-subsidie. De relatiemanager roept boeren en andere Zeeuwen met innovatieve ideeën op om een beroep te doen op deze subsidiemogelijkheid. 'Er mogen best wel wat meer aanvragen komen.'

Huiverig

Geijs vermoedt dat ondernemers huiverig zijn, omdat ze opzien tegen het werk en de administratie die een subsidieaanvraag met zich meebrengt. Dat is volgens hem niet nodig, want ook de kosten van adviseurs komen in aanmerking voor subsidie. Andere subsidiabele kosten zijn kosten voor onroerende zaken, nieuwe machines en installaties, haalbaarheidsstudies en verwerving van octrooien of licenties.

Vanuit Leader wordt maximaal 60 procent van de kosten van projecten gesubsidieerd tot maximaal 300.000 euro. Daarvan komt de helft van de EU en de helft van een Nederlandse overheid. De aanvrager moet de cofinanciering zelf aanvragen bij een nationale overheid, oftewel een gemeente, waterschap of provincie. De resterende 40 procent van de kosten moeten initiatiefnemers zelf betalen.

Er is een doorlopende openstelling tot en met 31 december 2022 met verschillende ijkmomenten. De Lokale Actiegroep beoordeelt de ingediende projecten inhoudelijk en de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland toetst ze op rechtmatigheid. De adviezen worden aan het college van Gedeputeerde Staten voorgelegd voor toekenning.