Handelsverdragen en landbouw leveren pittig debat op

Een bij vlagen fel debat over de gevolgen van vrijhandelsverdragen voor de land- en tuinbouw is dinsdagavond uitgelopen op een stammenstrijd tussen voor- en tegenstanders. De middenweg wordt bewandeld door partijen die pleiten voor internationale samenwerking om ook elders de landbouw klimaat- en natuurvriendelijker te maken.

Handelsverdragen+en+landbouw+leveren+pittig+debat+op
© Dirk Hol

Initiatiefnemer van het debat was fractievoorzitter Esther Ouwehand van de Partij voor de Dieren. Twee jaar geleden zag zij in het grote Europese boerenprotest tegen vrijhandelsverdragen reden om een debat daarover aan te vragen. Pas deze week stond het op de agenda van de Tweede Kamer, maar een actuele aanleiding ontbrak.

Dinsdagavond liet Ouwehand zich vervangen door fractiegenoot Christine Teunissen die in Caroline van der Plas (BoerBurgerBeweging) een bondgenoot vindt in haar strijd tegen vrijhandelsverdragen. Ook PVV is geen voorstander.


'Door het Ceta-handelsverdrag met Canada raken boeren in de knel. We moeten een einde maken aan die race naar de bodem, boeren verdienen bescherming', aldus Teunissen. 'We moeten met landen afspraken maken over de uitvoering van het klimaatakkoord van Parijs en daarbij is geen plaats voor verdragen waarin we productie-eisen verlagen.'

De gevoeligheden over extra concurrentie snappen we, maar daarom worden er in verdragen quota afgesproken

Tweede Kamerlid Jan Klink (VVD)

Gelijke monniken, gelijke kappen

BoerBurgerBeweging (BBB) is niet tegen de handel in agrarische producten, maar wel tegen de import van producten als plofkip en legbatterijeieren die niet aan de binnenlandse standaarden voldoen. 'We consumeren hier voedsel dat we zelf niet mogen produceren. Handel is prima, maar wel met gelijke monniken, gelijke kappen', aldus Van der Plas.

Tijdens het debat kwamen de drie grote handelsverdragen ter sprake die in de afgelopen jaren de revue zijn gepasseerd. TTIP ging na het aantreden van Donald Trump als president van de Verenigde Staten van tafel. Tegen Mercosur, een verdrag met Zuid-Amerikaanse landen, nam de Tweede Kamer in juni 2020 een motie aan. Ook in andere EU-lidstaten groeit de weerstand, terwijl ook het verzet onder landbouworganisaties groot is. De Nederlandse regering neemt pas een besluit als de definitieve inhoud van de Mercosur-deal bekend is.


Het derde grote handelsverdrag dat momenteel speelt is Ceta, met Canada. Dit is door de Tweede Kamer aangenomen en wacht nog op goedkeuring van de Eerste Kamer.


75 cent van elke euro

VVD en D66 zijn voorstander van vrijhandelsverdragen. VVD-Kamerlid Jan Klink, zelf al vijftien jaar lang melkveehouder, wijst erop dat 75 cent van elke euro die een boer verdient te danken is aan handel met het buitenland. 'Handelsverdragen zijn van groot belang voor Nederland. Ze verhogen de productiestandaarden in andere landen. De gevoeligheden over extra concurrentie snappen we, maar daarom worden er in verdragen quota afgesproken. '

Alexander Hammelburg (D66) noemt de tegenstelling in de Kamer over handelsverdragen 'problematisch'. Volgens hem zijn er in de onderhandelingen met Canada over het Ceta-verdrag grote stappen gezet om afspraken over verduurzaming te maken. 'Onze welvaart hebben we te danken aan handel en dat moeten we andere landen ook gunnen. Handel kan rauwe randjes hebben en die moeten we aanpakken. Boeren die inzetten op natuur en circulariteit moeten ook kunnen exporteren.'

Van der Plas botste met Hammelburg over de halvering van de veestapel waar zijn partij voor pleit. Volgens haar staat dit in contrast met de importen van producten die tegen lagere standaarden dan de Nederlandse worden geproduceerd. 'Hoe legt u dit aan de burger uit?', vroeg het BBB-Kamerlid. Waarop de D66'er BBB verweet het klimaat- en stikstofprobleem te ontkennen.


Nieuwe generatie verdragen

De middenweg in de discussie over vrijhandelsverdragen wordt bewandeld door GroenLinks en Volt. Volgens Kamerlid Marieke Koekoek (Volt) is het tijd voor een nieuwe generatie handelsverdragen waarin handel en duurzame ontwikkeling worden geïntegreerd.

Ook GroenLinks zit op dat spoor. De partij blijft tegen handelsverdragen als Ceta, maar ziet er wel de waarde van in voor boeren in Afrika, zegt Tom van der Lee (GroenLinks). De oud-directeur campagnes van ontwikkelingsorganisatie Oxfam Novib vindt dat die boeren ook moeten kunnen aanhaken bij internationale waardeketens.


'We moeten binnen Europa ieder handelsverdrag toetsen op hoe eerlijk en vrij het is. Nederlandse boeren zijn groot geworden dankzij de handel, maar zitten vast in een onmogelijk verdienmodel. Dat moet veranderen. Maar ook zij zullen in de toekomst handel nodig hebben op eerlijke voorwaarden die goed zijn voor de aarde en de biodiversiteit', aldus Van der Lee.

Het debat werd gevoerd door de Kamercommissie voor Buitenlands handel met demissionair landbouwminister Carola Schouten en de onlangs aangetreden minister van Buitenlandse Handel Tom de Bruijn.


Wegnemen misverstand

De kersverse handelsminister nam eerst een misverstand weg: ook zonder vrijhandelsverdragen wordt internationaal gehandeld. Dat geldt nu voor 67 procent van de handel die de Europese Unie drijft, zegt hij. De afspraken die daarbij gelden zijn opgesteld door de Wereldhandelsorganisatie.

De Bruijn ziet wel een kentering in hoe handelsverdragen worden toegepast. Daar waar ze vroeger vooral handelsbarrières moesten wegnemen en over quota-afspraken gingen, liggen er nu veel vaker doelstellingen op tafel op het gebied van duurzaamheid, klimaat, biodiversiteit en het terugdringen van kinderarbeid.

'Voor sommigen gaat die kentering niet snel genoeg, maar het is onmiskenbaar dat grote stappen worden gemaakt om het handelsbeleid moderner te maken', aldus de bewindsman tijdens zijn eerste optreden in de plenaire zaal van de Tweede Kamer.


Gelijk speelveld borgen

Het boerenprotest van twee jaar geleden is niet aan de Europese Unie voorbijgegaan. In de Green Deal en de boer-tot-bordstrategie zitten onderdelen die Europese producenten beschermen tegen importen met lagere standaarden. Momenteel wordt in Brussel onderzocht hoe Europa zo'n gelijk speelveld kan borgen, zegt Schouten. De uitkomsten van dat onderzoek worden voor de zomer van 2022 verwacht.

De landbouwminister benadrukt dat er landbouwsectoren zijn die een sterke internationale marktpositie hebben, ondanks de hoge Nederlandse standaarden. Ze noemt kaas en groente en fruit. 'Ondanks de hoge eisen zijn deze zeer concurrerend. Deze producenten hebben veel baat bij de handel.'

Bekijk meer over:

Lees ook

Marktprijzen

Meer marktprijzen

Laatste nieuws

Nieuwste video's

Kennispartners

Meest gelezen

Nieuw op MechanisatieMarkt.nl

Meer advertenties

Vacatures

Weer

  • Zondag
    15° / 6°
    20 %
  • Maandag
    13° / 9°
    90 %
  • Dinsdag
    10° / 7°
    65 %
Meer weer