Akkerbouwer Havenga de Poel: 'Stresstest bij zomertarwe is ook goed'

Op de rassenproef zomertarwe van het Louis Bolk Instituut bij Havenga de Poel in Noord-Groningen staan de rassen Saludo, Arabella en Lennox er het mooiste bij. Het mooiste is niet gelijk aan mooi. Door een zaaimachine met een andere rijafstand kon er dit voorjaar op het biologische bedrijf niet worden geschoffeld. 'Kijk niet naar het onkruid', luidde het advies dinsdagavond tijdens de veldexcursie.

De rassenproef staat op een relatief natte plek. Door het koude voorjaar is er weinig mineralisatie geweest, met als gevolg tweewassigheid en soms weinig uitstoeling. Op veel plekken liggen al graankorrels op de grond, terwijl de oogst nog even op zich laat wachten.

Baktarwe van eigen bodem

De proef is bedoeld voor biologische baktarwe van eigen bodem. Havenga de Poel teelt al jaren graan met bakkwaliteit en heeft samen met onderzoeker Abco de Buck van het Louis Bolk Instituut een proef aangelegd met acht rassen en populaties, afkomstig van kleinschalige biologische veredelaars uit Europa.

Bij een populatie gaat het om mengsels van rassen die de eigenschappen (deels) aan elkaar hebben doorgegeven. Vaak is het een steviger gewas en minder fusariumgevoelig, maar de tweewassigheid maakt Jasper Brinks van Agrifirm niet enthousiast.

Kilo's en kwaliteit

Omdat het aantal geschikte rassen voor de biologische teelt beperkt is, is Havenga de Poel blij met de proef van het Louis Bolk Instituut. Bedrijfsmatig teelt hij de rassen Harenda en Lennox. 'Het aantal kilo's en de kwaliteit zijn nog de vraag. Ik hoop 5 ton per hectare', zegt de teler.

Voor de veldexcursie was weinig belangstelling. Veel biologische telers kiezen waarschijnlijk liever voor grasklaver. Grasklaver levert stikstof op en graan kost stikstof. De proef wordt mede gefinancierd door de provincie Groningen en ook uitgevoerd in Zeeland.