Gefertigeerde uien van betere kwaliteit en langer te bewaren

In de proef zijn objecten zonder extra watergift vergeleken met boomberegening, irrigatie en fertigatie. De opbrengstcijfers zijn onmiskenbaar, signaleerde Van Iperen al eerder.

De objecten zonder water produceerden omgerekend 40 ton per hectare, bij alleen water in de druppelslangen liep dit op tot 67 ton en bij water en vloeibare meststoffen zelfs tot 78 ton. De teeltspecialisten Johan Aarnoudse en Mikey Akkermans tekenen hierbij wel aan dat na het droge teeltseizoen van 2020 de verschillen waarschijnlijk wel wat zijn uitvergroot.

Akkermans wijst erop dat tijdens het groeiseizoen al duidelijk was dat het uiengewas in de irrigatie- en fertigatieobjecten zich egaal ontwikkelde, zonder groeischokken. 'De uniformiteit van de uien en de vitaliteit van het gewas zorgden ervoor dat de kiemrustbehandeling veel effectiever kon worden uitgevoerd. Deze uien waren eind maart in de bewaring dan ook nog volledig in kiemrust.'

Van alle proefobjecten zijn monsters in de bewaring gegaan. Bij de eerste meting door onderzoekers van Rusthoeve werd vastgesteld dat de hardheid van de uien na irrigatie en fertigatie beduidend hoger is dan die van de uien uit de andere twee projecten. Aarnoudse vertelt dat nog een tweede meting plaatsvindt. 'De verwachting is dat de verschillen in kwaliteit en bewaarbaarheid alleen maar groter worden.'

Nog veel te ontdekken

Voor de komende jaren is er volgens de teeltspecialisten van Van Iperen als het gaat om irrigatie en fertigatie in uien nog veel te ontdekken. Het onderzoek bij proefboerderij Rusthoeve krijgt daarom ook een vervolg. Aarnoudse veronderstelt dat het wellicht mogelijk is om de uien dichter te zaaien als water en meststoffen naar behoefte kunnen worden toegediend. 'Ik denk dat er dan nog een hogere opbrengst is te realiseren.'

Verder legt Akkermans uit dat de proef in Colijnsplaat ook heeft laten zien dat de aanleg van druppelslangen in een teeltsysteem met vijf rijtjes op 1,5 meter niet handig is. De slangen liggen dan tussen de eerste en het tweede rijtje en tussen het vierde en het vijfde rijtje. 'Daardoor blijft de middelste rij achter in ontwikkeling. Het lijkt voor de uniformiteit dus slimmer om te werken met vier rijtjes.'