Duits kabinet stelt besluit over landbouwakkoord uit

De zestien regionale landbouwministers van CDU, SPD, Groenen en FDP vinden dat van de EU-landbouwsubsidies 25 procent moet worden geoormerkt voor milieu- en klimaatvriendelijke productiemethoden: de eco-regelingen. Daarmee gaan ze verder dan minister Klöckner en de EU-landen die hooguit 20 procent willen, maar minder ver dan het Europees Parlement (30 procent).

De deelstaten zijn het ook eens geworden over een nieuwe verdeelsleutel voor financiering voor plattelandsontwikkeling (ELFPO). Die bedragen gaan in vier jaar omhoog van 10 naar 15 procent. Volgens berekeningen zal vanaf 2026 in totaal 47 procent van de Duitse GLB-fondsen worden uitbetaald voor de Green Deal en maatregelen uit de boer-tot-bord-strategie.

Niet gemakkelijk

Minister Klöckner betreurde het dat de deelstaatministers niet hadden besloten tot een grote herverdeling naar kleine bedrijven. Klöckner gaf toe dat een verschuiving van 10 procent in rechtstreekse betalingen niet gemakkelijk zou zijn voor de Duitse boeren. 'Er zal veel van hen worden gevraagd.'

De zestien Duitse deelstaten accepteren ook dat in de landbouw de akkerranden (10 procent) onbewerkt moeten blijven en dat het gebruik van chemische bestrijdingsmiddelen moet worden verminderd. Met het akkoord van de zestien deelstaten heeft Klöckner wel een forse politiek-bestuurlijke hindernis genomen. Het compromis betekent dat de Duitse regio's niet langer tegen het EU-onderdeel van het nieuwe landbouwbeleid kunnen zijn.

Maar over een nieuwe Duitse dierenwelzijnswet, de sanering van de veehouderij en hoe dat betaald moet worden, bestaan nog wel grote meningsverschillen. Juist afgelopen dagen werd door een rapport van de Duitse Rekenkamer duidelijk dat de financiële onderbouwing ervan rammelt. Het is de vraag of dat allemaal nog voor het zomerreces en de verkiezingscampagne kan worden afgehandeld.

Massale herschikking

Voorzitter Joachim Rukwied van de Duitse landbouwvakbond Deutscher Bauernverband (DBV) noemt de voorgenomen bezuinigingen op landbouwsubsidies 'pijnlijk'. Hij wijst daarbij op de 'massale herschikking van fondsen van Pijler 1 naar Pijler 2, zonder enige echte garantie dat deze fondsen daadwerkelijk volledig naar de boeren zullen vloeien'.

Volgens de DBV betekenen de verschuivingen een vermindering van 40 procent op de directe betalingen aan boeren. Die pijn kan worden verzacht als de premies in de eco-regelingen daadwerkelijk bij landbouwbedrijven terechtkomen.

Het overleg tussen de Europese Commissie, Landbouwraad en het Europees Parlement is nog niet afgerond. In Brussel verwachten waarnemers dat het compromis van de EU-ministers en het Europees Parlement ook uitkomt op die 25 procent voor de eco-regelingen.