CZAV: voorschot, dagprijs of latere verkoop tarwe

De voorschotprijzen voor deze oogst zijn vastgesteld op 145 euro per 1.000 kilo voor de bak-, maal- en zomertarwe. Dit betreft ruim 90 procent van de innames. Voor voertarwe is er een voorschot van 140 euro en voor gerst 135 euro.

De Coöperatieve Zuidelijke Aan- en Verkoopvereniging (CZAV) geeft aan dat aangesloten telers vanaf nu een keuze kunnen maken tussen voorschot, verkoop tegen dagprijs of verkoop op een later tijdstip. 'Het voorschot is gebaseerd op de huidige dagmarkt en de vooruitzichten op korte termijn. Ondanks dat deze best positief zijn, bieden ze geen garanties.'

Hogere uitbetalingsprijs

Veel graanleveranciers maken gebruik van het verkoopsysteem met voorschot en kans op nabetaling, afhankelijk van het marktverloop. In dit systeem worden de kansen van de markt gecombineerd met snel beschikbare liquide middelen.

Over oogst 2019 ontvingen de telers uit dit systeem een netto-uitbetalingsprijs die 15 euro per 1.000 kilo hoger lag dan de uitbetalingsprijs van andere pools. Dat komt neer op een bedrag van 4 miljoen euro meer uit de markt ten gunste van de telers, laat CZAV weten.

Maal- en baktarwerassen scoren

De graanoogst is tot nu toe vlot verlopen, ziet de coöperatie. 85 procent is binnen. De opbrengsten, die mede zijn bepaald door de omstandigheden tijdens de zaai, de natte winter en een droog voorjaar, komen voor wintertarwe op een meerjarig gemiddelde uit. Wel met een grotere spreiding.

De kwaliteit is heel goed, met hoge hectolitergewichten en een goed eiwit. Vooral de maal- en baktarwerassen scoren hoog op kwaliteit. De opbrengsten zijn beter of gelijk aan de voerrassen. Met de hogere uitbetaling leidt dit tot het beste rendement.

De wintergerst past bij telers die voordeel van werkspreiding meetellen. Het rendement blijft achter bij wintertarwe, licht CZAV toe. Door de genoemde omstandigheden is er minder wintertarwe uitgezaaid, wat is gecompenseerd door meer zomertarwe en zomergerst. Door de late zaaimogelijkheden onder droge omstandigheden, zijn deze laat rijp en lijden veel percelen aan tweewassigheid. 'Dat vraagt om goede oogstomstandigheden', stelt de landbouwcoöperatie.

De relatief vroege oogst van het overgrote deel van het graan biedt telers de mogelijkheid om goed op tijd te bemesten en een groenbemester in te zaaien. Dat is een belangrijke voorbereiding voor het komend seizoen.