Virus en verwacht aanbod leggen druk op tarwemarkt

In Amerika dalen de noteringen voor tarwe vanwege de verwachtingen dat aankopen door China voorlopig kunnen worden uitgesteld, schrijft de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO.nl) in het weekbericht granen. De export van tarwe vanuit de Verenigde Staten verloopt positief. Met 20,9 miljoen ton is er nu in volume al 17 procent meer verkocht naar het buitenland dan vorig jaar tot begin februari.

De Matif in Parijs noteerde maandag 194,75 euro per ton maaltarwe. In Europa is de tarwemarkt behoorlijk stabiel. Dat heeft volgens beursmakelaar De Vries & Westermann onder meer te maken met de relatief zwakke euro ten opzichte van de Amerikaanse dollar. Tarwe uit de Europese Unie heeft daardoor een gunstige concurrentiepositie en dat vertaalt zich in exportcijfers die 25 procent hoger zijn dan het meerjarig gemiddelde.

Kleinere export Rusland

Vanuit Rusland valt de export van tarwe juist tegen vanwege de concurrentie vanuit de Europese Unie en de Verenigde Staten. Een uitvoer van 22,1 miljoen ton tot begin februari is 17 procent lager dan vorig jaar. Rusland heeft daardoor nog veel tarwe op voorraad om de komende periode te verkopen op de wereldmarkt. Analisten verwachten van deze voorraad een negatief effect op de prijsvorming in Rusland zelf en ook in Europa.

RVO.nl meldt dat de export van tarwe vanuit Oekraïne voortvarend verloopt. Tot eind januari staat de exportteller op 15,9 miljoen ton. Dat is 37 procent meer dan vorig jaar en daarmee ligt de export op recordniveau.

Groter areaal India

Voor het seizoen 2020-2021 zijn de eerste vooruitzichten voor de tarweproductie nu al positief. Rusland gaat uit van een productiestijging van 7 procent. In India is 33,6 miljoen hectare tarwe ingezaaid (+12 procent) en wordt een oogst voorspeld van 110 miljoen ton. Dat 8 miljoen ton meer dan in 2019-2020.

Verder daalden in Australië de noteringen voor tarwe na recente regenval. De neerslag verbetert niet alleen de condities voor de inzaai van granen, maar zorgt er ook voor dat Australische veehouders voorlopig minder graan hoeven aan te kopen als aanvullend voer voor hun veestapels.