'Uitje minder voor consument in Senegal'

'Als we in dit tempo uien naar het buitenland blijven verkopen, dan zijn we half februari uitverkocht', verwacht Jan Beemsterboer van exportbedrijf J.P. Beemsterboer Foodtraders in Warmenhuizen.

De uienhandelaar verwijst naar de exportcijfers van GroentenFruit Huis voor de eerste twaalf weken van het afzetseizoen. Daaruit blijkt dat de export tot dusver slechts 8 procent achterblijft ten opzichte van vorig jaar en zelfs voorloopt op het seizoen 2016-2017.

Opmerkelijk exportniveeau

Beemsterboer noemt het opmerkelijk dat het niveau van de export op gemiddeld 20.000 ton per week of hoger uitkomt, ondanks 35 tot 40 procent minder aanbod. 'De komende periode zal het exportvolume geleidelijk wel afnemen. We zullen zeker voor dit jaar markten kwijtraken vanwege het hoge prijsniveau van de Nederlandse uien.'

De iets lagere uienexport voor dit seizoen is tot dit moment in het seizoen vrijwel volledig toe te schrijven aan Senegal. Naar dit West-Afrikaanse land is tot en met week 38 ongeveer 37.300 ton uien verscheept. Dat is 22.000 ton minder dan vorig jaar. Belangrijke oorzaak is volgens Beemsterboer de relatief late openstelling na de zomer van de lokale Senegalese uienmarkt voor buitenlandse uien.

Quotum uieninvoer

'De autoriteiten in Senegal hebben tot eind december weer een quotum voor de invoer van Nederlandse uien afgegeven voor 90.000 ton. Daarna is het afwachten of in januari nogmaals een quotum wordt vastgesteld', zegt Beemsterboer. Overigens gaat de uienhandelaar ervan uit dat met name de Afrikaanse markt zal reageren op de hoge uienprijzen.

'In Senegal hebben consumenten veelal maar een beperkt budget beschikbaar voor hun voedsel. Als de prijzen te hoog zijn, dan zullen ze ervoor kiezen om eenvoudigweg een uitje minder te eten. Verder zien we bijvoorbeeld in Mauritanië dat dit jaar vanwege de lagere prijs meer product aangekocht wordt uit een land als Marokko', verklaart Beemsterboer.

Grotere export naar Ivoorkust

De kleinere afzet naar Senegal wordt enigszins gecompenseerd met voorlopig een grotere export naar Ivoorkust. Naar dit land is de verkoop van Nederlandse uien dit seizoen al vroeg op gang gekomen. Dat resulteert in een exportvolume van 38.400 ton en daarmee is Ivoorkust tot en met week 38 de grootste afnemer van dit seizoen.

'Ten opzichte van Senegal heeft Ivoorkust voor ons het voordeel dat er geen lokale teelt is die door de overheid beschermd wordt. Verder heeft ook dit land een doorvoerfunctie voor achterliggende afzetgebieden', legt Beemsterboer uit.

Apart uienjaar

Voorlopig omschrijft Beemsterboer het seizoen 2018-2019 als een apart uienjaar. 'Het is een jaar van schaarste en dat zijn we niet gewend. We zien nu ook dat uientelers de boel op slot gooien en wachten op nog betere prijzen. Aan de andere kant is er ook zorg vanwege de kwaliteit. Zeker niet overal is de MH-bespuiting dit jaar goed geslaagd.'

Over het aanbod van uien uit andere windstreken zegt de uienhandelaar dat ook de mogelijkheden daarvoor beperkt zijn. 'Heel Europa heeft sowieso minder uien. Verder zal Nieuw-Zeeland ongetwijfeld meer uien gaan uitplanten vanwege de perspectieven op de markt. Maar ook dat zal niet genoeg zijn om de huidige aanvoerdip volledig te compenseren.'

Volgens Beemsterboer zullen exporteurs alle zeilen moeten bijzetten om bestaande klanten goed te bedienen en tevreden te houden. 'Het is in elk geval geen jaar om veel nieuwe markten aan te boren.'

• Bekijk de marktprijzen van uien