Aardappeltelers en industrie willen beter contractmodel

LTO Nederland was vrijdag ook bij dit gesprek betrokken. 'Het blijkt dat het huidige Amerikaanse model van contracten op basis van stabiele productie in Europa niet werkt' zegt voorzitter Jaap van Wenum van LTO vakgroep Akkerbouw.

'In Europa is een ander model nodig. Door schommelingen in de productie wordt met name aan telerszijde onvoldoende marge gemaakt en zijn er bij de fritesindustrie onvoldoende zekerheden over de beschikbaarheid van grondstoffen.'

Goed belegde boterham

De werkgroep nu gaat uitzoeken hoe het huidige contractmodel kan worden aangepast. Deze groep komt in september opnieuw bij elkaar. Van Wenum laat nog in het midden hoe zo'n aanpassing er uit kan zien. 'Maar het doel is een model waarbij alle schakels in de keten een goed belegde boterham kunnen verdienen.'

De aanleiding is de ontstane situatie waarbij aardappeltelers door de droogte niet de gewenste aantallen en kwaliteit kunnen leveren die zij contractueel met de verwerkers zijn overeengekomen. Dit betekent ook dat telers minder geld ontvangen. De verwerkende industrie, verenigd in Vavi, heeft daarentegen moeite om in de behoefte aan voldoende grondstoffen te voorzien. De prijs op de vrije markt loopt op, maar weinig telers hebben aardappelen om aan te aanbieden op de vrije markt.

Huidige contracten

De gesprekken over de lopende contracten wordt ook in september voortgezet. Dan moet duidelijk zijn of er sprake is van 'doorwas', waarbij door regenval uit de oude knol een nieuwe knol wordt gevormd. Dat zou opnieuw tot derving kunnen leiden, maar het is onduidelijk of dat nu speelt.

Van Wenum stelt dat de betrokkenen, telers en verwerkers, in een 'open houding een goed gesprek met elkaar hebben gehad over de situatie op de aardappelmarkt.'