Uiensector twijfelt over nut en noodzaak oogstraming

De aanpassing van de oogstraming voor zaaiuien door het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) zorgt ook dit seizoen voor de nodige discussies. De uiensector plaatst vraagtekens bij de gebruikte methodiek. Verder is het niet altijd duidelijk hoe de CBS-cijfers geïnterpreteerd moeten worden.

Uiensector+twijfelt+over+nut+en+noodzaak+oogstraming
© Studio Kastermans

Akkerbouwer Kees Hanse uit Zierikzee vindt dat de overheid niet moet willen dat de oogstramingen van het CBS invloed hebben op de uienmarkt. Hij reageert op de erkenning van minister Eric Wiebes van Economische Zaken en Klimaat dat dit inderdaad het geval kan zijn. 'De overheid moet de markt met rust laten en telers zeker niet onder druk zetten om hun gegevens te delen.'

Met zijn stevige kritiek op de CBS-cijfers bereikte Hanse vorige maand veel landelijke media. Hij is van mening dat de voorlopige cijfers van oogst 2017 de uienmarkt in oktober al volledig lamlegde. Uiteindelijk bleek in februari dat de uienproductie na uitval ruim 12 procent lager uitviel. 'Maar van de nieuwe marktsituatie kunnen uientelers nauwelijks nog profiteren omdat driekwart van de handel al achter de rug is', verklaart de Zeeuw.

Felle reacties

De reacties op de aanpassing van de oogstcijfers waren extra fel vanwege de matige uienprijzen ondanks de gestaag doorlopende export. Voor de CDA-Kamerleden Jaco Geurts en Joba van den Berg was de commotie aanleiding om vragen te stellen over nut en noodzaak van de CBS-ramingen.

De handel heeft baat bij juiste gegevens om de markt te bedienen

Cor Pierik, woordvoerder Centraal Bureau voor de Statistiek

In zijn antwoorden benadrukt Wiebes dat het verstrekken van voorlopige en definitieve oogstramingen vanuit Brussel wordt opgelegd. De definitieve oogstcijfers van diverse landbouwgewassen gebruikt de Europese Unie voor beheer van interne markten. De voorlopige cijfers zijn input voor berekeningen van de landbouwinkomens in de verschillende lidstaten.

Europese verplichting

Namens LTO-vakgroep Akkerbouw stelt voorzitter Jaap van Wenum dat het gaat om een rare Europese verplichting vanwege de voedselzekerheid die nog dateert uit een ver verleden. 'Er is geen noodzaak om dit te blijven doen en wij pleiten er dan ook voor om te stoppen met de oogstramingen in de huidige vorm.'

Volgens Van Wenum is het beter alleen de definitieve oogstcijfers te publiceren. 'Ik twijfel of de voorlopige oogstraming voldoende representatief is. Ook dit jaar is op de uienmarkt een verkeerde stemming ontstaan op basis van gegevens die niet kloppen. Dan is er wel degelijk sprake van marktverstoring.'

Zelf verantwoordelijk

Directeur Eric Moerdijk van uiensorteerbedrijf Monie Nieuwdorp in Nieuwdorp vindt dat marktpartijen vooral zelf de verantwoording hebben om marktinformatie te verzamelen. Hij heeft geen problemen met de oogstramingen die het CBS publiceert, maar wijst er wel op dat de cijfers op de juiste manier geïnterpreteerd moeten worden.

'Het zijn natuurlijk ramingen en geen harde gegevens. Zeker bij de voorlopige oogstcijfers is er nog sprake van veel onzekere factoren. Deze cijfers geven dan ook vooral een indicatie van de te verwachten oogst', aldus Moerdijk.

Geen geheim

De uienhandelaar stelt dat niet alleen de CBS-cijfers de oorzaak zijn van een negatieve stemming op de uienmarkt. 'De grote oogst van afgelopen jaar was geen geheim en ook geen verrassing. Iedereen in de markt kent de areaalcijfers en kan zelf proefrooiingen doen of op een andere manier inventariseren om de opbrengsten in te schatten.'

Moerdijk vindt dat de Nederlandse uiensector niet al te krampachtig moet doen over het beschikbaar stellen van oogstgegevens. 'We zijn afhankelijk van de wereldmarkt en de invloed van ons eigen aanbod is slechts beperkt. Bovendien willen we ook graag weten hoeveel uien elders in de wereld worden geproduceerd. Dan moeten we niet moeilijk doen over het verspreiden van onze eigen cijfers.'

Niet altijd hoger

De stelling dat de voorlopige oogstraming van het CBS altijd hoger is dan de definitieve raming spreekt Wiebes tegen in zijn antwoordbrief aan de Tweede Kamer. Vanaf 2010 is van voorlopig naar definitief de uienraming vier keer naar beneden bijgesteld, maar ook vier keer naar boven.

Woordvoerder Cor Pierik van het CBS legt uit dat tijdens de inventarisatie voor de voorlopige oogstraming veel gewassen nog niet zijn geoogst en dat de weersomstandigheden na die periode de opbrengst nog kunnen beïnvloeden.

'Bij de definitieve oogstraming stellen we de cijfers bij op basis van geoogst areaal en de bruto-opbrengst per hectare. Voor zaaiuien voegen we nog informatie toe over de uitval. De productie na uitval geeft een beeld van de voorraad verhandelbaar product.'

Verbazing

De CBS-woordvoerder verbaast zich over de verwarring na de publicatie van de uienproductie na uitval. 'Het is logisch dat de bruto-opbrengst lager is, als we de uitval meerekenen. Dit kan voor telers nooit een verrassing zijn, want zij leveren zelf de gegevens voor het berekenen van het percentage uien dat niet meer geschikt is voor consumptie.'

Pierik is ervan overtuigd dat akkerbouwers baat hebben bij adequate marktinformatie, zoals de CBS-cijfers. Het helpt de ondernemers om goede keuzes te maken. 'Indirect is het voor uientelers ook van belang dat exporteurs beschikken over de juiste gegevens om de markt goed te bedienen. Het uienareaal is sinds 2000 bijna verdubbeld en mede dankzij de handel vindt het grote aanbod inmiddels zijn weg naar diverse buitenlandse bestemmingen.'

Lees ook

Marktprijzen

Meer marktprijzen

Laatste nieuws

Nieuwste video's

Kennispartners

Meest gelezen

Nieuw op MechanisatieMarkt.nl

Meer advertenties

Vacatures

Weer

  • Zaterdag
    4° / 0°
    90 %
  • Zondag
    15° / 6°
    85 %
  • Maandag
    13° / 9°
    90 %
Meer weer