In één minuut van big data naar taakkaart

Data verzamelen met een drone is in de praktijk geen probleem en er zijn er al de nodige machines die met een taakkaart plaatsspecifiek kunnen werken. 'De stap ertussen is de bottleneck. Voor het maken van onze eigen dronebeelden hebben we daarom een taakkaartgenerator gemaakt', zegt Bert Rijk van Dronewerkers.

Boeren en tuinders kunnen Dronewerkers inschakelen om met een eBee-drone data te verzamelen. Binnen twee uur zijn de ruwe data voor de klant online beschikbaar. Met de taakkaartgenerator is vervolgens in vier stappen een taakkaart te downloaden. 'Die komt straks beschikbaar voor iedere teler die een dronevlucht besteld', zegt Rijk.

Vier stappen

De eerste stap is het vaststellen van de schaalgrootte van het dronebeeld, bijvoorbeeld op basis van de afstand tussen de spuitsporen. Met de AB-lijn en de omtrek is daarna het perceel vast te leggen. De derde stap is het invoeren van de grootte van de blokken voor de taakkaart. Het vastleggen van de kunstmestgift in vijf zones is de laatste stap.

'De teler kan bijvoorbeeld samen met een teeltadviseur en in combinatie met grondmonsters de gewenste mestgift per zone vaststellen. Het grootste knelpunt is met de taakkaartgenerator weggenomen. Het is een eyeopener om te zien hoe makkelijk een taakkaart is te maken', stelt Rijk.

3D

Een andere ontwikkeling bij Dronewerkers is de zoneringsapplicatie, waarmee lagen met verschillende data zijn te stapelen, verbanden zijn te leggen en in 3D duidelijk zijn te visualiseren. Zo is bijvoorbeeld snel inzichtelijk te maken dat de vochtvoorziening van een perceel vooral op de hellingen een probleem is.

Dronewerkers maakte deze ontwikkelingen vorige week vrijdag bekend bij de presentatie van twee nieuwe deelnemers: Richard Kunis uit Noord-Holland en Jaco Gerritsen uit de Achterhoek. Tegelijk werd bekendgemaakt dat Jacob van den Borne uit Noord-Brabant aspirant-lid is. Daarmee heeft het samenwerkingsverband een nagenoeg landelijke dekking.

Groeikansen

Dronewerkers verricht in loonwerk dronevluchten. Het samenwerkingsverband is in 2014 begonnen met Christel Thijssen, Bert Rijk en Peter Holster. 'De ontwikkelingen gaan sneller dan ik had durven dromen. Sinds de start hebben we met 1.064 vluchten data verzameld van 31.540 hectare. Jaarlijks zitten we nu op ongeveer 10.000 hectare', zegt Thijssen, die ook groeikansen ziet in het buitenland.

Met 60 à 65 procent zijn akkerbouwers de grootste klantengroep. 'Bij melkveehouders gaat het om circa 15 procent, maar hun aandeel zal dit jaar groeien naar 25 à 30 procent', schat Thijssen in. Daarnaast zijn er projecten voor bijvoorbeeld waterschappen en proefvelden.

Een drone kan een belangrijke rol spelen bij proefvelden, denkt Rijk. 'Het gaat vaak om vele veldjes. Het analyseren kost handmatig veel werk en is deels subjectief. Met een drone kunnen we makkelijk en op een objectieve manier informatie verzamelen, de proefveldanalyse kwantitatief maken en de verschillen visualiseren.'

Investeerder

Dronewerker Leks Bolderdijk vindt dat de ontwikkelingen snel gaan. 'Het is al mogelijk om taakkaarten te maken met eenheden van 25 bij 25 centimeter. Dat is bijna op plantniveau. Dit maakt het mogelijk om plaatsspecifiek aardappelopslag te bestrijden in een gewas suikerbieten of ridderzuring in grasland. We zoeken een investeerder die een dergelijke ontwikkeling verder wil brengen.'

Het mooie van Dronewerkers is dat de acht leden allemaal hun specifieke kennis inbrengen. Daar komt de kennis van Van den Borne nog bij. Zijn bedrijf in Noord-Brabant is deels ingericht als praktijkcentrum voor precisielandbouw. 'Het centrum wil precisielandbouw meer bekend maken bij telers, zodat meer collega's ermee aan de slag gaan', zegt hij.

Werkpaard

De Brabantse akkerbouwer kwam in 2010 in contact met de mogelijkheden van een drone en werkt er sinds 2012 intensief mee. Voor het onderzoek gebruikt hij bij voorkeur een multicopter. 'Een multicopter is een drone voor onderzoek. Zo'n drone kan laag vliegen en met één vlucht veel informatie verzamelen. De eBee, waar Dronewerkers mee werkt, is een werkpaard voor veel hectares per uur.'

Zijn akkerbouwbedrijf is met circa 420 hectare geen doorsneebedrijf en Van den Borne is geen gemiddelde akkerbouwer. 'Werken met een drone is voor mij ook een hobby en door de grote oppervlakte kan ik het snel terugverdienen. Vooral variabel doodspuiten van aardappelen is een toepassing waar je veel middel mee kunt besparen.'

Loonwerktak

Volgens de ondernemer is vliegen met een drone niet de toekomst van individuele boeren. Hij wijst op de tiendaagse cursus voor het halen van een vliegbrevet. 'Het zijn de regels van de overheid die deze innovatie nekken. Door de regels is het vliegen met een drone een echte loonwerktak. Daarom hebben we Dronewerkers.'

In de praktijk valt de interesse in precisielandbouw nog tegen. Volgens Corné Kempenaar van Wageningen University & Research heeft dat vooral te maken met de doorvertaling van de data naar toepassingen in het veld. 'Het is te complex. Er is behoefte aan goede rekenregels en er zijn twijfels bij de rendementen.'

Kansen

Op dit moment zorgt precisielandbouw vooral voor besparing op meststoffen en gewasbeschermingsmiddelen. Qua opbrengstverhoging is er ook het nodige mogelijk. Kempenaar: 'Het verschil tussen de potentieel haalbare opbrengst en de opbrengst in de praktijk is zo'n 40 procent. Er liggen dus kansen.'