'Koeientuin versterkt kinderopvang Tierelier'

De melkveehouderij van de Brabantse familie ligt ingeklemd tussen spoorlijn, fietspad en snelweg. Deze ligging zien de ondernemers als kans om de kloof tussen maatschappij en boer te verkleinen. Ze houden zeventig koeien en bezitten 10 hectare grond.

'Wij zien niet zoveel in schaalvergroting', vertelt Jan van Esch. 'We zetten juist in op het verhogen van het welzijn van de dieren. Kinderen zijn onze klanten. Wanneer die het naar hun zin hebben, zijn ouders om. Met 200.000 mensen hier in de buurt valt daarom een goed verdienmodel te creëren.' Dagelijks vangt het stel vijftig kinderen op in het kinderdagverblijf en zeventig kinderen in de buitenschoolse opvang.

Goed uitleggen

De ligboxenstal uit 1969 is hoognodig aan vervanging toe. Van Esch kwam al snel uit op een duurzaam stalconcept. 'Ouders vragen ons vaak waarom onze koeien niet naar buiten gaan en hoe wij met het milieu omgaan. Wij kunnen dat nu goed uitleggen. Maar met een koeientuin wordt het nog zichtbaarder. Mensen kunnen dan zien hoe wij ons bedrijf voeren.' Voor het ondernemersechtpaar ook een reden om serieus na te denken over een boerderijterras en zelf zuivelen.

In september 2015 werd de eerste koeientuin in Groenlo geopend. 'Koeien lopen volledig vrij rond tussen struiken en bomen, een natuurlijk gebeuren. De urine en mest worden gescheiden bij de bron. Daardoor kunnen we de urine gebruiken als kunstmestvervanger in de glastuinbouw en vaste mest uitrijden op het land. De HAS Den Bosch is een onderzoek gestart naar de mogelijkheden.'

Ruimte voor het kind

Het tweetal begon in 2003 met boerderijrecreatie als neventak. In 2008 startte ze als eersten in Noord-Brabant met agrarische kinderopvang. Twee jaar later lieten ze er een stuk bij bouwen.

Met ruimte geven aan de ontwikkeling van het kind willen ze zich onderscheiden van de reguliere opvang, geeft Ingrid van Esch aan. 'Kinderen worden veel te veel gepusht. Dat gaat naar ons idee tegen de natuur in. Wij willen dat kinderen hier hun eigen tempo bepalen.'

Daarnaast zijn de seizoenen een belangrijk onderdeel. De boerderij speelt daar een onlosmakelijke rol in. 'Peuters zien in de moestuin dat vogels de aardbeien opvreten. En wanneer er een kalf is overleden, wordt daarover gesproken. Praten hierover kan een kind helpen wanneer een naaste overlijdt.'

Principeverzoek

Nu het kinderdagverblijf goed loopt, is het tijd om de melkveehouderijtak te optimaliseren. Het principeverzoek voor de koeientuin is de deur uit. Hoewel de wetgeving rond het verwerken van urine nog aangepast moet worden, gaat Van Esch ervan uit dat de stal er gaat komen.

Volgens hem tonen steeds meer boeren belangstelling voor het stalconcept. 'Onze zoon, die aan de HAS studeert, werd niet altijd serieus genomen toen hij over ons project vertelde. Nu zijn de studiegenoten veel enthousiaster.'