Met roofkevers de wolluis te lijf

Holland Strelitzia is voortgekomen uit een gerberakwekerij in De Lier, waar vader Duyvesteijn al was begonnen met de teelt van strelitzia's. In 2006 is het bedrijf gefaseerd verplaatst naar Zevenhuizen. In kassen met een oppervlakte van 2,5 hectare kweekt de familie het nicheproduct, vooral gebruikt als boeketvuller.

'Tijdens de crisis van 2008 merkten we dat het prijsniveau van onze leveranciers omhoog ging', vertelt Roland Duyvesteijn. 'Om dat op te vangen hebben we ingezet op directe verkoop, buiten de klok om. Inmiddels verkopen we het grootste deel van onze bloemen door bemiddeling. We hopen dat percentage de komende jaren verder omhoog te schroeven.'

Sinds 1 oktober 2014 is Holland Strelitzia 'preferred supplier' van Fleurametz. Samen hebben ze een speciale driehoekige puntdoos voor zes strelitzia's ontwikkeld, onder andere voor de bloemistenklok. Daarnaast hebben de Duyvesteijns sinds 1 januari een doos voor zestien bloemen op water, die alleen via bemiddeling naar vaste klanten gaat, met als doel om de bloemen verser te houden.

Geen concessies

De kassen bestaan uit drie delen met elk hun eigen temperatuur: warm, gematigd en koud. 'Vanaf september stoken we in de warme delen, en in een derde van de kas alleen om deze vorstvrij te houden', vertelt broer Barry. 'We leveren in principe jaarrond, maar hebben wel piekperiodes. In het najaar is er veel vraag, terwijl we in de zomer maar mondjesmaat bestellingen krijgen. Gelukkig kunnen we daar redelijk op sturen. We doen in elk geval geen concessies aan kwaliteit.'

In de koude afdeling staan zo'n 60.000 planten die zijn gegroeid uit het zaad dat de broers zeven jaar geleden hebben geplant. 'Met pen en papier zijn we die planten nagelopen en hebben met een marker aangegeven welke we wilden gebruiken voor productie. Die planten hebben we overgezet in potten en gebruiken we als een soort moederplanten. Die scheuren we om ze te vermeerderen.'

Verbeteren

De broers zijn steeds bezig om hun plantenbestand te verbeteren. 'Ook door planten over te nemen van kwekers die hun bedrijf beëindigen', legt Barry uit. 'Planten maken elk jaar een aantal bladeren aan waaruit 'neuzen' groeien die weer meerdere plantjes voortbrengen. Daaruit maken we een selectie: slechtere planten die te weelderig groeien gooien we weg.'

Elk jaar leren ze meer van de teelt. 'In Nederland zijn ongeveer vier andere grote kwekers en een aantal kleinere. In totaal gaat het om 30 tot 40 hectare. Maar onderling is er weinig contact.'

Explosief gegroeid

Duurzaamheid staat bij Holland Strelitzia hoog in het vaandel. 'Biologische teelt is een beetje uit nood geboren. De toegestane middelen zijn minder geschikt voor de strelitzia, omdat je met een spuitpistool niet alle bladeren raakt.'

Anderhalf jaar geleden nam de wolluisdruk, die tot dan toe beheersbaar was geweest, toe. 'In februari 2015 zijn we begonnen met het uitzetten van 400 larven van de cryptolaemus montrouzieri, een roofkever tegen wolluis, in een afgezette testruimte. Na een paar weken dacht ik dat het experiment was mislukt. Maar in juni zag ik plotseling overal larven én kevers; ze waren explosief gegroeid. En tegen de winter was dat deel van de kas voor 95 procent wolluisvrij, terwijl op andere plaatsen het aantal wolluizen was toegenomen.'

Dit jaar zijn in februari 10.000 larven uitgezet en was de wolluisdruk laag. Barry: 'Ik verwacht dat de populatie nu groot genoeg is om het probleem op te lossen. Ik hoop dat er vanzelf een evenwicht ontstaat tussen goede en slechte insecten.'

Verkoopargument

Een gunstig neveneffect is dat de planten beter groeien nu ze met de roofkevers werken. 'En betere planten geven betere bloemen. We gaan zeker door met onze biologische bestrijding. Zo zetten we roofmijten en sluipwespen in tegen spint en luis. Maar met de bestrijding van wolluis lopen we echt voor. Dat is mooi als extra verkoopargument.'

In het verleden hebben de Duyvesteijns lange tijd gebruikgemaakt van een houtkachel. 'Daarmee konden we CO2-neutraal energie opwekken. We hebben daarmee wel kunnen besparen. Maar omdat we hier 30 kilometer vandaan wonen was het gekkenwerk.'

Inmiddels stoken ze weer met gas. 'Maar we willen liever naar een duurzamer energievoorziening. Daarom doen we nu een kleine proef met zonnecollectoren. Dat staat nu nog in de kinderschoenen. Maar als het succesvol is, willen we gaan opschalen.'