Aandeel duurzame energie in Westland kan groter

Dit blijkt uit onderzoek van Wageningen Economic Research in opdracht van de gemeente Westland en de provincie Zuid-Holland.

Van de in totaal 15,8 petajoule (PJ) warmteproductie van de Westlandse glastuinbouw kwam in 2015 bijna 10 PJ, ofwel ruim 60 procent, in aanmerking voor vervanging door een duurzamer alternatief zonder dat dit grote gevolgen heeft voor de technische bedrijfsvoering en bestaande duurzame energieprojecten. Voor 2020 is de totale warmteproductie geschat op 12,1 tot 13,1 PJ en de vervangbare hoeveelheid tussen 2,0 en 7,9 PJ.

Deze daling wordt vooral veroorzaakt door verandering van de sectorsamenstelling en krimp van het areaal, selectievere inzet van warmte, verschuiving van de elektriciteitsproductie met warmtekrachtkoppeling van verkoop naar eigen gebruik vanwege de toenemende belichting, en de realisatie van duurzame energieprojecten. In deze ontwikkelingen volgt de Westlandse glastuinbouw de landelijke trend in de sector, aldus Wageningen Economic Research.

De spreiding in de vervangbare hoeveelheid warmte in de nabije toekomst komt doordat er naast concrete projecten ook nog plannen voor duurzame energieprojecten en gebruik van restwarmte in de Westlandse glastuinbouw op de tekentafel liggen.

Het Westland dat ruim 20 procent van de Nederlandse glastuinbouw huisvest, heeft de ambitie om de duurzaamste glastuinbouwgemeente van Nederland te worden. Een kwantitatief streven is er niet, maar als gekeken wordt naar het aandeel duurzame energie zit de Westlandse glastuinbouw op het gemiddelde van de landelijke glastuinbouw, zegt Wageningen Economic Research. In het Westland zijn de kansen voor verduurzaming het grootst in de noordelijke, oostelijke en zuidelijke gebieden in de gemeente, stellen de onderzoekers.