'Zetmeelgehalte had wat hoger gekund'

Met 27,8 procent was ook het drogestofgehalte van Vedders maiskuil veel te laag. 'Dit terwijl de hakselaar tijdens het oogsten aangaf dat het drogestofgehalte bijna op 34 procent zat. Daar snap ik geen ene moer van.'
Vedders voert de mais nu een maand, maar kan nog niet zeggen wat het met de koeien doet omdat hij sinds enkele dagen in een nieuwe stal melkt. 'De koeien moeten zich eerst aanpassen.'

Ook Willy Aarts uit Hallum heeft een nieuwe stal. 'Het is erg wennen, zeker voor de boer.' Hij voert zijn meetnetkuil nog niet aan de koeien. Eerst moet de aangekochte mais op zijn. Aarts is matig tevreden over de analyse van zijn meetnetkuil. 'Het drogestofpercentage van 34 is best goed, maar een zetmeelgehalte van 300 is laag. Dat had 350 moeten zijn.'

De koeien van Bas Fokkert uit Holthone geven goed melk op de maiskuil, gemiddeld 30 liter per koe per dag. Hij doet aan flatfeeding en voert dagelijks 25 kilo mais, 14 kilo gras en 8 kilo krachtvoer (perspulp en losse grondstoffen) per koe.

Ondanks dat de melkveehouder positief is over zijn mais, wil hij volgend jaar grover hakselen. 'Ik denk dan aan een haksellengte van 22 millimeter in plaats van 8 millimeter. Het blijkt gezonder zijn voor de koe en doordat de passagesnelheid in de pens lager is, zou het voer beter worden benut.'

Terwijl het biologisch telen van mais soms wat lastig is, laat Guido Frijns uit Reimerstok zien dat ook in deze sector een topkuil is te maken. Met 978 VEM is hij dit jaar een van de beteren. Hij moet enkel Jorge Knipscheer voor laten gaan.

Voerhek

Frijns is tevreden over de resultaten aan het voerhek, hoewel hij vooral in de zomerperiode mais voert om het eiwitrijke grasklavermengsel uit de wei aan te vullen. In de winterperiode krijgen zijn koeien 80 procent graskuil. Wel is de kuil van Frijns, die eind oktober is ingekuild, wat aan de droge kant.

Daar kampt ook Jaap Koorn uit Hippolytushoef mee. 'Het voert perfect, koeien eten het goed. We hebben voersnelheid genoeg om broei te voorkomen. Het ontbloten van de kuil gaat met beleid, niet te veel ineens.' Hij voert, gelet op de ruwvoervoorraad, een rantsoen met 60 procent gras en 40 procent mais.

Gerrit de Jong uit Meerkerk ziet dat de kuiluitslag een behoorlijk lagere VEM laat zien dan vorig jaar, toen de kuil op 1.034 uitkwam. 'De laatste jaren waren we gewend om boven de 1.000 VEM uit te komen. Maar de mais is nu prima. Het kuilgras is overigens heel goed.'

Roan van Noye uit Escharen is nog niet aan het voeren van de meetnetmais toegekomen. Hij vindt de kuil wat vochtig, doordat een groenere kuil mee is ingekuild. 'Maar we mogen niet klagen.'