Pilot arbeidsparticipatie krijgt vervolg

Paul LogisterOnder de noemer ‘Agro Werkt Onbeperkt’ wil LTO Nederland in vijf arbeidsmarktregio’s agrariërs en werkzoekenden met elkaar in contact brengen. Doel is een samenwerkingsverband op te zetten dat ontzorgend werkt voor agrarische ondernemers.
Met ‘Agro Werkt Onbeperkt’ anticipeert LTO op de participatiewet, die sinds begin dit jaar de Wet werk en bijstand (WWB), de Wet sociale werkvoorziening (WSW) en een deel van de Wet werk en arbeidsondersteuning jonggehandicapten (Wajong) vervangt.
Met de wet wil het kabinet meer mensen met een ziekte of handicap aan het werk krijgen.

Sociale gezicht

De Limburgse pilot, die een jaar geleden begon, is een succes gebleken, zo vertelt plantenkweker Pieter Lucassen, een van de initiatiefnemers. ‘De pilot heeft uitgepakt zoals we voor ogen hadden’, kijkt hij tevreden terug. ‘We hebben met het project het sociale gezicht van de agrarische sector op de kaart gezet en dat is heel belangrijk.’
Er is bovendien een wereld opengegaan voor de ondernemers én voor de deelnemende gemeenten, UWV en Sociale Dienst. ‘We hebben met beide partijen een gigantisch netwerk op kunnen bouwen. Daar blijven we ook in de toekomst gebruik van maken.’
Lucassen werd indertijd door iemand getipt die hem vertelde dat een WSW’er heel goed binnen zijn bedrijf zou passen. ‘En dat klopte, terwijl ik daar nooit eerder bij stil had gestaan’, geeft hij toe. ‘Een andere Wajonger heb ik toen naar een collega van mij gestuurd en ook die bleek daar helemaal op zijn plek.’

Zes bedrijven

Dit eerste succes was voor LLTB-afdeling Maasduinen aanleiding contact op te nemen met de gemeenten en het UWV om samen een pilot van de grond te krijgen. Momenteel werken er in regio Maasduinen bij zes verschillende bedrijven acht Wajongers.
Het project hoeft geen geld te kosten, maar hoeft ook geen geld op te brengen. ‘Mensen die nergens anders op arbeidsmarkt nodig zijn, zie je bij ons helemaal opbloeien’, vertelt Lucassen enthousiast.
‘Maar het is natuurlijk wel zo dat je niet zomaar iedereen overal kunt plaatsen. Je moet mensen die voor een plek in aanmerking komen, allereerst met de agrarische sector kennis laten maken. En dat vereist een stukje maatwerk. Daar zijn we het afgelopen jaar heel goed in geworden.’