'Winst is denkomslag: routine keizersnede bij vleeskoeien is niet nodig'

'Het fokken op dikke billen heeft geleid tot krappere bekkens, waardoor kalveren moeilijker natuurlijk ter wereld kunnen komen. De politiek bepaalde in 2013 dat een fokverbod moest worden voorbereid voor de rassen Belgisch witblauw en verbeterd roodbont', vertelt Scheer. 'De sector werkt er sindsdien aan om deze vleesveekoeien weer vaker natuurlijk te laten afkalven.'

We hebben een ambitieus doel gesteld. Toch zagen we halverwege het tijdspad al wat ruimere bekkens

Saskia Scheer, projectleider LTO Noord

Hoe is aan dat doel gewerkt?

'Door fabels van feiten te scheiden, data te verzamelen en fokkers goed te informeren. Het is namelijk zeker mogelijk om vleeskoeien natuurlijk te laten afkalven. Een ruimer bekken helpt daarbij. Die bekkens hebben we gemeten. Deze data zijn verwerkt in fokwaarden, we weten welke dieren ruimere bekkens vererven. Zo kun je vooruit fokken op BNL-kenmerken.'

'Verder is gewerkt aan een omslag in denken en management bij fokkers. Vaak wordt routinematig voor een keizersnede gekozen, terwijl je eerst zou moeten kijken of een natuurlijke geboorte een optie is.'

Ging dit allemaal voorspoedig?

'Nou... Er was eerst veel weerstand. Men was bang dat de koeien hun dikke billen kwijt zouden raken en anders werken is altijd lastig. Het onderwerp komt nu op elke stamboekvergadering wel aan de orde en veehouders gaan eerder in gesprek met hun veearts over natuurlijk afkalven. Een belangrijke winst.'

Zijn de doelen allemaal gehaald?

'Het streven bij aanvang was vier keer minder keizersneden na vijftien tot twintig jaar. Dat is een ambitieus doel en kan alleen worden gehaald als alles goed gaat en iedereen meedoet.'

'Daar is de situatie in de sector niet naar, maar er zijn nu – halverwege – al wel wat ruimere bekkens ontstaan. Zeker bij VRB-koeien. Opvallend, omdat het een kleiner stamboek is. Hier mogen we best trots op zijn.'

Hoe gaat het nu verder?

'De bal ligt sinds eind 2023 bij de twee vleesveestamboeken. Zij gaan hiermee verder, in samenwerking met CRV.'