Ctgb past werkwijze aan na uitspraak Europees Hof

Het oordeel van het Europees Hof van Justitie volgt op een verzoek van een Nederlandse rechter in verschillende beroepsprocedures. Het Ctgb wil met het oog op het maatschappelijke belang de huidige werkwijze zo snel mogelijk aanpassen aan de mogelijkheden die de uitspraak biedt.

Daarmee loopt het college vooruit op Europese werkafspraken en het oordeel van de nationale rechter in de nog lopende beroepsprocedures. De nieuwe werkwijze van de toelatingsinstantie geldt voor aanvragen van gewasbeschermingsmiddelen die op 1 november 2024 in behandeling zijn genomen of na deze datum worden ingediend.

Beschikbare kennis

Volgens het hof mag het Ctgb altijd uitgaan van de op het moment van onderzoek beschikbare, relevante, betrouwbare wetenschappelijke en technische kennis. Het Ctgb mag afwijken van die conclusie als een ander lidstaat het middel eerder zonaal beoordeelde en die nieuwe kennis niet meenam. Als het specifiek gaat over nieuwe kennis van hormoonontregelende effecten op de mens, is de toelatingsinstantie zelfs verplicht af te wijken.

Concreet betekent dit dat het Ctgb voortaan bij de middelenbeoordeling kijkt of recent nieuwe, betrouwbare, wetenschappelijke en technische kennis is ontwikkeld over hormoonontregeling bij de mens. Is dat het geval? Dan houdt het Ctgb daar rekening mee.

Verder kondigt het bedrijf aan nieuwe richtsnoeren en methodieken te gebruiken zodra ze worden gepubliceerd door de Europese Autoriteit voor Voedselveiligheid (Efsa) of een vergelijkbare instantie. Ook als deze nog niet definitief zijn vastgesteld.

Strengere richtsnoeren en methodieken

Een belangrijke voorwaarde daarvoor is volgens het Ctgb dat de nieuwe richtsnoeren en methodieken strenger zijn dan de eerder gebruikte varianten en dat het bestaande datapakket kan worden gebruikt. In het toelatingsbesluit wordt gemotiveerd welk richtsnoer en/of methodiek is gebruikt en waarom.

Dat het Ctgb aanvullende of nieuwe kennis meeweegt, is niet helemaal nieuw. Zo kijkt de toelatingsinstantie al naar nationaal specifieke elementen wanneer in Nederland milieu- of gebruiksomstandigheden afwijken van de internationale beoordeling. Het Ctgb kan dan ingrijpen in een bestaande toelating wanneer schadelijke of onaanvaardbare effecten worden gezien of gemeld.