Duurzame leningen Rabobank ook voor akkerbouw en vollegrondsgroente

Vanuit dit fonds verstrekt de bank duurzame leningen met aangepaste betalingstermijnen en lagere rentetarieven. Dit vertelde directeur Food & Agri Alex Datema van Rabobank gisteravond op een bijeenkomst voor akkerbouwers van accountantskantoor Countus in het Flevolandse Urk. Het fonds met een budget van 3 miljard euro was tot dusver vooral bestemd om de verduurzaming van veehouderijbedrijven op gang te helpen.

In de visie van Rabobank is in de verschillende landbouwsectoren een systeemverandering nodig om te kunnen ondernemen binnen de milieugebruiksruimte. Volgens Datema geldt, net als voor de veehouderij, ook voor plantaardige sectoren dat ondernemers zouden moeten investeren in duurzame voedselsystemen en dat een zekere mate van krimp nodig is ten opzichte van de huidige productie-intensiteit.

Datema legt uit dat het stimuleren van de verduurzaming gericht is op vijf transitiepaden: innovatie, verplaatsing, extensivering, omschakeling en staking. 'Voor de akkerbouw, en zeker voor de akkerbouw in de Noordoostpolder, verwachten we ondernemers vooral te kunnen ondersteunen met gunstige leningen als ze investeren in innovatie.'

70 tot 80 procent middelenreductie

Als voorbeeld van verduurzaming op basis van innovatie noemt Datema het terugdringen van het middelenverbruik in de akkerbouw. 'We zijn ervan overtuigd dat een reductie van 70 tot 80 procent mogelijk is met de juiste precisietechnieken en robotisering. Nu zijn de technieken daarvoor nog te duur. Maar wij ondersteunen graag akkerbouwers die bijvoorbeeld een wiedrobot willen aanschaffen of investeren in spotspraying.'

In zijn visie op de landbouw in 2040 spreekt Rabobank over drie dominante bedrijfstypen. Dat zijn hoogproductieve bedrijven met veel hightech, bedrijven met een natuurinclusieve bedrijfsvoering en multifunctionele bedrijven. De onderverdeling van deze bedrijven in de akkerbouw schat Datema grofweg op respectievelijk 50 procent, 30 procent en 20 procent. 'Zeker in de akkerbouw geloven wij in hoogproductieve bedrijven en daar verwachten we ook dat de schaalvergroting verder doorzet.'

De gunstige voorwaarden voor duurzame leningen zijn niet voldoende om de kosten van de verduurzaming te compenseren, dat beseft ook Rabobank. De bank pleit daarom al langer voor het invoeren van een systeem op basis van true value, ofwel het betalen in de keten voor de werkelijke waarde van voedsel. Datema: 'Het moet daarbij zo zijn dat niet-duurzaam geproduceerd voedsel duurder is voor de consument.'

Verdwijnen van de plofkip

Een succesvol voorbeeld van true value noemt Datema het verdwijnen van de plofkip. 'De ondergrens is in de hele keten omhooggehaald en nu ligt er alleen nog duurzaam geproduceerde kip in de supermarkt. Dit is een gevolg van de campagne waarin Wakker Dier de retail aan de schandpaal nagelde. Vervolgens is de keten daar zelf mee aan de slag gegaan. Dit gebeurde zonder inbreng van de overheid, want die heeft geen eenduidig beleid op het gebied van verduurzaming.'

Datema erkent dat het invoeren van true value niet eenvoudig is en zeker niet voor landbouwproducten waarvan de afzet sterk afhankelijk is van internationale invloeden. Voor de akkerbouw is volgens hem het initiatief van fritesfabrikant McCain interessant om regeneratieve maatregelen in de keten te stimuleren. 'We werken daarin mee door ook weer gunstige leningen aan te bieden. Verder voeren we gesprekken met Cosun over het aanjagen van de verduurzaming en de mogelijkheden daarvoor.'