Landbouwexport niet te stuiten en stijgt tot boven 100 miljard euro

De waarde van de Nederlandse landbouwexport kwam in 2021 voor het eerst boven de 100 miljard euro uit. Landbouweconoom Petra Berkhout van Wageningen University & Research (WUR) noemt het opvallend dat, ondanks corona en brexit, het volume en de waarde van de export blijven stijgen.

Landbouwexport+niet+te+stuiten+en+stijgt+tot+boven+100+miljard+euro
© Tony Tati

De waarde van de export was in 2021 9 miljard euro (9,4 procent) hoger dan in 2020. Dat komt door een stijging van de prijzen en het exportvolume. De prijsstijging draagt iets meer bij aan de groei dan het hogere exportvolume. Dat blijkt uit gezamenlijk onderzoek van Wageningen University & Research (WUR) en het Centraal Bureau voor de Statistiek.

Volgens Berkhout, als econoom betrokken bij het onderzoek, is het een voordeel dat de Nederlandse exportmarkt voor veruit het grootste deel uit het Europese achterland bestaat. 'De problemen met de schepen, zeecontainers en vliegtuigen trof een relatief klein deel van de agrarische export. Daardoor zijn de gevolgen van de coronacrisis beperkt gebleven.'



De export naar het Verenigd Koninkrijk stagneerde wel in 2021. Dat komt vooral doordat de wederuitvoer van landbouwgoederen afnam met 35 procent. De landbouwexport van producten die in Nederland worden geproduceerd steeg met 14 procent juist wel fors.

De vraag naar landbouwproducten uit Nederland is nu nog onverminderd, dat zal niet voor niets zijn

Petra Berkhout, landbouweconoom van Wageningen University & Research

Vanwege invoerrechten is het sinds 1 januari aantrekkelijker om goederen van buiten de Europese Unie (EU) direct naar het Verenigd Koninkrijk (VK) te brengen, en niet meer via Nederland. Vanaf 2022 worden Nederlandse producten waarschijnlijk meer getroffen door de brexit. Vanaf dit jaar gelden er namelijk strengere Britse controles op dierlijke en plantaardige producten en zijn er diverse extra douaneformaliteiten bijgekomen.


Nederlandse makelij

Van de exportwaarde van 104,7 miljard euro was 75,7 miljard euro afkomstig van goederen van Nederlandse makelij in 2021. Wederuitvoer is verantwoordelijk voor 29 miljard euro. Dat zijn bijvoorbeeld producten die door Nederlandse bedrijven worden ingeklaard en uitgeleverd aan andere (Europese) landen. De Nederlandse economie verdiende naar schatting 46,1 miljard euro aan de export van landbouwproducten, waarvan 42,1 miljard euro dankzij de export van Nederlandse producten en 4 miljard euro dankzij wederuitvoer.

Een kwart van de landbouwexport ging in 2021 naar Duitsland (26,3 miljard euro) en 12 procent naar België. Frankrijk en het VK waren allebei goed voor 8 procent van de Nederlandse export. Frankrijk is het VK voor het eerst gepasseerd en is nu de derde belangrijkste bestemming voor de Nederlandse landbouwexport.



In euro's gemeten is sierteelt, net als in voorgaande jaren, het belangrijkste landbouwexportproduct. In 2021 werd voor 12 miljard euro aan sierteeltproducten uitgevoerd. Dat is een kwart meer dan in 2020. Deze toename is vooral te verklaren door de sterk gestegen prijzen van bloemen en planten in 2021.

Vlees is het tweede meest uitgevoerde landbouwproduct. De vleesexport nam met 7 procent toe van 8,5 miljard euro in 2020 tot 9,1 miljard euro in 2021. Ook alle andere belangrijke landbouwgoederen noteren een exportgroei. Alleen de export van bereidingen van graan, meel en melk is gekrompen. Een belangrijke oorzaak hiervan is de afname van de export van babymelkpoeder naar China.



In de cijfers is tot nu toe nog niets te zien van de landbouwhervormingen die vanuit politiek Den Haag worden doorgevoerd, zoals kringlooplandbouw. Berkhout: 'Als dat echt zwaar wordt doorgevoerd, zul je dat in de toekomst terugzien in de exportcijfers. De vraag naar landbouwproducten uit Nederland is nu nog onverminderd, dat zal niet voor niets zijn. Blijkbaar is de kwaliteit van de producten goed of kunnen deze in het buitenland minder makkelijk worden geproduceerd.'

Berkhout denkt dat de kans reëel is dat het aandeel wederuitvoer toeneemt als aandeel van de totale landbouwexport, als de Nederlandse agrarische productie afneemt door het nieuwe landbouwbeleid. 'De productie verplaatst dan bijvoorbeeld naar Oost-Europa. De producten die daarvoor nodig zijn gaan dan dus niet naar de Nederlandse bedrijven toe, maar worden op transport gezet richting andere landen.' De productie zal verplaatsen.


Tekst gaat verder onder kader.

Onderzoek Nederlandse sector in internationaal verband

Het onderzoek 'De Nederlandse agrarische sector in internationaal verband' is uitgevoerd door Wageningen Economic Research en het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) met subsidie van het ministerie van LNV. Het onderzoek moet informatie geven voor het maken van overheidsbeleid. Het rapport beschrijft de ontwikkeling van de Nederlandse handel in landbouwproducten in 2021. Het gaat zowel om de landbouwgoederen als de landbouwgerelateerde goederen. Daarnaast gaat het rapport in op hoeveel Nederland verdient aan de landbouwhandel. In het onderzoek wordt dieper ingegaan op de onderwerpen 'één jaar brexit', 'de effecten van de coronapandemie op de handel', 'verschillende vormen van handelsbeleid binnen de landbouw', 'de uiteindelijke bestemming van invoerstromen', 'de import van biologische goederen in de EU vanuit derde landen' en 'handel en welvaart in internationaal perspectief'.

Berkhout: 'Dat kan een politieke keuze zijn. De milieudruk neemt daardoor lokaal af, maar in totaliteit niet. Als je iets wilt doen aan de mondiale milieudruk, moet je wat doen aan de consumptie. Dan is nodig dat je plantaardige consumptie stimuleert ten opzichte van dierlijke.'

De landbouweconoom ziet verder dat er steeds meer aandacht is voor maatschappelijk verantwoord ondernemen. Daarbij gaat het om sociale thema's, zoals kinderarbeid en slechte werkomstandigheden, maar ook om milieuthema's als klimaat en biodiversiteit.


Kans voor Nederland

'De cijfers hierover zijn nog gefragmenteerd en daarom lastig in een overzicht te plaatsen', stelt Berkhout. 'Dat zal nog veranderen door de toegenomen aandacht. Zo is de verwachting dat de Europese Commissie in maart 2022 een richtlijn publiceert die bedrijven in de EU verplicht om verantwoord te ondernemen. Dit kan een voordeel opleveren voor de Nederlandse export. Nederlandse bedrijven scoren hier namelijk goed op. Zo doet de Nederlandse pluimveehouderij het goed op het gebied van dierenwelzijn. Het is dus een kans als de Nederlandse landbouw zich hierin kan onderscheiden.'

Door de versnipperde cijfers over duurzaamheid is er niet zoveel te zeggen over de biologische agrarische export. Over de biologische import zijn de cijfers wel bekend. Daaruit blijkt dat 1,5 procent van het totale invoervolume biologisch was in de jaren 2018-2020. Bananen en veevoer zijn de grootste biologische invoerstromen. Ecuador is voor biologisch het belangrijkste aanvoerland. Nederland is binnen de EU de belangrijkste importeur van biologische producten uit derde landen.



8 trends: grotere rol 'Made in Holland' in landbouwexport


Producten met het stempel 'Made in Holland' hebben verreweg het grootste aandeel in de klinkende cijfers voor de Nederlandse landbouwexport. Hieronder zijn 8 trends over dit onderwerp uiteengezet.

Prijzen stijgen meer dan exportvolume

De Nederlandse export van landbouwgoederen boekt voor het zesde jaar op rij een nieuw record. Uit de voorlopige cijfers van het Centraal Bureau voor de Statistiek blijkt een groei van 9,4 procent naar 104,7 miljard euro. De landbouwexport is onder te verdelen in 75,7 miljard euro goederenexport van Nederlandse makelij en 29 miljard euro wederuitvoer van landbouwgoederen van buitenlandse makelij.

De import van landbouwgoederen komt ook op een nieuw record uit. De importwaarde voor 2021 wordt geraamd op 72,5 miljard euro, een groei van 9,9 procent ten opzichte van 2020 (65,9 miljard euro).

De exportgroei is te danken aan zowel een groter afzetvolume als hogere afzetprijzen. Waarbij de prijzen (+7 procent) harder stegen dan het volume (+3 procent). De wereldmarktprijzen van onder meer suiker, granen, plantaardige oliën, vlees en zuivel liggen op het hoogste niveau in jaren. De prijzen kregen ook een impuls door hogere transportkosten en energieprijzen.

Mooie groei voor 'Made in Holland'

De Nederlandse landbouwexport bestaat uit wederuitvoer van geïmporteerde producten en export van producten van Nederlandse makelij. 'Made in Holland' laat in 2021 een groei van 10,7 procent zien naar 75,7 miljard euro. Producten uit geïmporteerde grondstoffen die hier een intensieve bewerking ondergaan, zoals chocolade, vallen daar ook onder.

De bv Nederland verdient veel meer aan de export van Nederlandse makelij dan aan wederuitvoer. Voor 2021 worden de totale verdiensten vanuit de landbouwexport geraamd op 46,1 miljard euro, waarvan 42,1 miljard dankzij de export van Nederlandse makelij en 4 miljard euro door wederuitvoer. Daarmee komen deze verdiensten, net als de exportwaarde, fors hoger uit in 2021 dan in 2020. In 2021 ligt het aandeel van landbouw in de totale Nederlandse goederenexportverdiensten op 30,7 procent, iets lager dan de 31,2 procent een jaar eerder.

Veel minder varkensvlees en poeder naar China

Na problemen met varkenspest is de productie van varkensvlees in China en omringende landen weer toegenomen. Hierdoor daalde de vraag vanuit deze landen naar varkensvlees uit Europa, waaronder van Nederlandse makelij.

Bovendien waarde de Afrikaanse varkenspest bij wilde zwijnen in Duitsland en Polen nog altijd rond, waardoor er restricties golden voor exporten naar bepaalde landen. De vraag naar varkensvlees is hierdoor afgenomen en de afzetmarkt van varkensvlees in Europa is te klein voor de huidige Europese productie. Dit zet druk op de prijzen van varkensvlees, waardoor de exportwaarde van het vlees sterk daalde.

Een ander product waarvan veel minder naar China ging is melkpoeder. Bij de export van deze groep is één product dominant: babymelkpoeder. In 2021 daalde de export hiervan naar China sterk, met ruim 20 procent. Dit had te maken met logistieke problemen en minder vraag. Onder meer lagere geboortecijfers in China leidden tot een lagere export, na een lange periode van groei. Ook is er meer regionale concurrentie. Royal FrieslandCampina, een van de producenten, schaalde hierdoor de productiecapaciteit af.

Ondanks deze dalingen nam de totale waarde van de vleesexport toe met 7 procent tot 9,1 miljard euro. De exportwaarde van zuivel en eieren nam toe met 5 procent tot 8,7 miljard euro.

Gevolgen brexit goed zichtbaar

De brexit is vooral voelbaar in de wederexport. Goederenstromen die niet van Europese oorsprong zijn die voorheen via de Rotterdamse haven liepen, gaan nu rechtstreeks naar het VK. Zo wordt bespaard op invoerrechten. Het aandeel van wederuitvoer in de totale landbouwexport is door deze ontwikkeling voor het eerst sinds 2016 gedaald, van 28,5 procent in 2020 tot 27,7 procent in 2021.

De landbouwexport van Nederlandse makelij met het VK als bestemming is juist gegroeid in 2021 ten opzichte van 2020 en zelfs iets sterker dan de totale landbouwexport van Nederlandse makelij. Dit is vooral te danken aan de sierteelt.

Hierbij speelt ook dat de Europese Unie (EU) al wel fytosanitaire, veterinaire en administratieve controles handhaaft voor producten uit het VK. De Britten gaan hier pas later dit jaar op handhaven. Daarom kan pas na 2022 duidelijk worden wat precies het brexiteffect is op de landbouwexport.

Tweede coronajaar had minder impact

De handel in landbouwgoederen had minder te lijden onder de coronacrisis dan die van niet-landbouwgoederen, maar tegelijkertijd was de groei in 2021 ook minder. Dat heeft te maken met een geringere conjunctuur- en crisisgevoeligheid bij de handel in voedingsmiddelen.

De handel in landbouwproducten met EU-landen is in coronatijd harder gegroeid dan die met de rest van de wereld. De export van fruit is goed overeind gebleven tijdens de coronapandemie. Voor de exporteurs van sierteelt, vlees, zuivel, eieren en groenten was 2021 minder lastig dan in het eerste coronajaar.

Overigens worden nabijgelegen landen wel belangrijker voor de afzet van landbouwproducten. In 2021 ging een kwart van de landbouwexport naar Duitsland (26,3 miljard euro). België (12 procent), Frankrijk en het VK (elk 8 procent) zijn daarna de belangrijkste bestemmingen. Frankrijk is het VK gepasseerd als derde belangrijkste bestemming voor de Nederlandse landbouwexport.

Nederland grootste importeur biologisch

In de Europese Unie is groeiende aandacht voor biologische landbouw. 25 procent van het Europese landbouwareaal moet in 2030 biologisch zijn. Nu is dat nog 8,5 procent en in Nederland 4,1 procent. Maar de cijfers over productieomstandigheden met betrekking tot bijvoorbeeld klimaat en biodiversiteit zijn op dit moment versnipperd. Als het gaat over biologisch, zijn alleen over de invoer goede data beschikbaar.

Van het totale invoervolume in de EU was 1,5 procent biologisch in de jaren 2018-2020. Bananen en veevoer (perskoeken) zijn de grootste invoerstromen, Ecuador is het belangrijkste aanvoerland. Nederland is binnen de EU de belangrijkste importeur van biologische producten uit derde landen.

Groenten gaan vooral naar buurlanden

De export van groenten is met name gericht op de buurlanden. In 2021 ging ongeveer 57 procent naar Duitsland, het VK en België. Met Frankrijk meegerekend is dit ongeveer 60 procent. Bij de export naar deze landen spelen veelal tomaten, paprika's, aubergines en komkommers een rol. Naar Duitsland nam ook de export van uien, wortelen en prei toe. Naar België steeg de export van poot- en consumptieaardappelen, zoete aardappelen en uien.

Het grootste deel van de geïmporteerde groenten komt uit Europa. Spanje blijft, ondanks een daling van 2 procent, het belangrijkste herkomstland (23 procent). Andere belangrijke herkomstlanden zijn België (18 procent), Duitsland (15 procent) en Frankrijk (6 procent).

Meer dan 10 miljard euro tertiaire export

De export van landbouwgerelateerde goederen, tertiaire producten, was in 2021 goed voor een waarde van 10,6 miljard euro. Dat is 10 procent meer dan in 2020 (9,6 miljard). Tot deze groep producten behoren landbouwmachines en machines voor de voedingsmiddelenindustrie, maar ook bijvoorbeeld meststoffen en gewasbeschermingsmiddelen. Het aandeel van de waarde van landbouwgerelateerde goederen ten opzichte van de totale landbouwexport schommelt al jaren rond de 9 procent en is dus stabiel.

De export van tertiaire producten leunt op veel vertrouwde bestemmingen. De top 5 wordt vertegenwoordigd door Duitsland (15 procent), België en Frankrijk (beide 11 procent) en de Verenigde Staten en het VK (elk 6 procent). Landbouwmachines domineren de export naar Duitsland en het VK. Bij de export naar België en Frankrijk staan meststoffen bovenaan en bij de export naar de Verenigde Staten machines voor de voedingsmiddelenindustrie.

Bij de landbouwgerelateerde goederen groeiden de exportwaarden naar Brazilië (+44 procent) en Frankrijk (+34 procent) het hardst.

Lees ook

Marktprijzen

Meer marktprijzen

Laatste nieuws

Nieuwste video's

Kennispartners

Meest gelezen

Nieuw op MechanisatieMarkt.nl

Meer advertenties

Vacatures

Weer

  • Zaterdag
    4° / 0°
    90 %
  • Zondag
    15° / 6°
    85 %
  • Maandag
    13° / 9°
    90 %
Meer weer