Koeckhoven zet met Ovlac in op vernieuwingen ecoploeg

Als gangbare akkerbouwer in Noord-Holland wilde Frans Koeckhoven het liefst ondiep ploegen en niet met smalle banden in de voor rijden. Op een landbouwbeurs sprak hem de Ovlac-ploeg aan. De eerste die hij uit Spanje importeerde, was voor hemzelf. De ecoploeg past in een systeem met minimale grondbewerking. Door ondieper te ploegen houd je organische stof en bodemleven boven in de grond.

Zijn buren werden enthousiast over het ploegwerk. 'De eerste Ovlac-ploegen heb ik aan de buren verkocht. Het aantal was het eerste jaar beperkt. Ik kan ze op twee handen tellen', zegt Koeckhoven, die het bedrijf Koeckhoven.net oprichtte. 'In het tweede jaar verkochten we tientallen ecoploegen. De jaren daarna verdubbelde het steeds. Gebruikers promoten de ploeg bij buren en vrienden.'

Grond minimaal bewerken

De keuze van Lemken vermindert de belangstelling voor de inzet van ecoploegen niet, constateren de Delphy-adviseurs Herman Krebbers en Jochem Noordermeer. 'Lemken vindt dat je ook met een gewone Juwel-ploeg wel ondiep kunt ploegen', zegt Krebbers. 'Maar als je kijkt naar de verkopen van ecoploegen en de belangstelling voor demonstraties, is er duidelijk aandacht voor machines die de grond minimaal bewerken.'

Bij demonstraties met ecoploegen gaat het vaak om de merken Buonot, Escudero, Kramer, Kuhn en/of Ovlac. Volgens Krebbers is Ovlac in Nederland de meest verkochte ecoploeg. Over de kwaliteit van het ploegwerk zegt Noordermeer: 'Ze doen het allemaal anders en verschillend per grondsoort. Het ene merk is geschikter dan het andere merk en dat is ook afhankelijk van wat de ondernemer wil. Moet het geploegde land bijvoorbeeld open of gesloten liggen?'

Graadmeter

De Rumpstad-ecoploeg van Lemken was volgens Noordermeer op veel demonstraties vaak de graadmeter. 'De ploeg legde de grond mooi vlak en gesloten neer. Ik kreeg het gevoel dat andere merken streefden naar eenzelfde ploegbeeld. De interesse voor ecoploegen blijft en er is voldoende keuze. Wat betreft differentiatie zien we bij Ovlac veel mogelijkheden. Het is jammer dat Lemken ermee is gestopt. Ik zie het als een gemiste kans.'

Krebbers en Noordermeer zien bij de ecoploeg meerdere voordelen: met ondiep ploegen blijven meststoffen, organische stof en bodemleven boven in de bouwvoor, de gewasresten en vanggewassen zijn goed onder te werken en gelijkmatig in de toplaag te verdelen, er is makkelijk een goed zaaibed mee te maken en de kerende werking helpt goed tegen onkruid. Ook de structuur van de ondergrond blijft behouden.

Ondanks die voordelen ziet Lemken te weinig financiële mogelijkheden. Dat roept vragen op. Als zo'n groot merk ermee stopt, blijft er dan wel interesse? Koeckhoven merkt dat er aandacht blijft voor minimale grondbewerking, maar de keuze van Lemken bij potentiële kopers soms wel om extra uitleg vraagt.

Wensen klanten

Koeckhoven importeert al vier jaar lang Ovlac-ploegen uit Spanje en bouwt ze om naar de wensen van de klanten in Nederland. 'Door alle aanpassingen is het eigenlijk geen Ovlac-ploeg meer, maar het gaat nu om een bekend merk en dus laten we het zo', zegt hij. Een achtschaar met een werkbreedte van 3 meter die recht achter de trekker staat en zich makkelijk laat trekken, is het meest verkochte model.

Naast aanpassingen aan de ecoploeg kijkt Koeckhoven naar nieuwe opties. Zo hoopt hij nog meer in te kunnen spelen op de wensen van de klanten. Een bollenteler uit Noord-Holland bewerkt als eerste klant de graszode eerst met een frees. De frees is gemonteerd onder de Ovlac-ploeg, vlak achter de trekker.

De bovenlaag is ook te bewerken met een Italiaanse Moreni-rotorkopeg voor op de trekker. Dit onbekende merk is een bewuste keuze. De Moreni-rotorkopeg heeft met zijn drie tanden per rotor relatief weinig omwentelingen en maakt daardoor de bovenlaag egaal los. De Samurai-tanden maken de machine geschikt om groenbemesters of andere gewassen te mulchen.

Trekkers met rupsbanden

Voor een mooi zaaibed heeft een Ovlac-ecoploeg geen voorschaar nodig. Wie als klant een ploeg met een voorschaar wil, kan sinds kort terecht bij Koeckhoven. Uit de eerste ervaringen blijkt dat daarmee goed 11 à 12 centimeter diep is te ploegen. In de schuur staat een Ovlac-ploeg die onder andere ook geschikt is voor trekkers met rupsbanden. Het frame vangt de schokken bij het sturen op.

Klanten die tijdens het ecoploegen de grond iets dieper willen bewerken, kunnen kiezen voor twee soorten woelertjes onder de ploegristers. 'Dat is goed mogelijk omdat het frame van de Ovlac-ploeg van slijtvast Hardox-staal is gemaakt. Hierdoor kunnen we ook nog drie soorten vorendrukkers monteren', zegt Bram op 't Hof, die ongeveer drie jaar geleden bij Koeckhoven.net in dienst kwam. Hij is akkerbouwer in Flevoland. Daarnaast is zoon Jur Koeckhoven in het bedrijf actief. De volgende generatie die vertrouwen heeft in de Ovlac-ecoploeg.