Boer mag dromen van hogere prijs voor voedsel

Minister Carola Schouten lichtte deze week bij de behandeling van de landbouwbegroting haar inzet toe om mededingingsregels te versoepelen. Binnen de primaire sector moeten meer dan nu krachten kunnen worden gebundeld. Uiteraard omgeven met tal van restricties en voorwaarden.

Het streven is helder. Het consumentenbelang afmeten aan uitsluitend de laagste prijs is te eendimensionaal en leidt tot onwenselijke situaties. Het leidt niet zelden tot een race to the bottom en bij de productie van voedsel – en de impact daarvan op mens, dier en milieu – is meer sturing nodig.

Hoe dan? Schouten wil in 2018 het wetsvoorstel Ruimte voor duurzaamheidsinitiatieven naar de Tweede Kamer sturen. Op onderdelen is al duidelijk wat de wet beoogt. Zeer wezenlijk maar tegelijkertijd uiterst gevoelig is de verwachte verplichting dat duurzaamheidsinvesteringen sectorbreed kunnen worden opgelegd, om freerider-gedrag te voorkomen. Daarover volgt in de sector nog een fel debat.

De Autoriteit Consument en Markt (ACM) moet erop toezien dat boeren daadwerkelijk hogere prijzen ontvangen voor producten waaraan afnemers hogere eisen stellen. De ACM krijgt tevens meer ruimte om in te grijpen bij oneerlijke handelspraktijken.

Het verdienmodel van boeren en tuinders wordt niet radicaal anders door deze nieuwe wet. Marktmechanismen blijven gelden. Het is echter wel een serieuze stap voorwaarts om duurzame investeringen in duurzame opbrengsten te vertalen. Met alle haken en ogen die daaraan ongetwijfeld zullen kleven, is dat betekenisvol.