Slager Hoekstra: 'Via voorstelling Slachtvisite verhaal van vlees vertellen'

Waarom doet u mee aan de theatervoorstelling?

‘Ik wil als slager het verhaal van het vlees vertellen aan de consument. Iedereen in de keten moet een goede boterham verdienen. Het vlees kan daarom niet tegen stuntprijzen worden verkocht. Tegen lage prijzen kan ik niet inkopen.

Iedereen in de keten moet een goede boterham verdienen. Het vlees kan niet tegen stuntprijzen worden verkocht.

Johannes Hoekstra, slager in Leeuwarden

‘Bovendien mogen we ons er meer van bewust zijn wat we eten. Vlees heeft waarde, het is wel een dier dat we opeten.’

Wat merkt u van deze ontwikkeling in uw eigen slagerij?

‘Sinds enkele jaren neemt het aantal klanten af. Waar ik eerder duizend klanten per week telde, ligt dat aantal nu op zevenhonderd. Een verklaring hiervoor is de prijs van het vlees.

‘De omzet nam wel toe, dat lag tien jaar geleden op zo’n 500.000 en steeg naar 700.000 euro per jaar. Mensen komen niet alleen voor gehakt en karbonade, maar ook voor speciale producten.

‘Door de coronacrisis draaien we ongeveer een ton minder omzet. Oorzaak hiervan is dat er nauwelijks barbecues en feestjes zijn geweest.’

Wat willen jullie met de voorstelling bereiken?

‘Bewustwording van de voedselproductie. Het gaat niet alleen over het verhaal van de slager, maar ook dat van de boer, de prijzenoorlog van supermarkten en uitgaven van consumenten aan voedsel. Veel mensen denken dat ze een kwart van hun inkomen aan voedsel besteden, maar dat blijkt gemiddeld slechts 8 procent te zijn.

‘Dat de voorstelling een aanklacht is tegen grootschalige veehouderij, zie ik niet. Sommige zaken worden uitvergroot om de mensen te laten nadenken.’

U bent ook boer. Valt het runnen van een agrarisch bedrijf goed te combineren met de slagerij?

‘Het is druk, maar ik kan rekenen op veel personeel. Op het bedrijf met 60 limousins en 120 schapen in Gaast krijg ik hulp van een medewerker. Het vlees verkoop ik allemaal in de slagerij, waar vier vaste krachten en acht flexkrachten werken.

Als ik eerlijk reken, kan het houden van vleesvee niet uit. Voor mij is boer zijn ook een stuk emotie. Ik ben de vierde generatie. Sinds kort heb ik een kookstudio, Kij & Lekker, op het erf. De cirkel van vee houden, verkopen en eten is nu rond.’