Beregenen zetmeelteelt waardevol

Waterschap Hunze en Aa's is niet ontevreden over het huidige waterakkoord dat de waterhuishouding in Drenthe regelt. 'Daar valt mee te leven, maar na de droogte in 2018 wordt er wel aan getrokken', zegt Sinnema. Hij was maandag met een CDA-delegatie bestaande uit waterschapskandidaten en Statenleden op werkbezoek bij aardappelzetmeelconcern Avebe in Gasselternijveen.

De waterschapsbestuurder vindt het onterecht dat zetmeelaardappelen bij de beoordeling van de mogelijkheden voor beregening worden gezien als een laagwaardig gewas.

Toegevoegde waarde

'Als uien van het boerenerf af gaan, komt er weinig toegevoegde waarde bij. Bij zetmeelaardappelen is dat wel het geval. Avebe verwerkt zetmeel en eiwit in toenemende mate voor food en zorgt voor werkgelegenheid in de regio. Die toegevoegde waarde moet meetellen.'

Sinnema wijst erop dat zetmeelaardappelen en Avebe van groot belang zijn voor de Veenkoloniën. Met de eiwittransitie neemt het belang alleen maar toe. 'Naast de productie van zetmeel haalt Avebe uit dezelfde aardappelen hoogwaardig, plantaardig eiwit zonder dat het extra oppervlakte landbouwgrond kost.'

Volgens Sinnema is Avebe bezig met een relatief duurzame vorm van eiwitproductie. Met onder andere rassenveredeling en precisielandbouw is de productie per hectare te verhogen, met minder input aan gewasbeschermingsmiddelen en/of meststoffen.

Veel puur eiwit

Tijdens het werkbezoek maakte Johan Russchen, directeur public affairs van Avebe, duidelijk dat zetmeelaardappelen met 1,35 procent eiwit ongeveer net zo veel puur eiwit per hectare opleveren als de teelt van soja en veel meer dan lupine. 'Een zetmeelaardappel is dus ook een eiwitgewas en het areaal ligt al in Nederland.'

Russchen vertelde dat Avebe 60 procent van de producten verwerkt in food, 30 procent in non-food en 10 procent in feed. 'We gaan van een tonnenmarkt naar een kilomarkt. Dat komt ook omdat er meer aandacht is voor gezonde voeding en plantaardig eiwit.'

Plantaardig eiwit

Bij een wereldbevolking van 10 miljard mensen in 2050 is het belangrijk om het aandeel plantaardig eiwit te vergroten. Voor 1 kilo dierlijk eiwit is namelijk 3 tot 10 kilo plantaardig eiwit nodig voor voeding van het dier, stelt de rijksoverheid.