'Gele bieten zijn we niet gewend op klei'

'Het seizoen begon mooi. We konden op 17 april zaaien. Eind april volgde een klap water tot 60 millimeter ineens. De plekken die toen slecht waren, zijn slecht gebleven. De structuur is minder.' Bos verwacht al met al een redelijke oogst.

Gedurende de zomer zag de ondernemer de bieten verdrogen. 'Ze zagen geel tot half augustus. We zijn dat niet gewend op de kleigrond. De onderste bladeren waren verdord, vooral op structuurplekken en op een zandruggetje. Nu maken de planten nieuw blad. Eerst kost dat wat suiker, daarna zal dat blad bijdragen aan de productie. In zo'n mooie septemberweek kan een biet nog goed produceren.'

Hazenschade

Typische suikerbietenziektes zoals bladschimmels had Bos goed onder controle. Nieuw voor hem was de hazenschade aan jonge bietenplantjes op de kopeinden. Nu laat hij de bieten zo lang mogelijk doorgroeien, al noemt hij de lichte groeiachterstand van dit jaar 'zeker geen drama'. Half oktober gaan de eerste bieten naar de fabriek. Op herfstdagen met zonlicht en koele nachten maken de planten goed suiker en verbruiken ze weinig.

Bos is bestuurder bij Cosun en praat met veel telers. 'We proberen boervriendelijk om te gaan met een jaar als dit. Het is lastig om de logistiek van de campagne om te gooien. Wel heeft de raad van beheer besloten de leveringsdatum een week te verplaatsen en voor alle telers is een ontheffing van leveringsplicht, als ze ten minste 85 procent van het areaal op basis van hun ledenleveringsbewijzen (LLB's) hebben gezaaid', zegt hij.

'Boeren in Flevoland kunnen 110 tot 120 ton bieten per hectare leveren, maar in het zuiden en het oosten van het land komen opbrengsten van 40 ton voor.'