In razend tempo naar volwaardig bedrijf

In de winter is het wat rustiger op het bedrijf in Escharen. Daan Janssen is net terug uit Frankrijk, waar zijn ouders twee varkensbedrijven hebben. Hij is bezig met de administratie, net als zijn één jaar oudere broer Thijs, die voor de varkenshouderij van het ouderlijk bedrijf heeft gekozen.

Daan Janssen had van jongs af aan meer interesse in de akkerbouw. Maar het akkerbouwareaal op de varkenshouderij van zijn ouders was veel te klein om alleen van te leven. Zodra hij van de middelbare agrarische school (mas) kwam, zette hij daarom in op groei van het areaal. Samen met zijn vader ging hij op zoek naar collega's die land wilden verhuren. Ze vonden dat onder andere bij stoppers, die hun land nog wel wilden houden, en bij veehouders die land overhebben.

Pionieren

In het begin was het vaak pionieren. Nu huurt of pacht de jonge ondernemer het meeste land bij mensen met wie hij al eerder zaken deed. 'We doen graag zaken met mensen die ook graag zaken met ons doen', zegt hij.

De akkerbouwtak is gegroeid tot een volwaardig bedrijf met land van de Duitse grens tot bijna tegen Den Bosch. Janssen wil er niet mee te koop lopen hoe groot het areaal is.

Focus op fritesaardappelen

Bij de jonge Brabantse ondernemer ligt de meeste focus op fritesaardappelen. Daarnaast teelt hij suikerbieten en snijmais. Hij levert al zijn aardappelen aan aardappelverwerker Lamb Weston/Meijer. Janssen teelt diverse rassen, afhankelijk van de grondsoort en de gewenste oogstperiode. Hij heeft een bonte verzameling van grondsoorten, van zand tot zware rivierklei, en hij wil zijn aardappeloogst spreiden over meerdere maanden, van juli tot november. 'We kunnen niet overal tegelijk zijn.'

Samen met zijn afnemer kiest de akkerbouwer de rassen op basis van de grondsoort van de percelen en van de tijd van rooien: 'Voor mij maakt het rassenpakket niet zoveel uit. We telen wat zij willen en waar wij wat aan kunnen verdienen.'

Machines

Janssen doet al het werk zelf, behalve het spuiten en het oogsten. Hij investeerde daarvoor in trekkers, grondbewerkingsmachines, kiepers en beregeningsinstallaties. In het teeltseizoen is er vrijwel continu een medewerker van een loonbedrijf met een spuitmachine op pad om zijn aardappelen te spuiten.

Een eigen spuit zou rendabel kunnen zijn, maar de ondernemer kiest daar voorlopig niet voor. 'Zolang het goed gaat, is het misschien niet nodig. Bovendien kunnen we het spuitwerk er in het voorjaar en het najaar niet bij hebben. We moeten de late rassen nog spuiten, als we de vroege al aan het rooien zijn.'

Aardappelrooier

Ook het rooien doet een loonwerker. Janssen is wel van plan om dit jaar een aardappelrooier aan te schaffen. Hij gaat dan zelf op de rooier zitten. 'Dat vind ik leuk en ik zie dan wat er gebeurt. Bovendien kun je op de rooier ook gewoon bellen en dingen regelen.'

Het scheelt dat de ondernemer tijdens het rooien niet bij het inschuren hoeft te zijn, want hij levert tot nu toe alles afland, rechtstreeks aan de afnemer. Op de varkenshouderij van zijn ouders is wel plek voor zijn machines, maar er is geen bewaarloods. Janssen is wel bezig met een eigen aardappelopslag, maar hij verwacht dat het nog wel even zal duren voordat er een bewaarloods staat, onder andere omdat gemeente Grave daar weinig ruimte voor biedt.

Opslaan

Afnemers stimuleren telers om zelf aardappelen op te slaan. 'We weten dat we wel een keer zelf moeten opslaan', zegt Janssen. 'Maar niet alles kan gelijk.'

De spreiding van de oogst voorkomt dat al het oogstwerk een arbeidspiek oplevert, maar soms komt het wel tegelijk met ander soort werk, zoals met het beregenen. Janssen heeft zeven eigen beregeningshaspels om overal te kunnen beregenen. Als hij in juli de Premières van de zandgrond oogst, is hij tegelijk nog volop aan het beregenen. 'Het is een probleem, nee een uitdaging om dat te combineren.'

Ontwikkelen

De ondernemer ontwikkelt zijn akkerbouwbedrijf gestaag door. Vorig jaar nam hij zijn eerste vaste medewerker in dienst, alleen voor de akkerbouw. Daarnaast helpen een zzp'er en 'een jongen uit het dorp' regelmatig mee. Het vinden van goed personeel vindt hij een uitdaging. 'Er is weinig jeugd die van 6 tot 22 uur wil werken. Dat wordt een probleem.'

Janssen heeft geen uitgetekend plan voor de toekomst. Dit jaar komt er waarschijnlijk een aardappelrooier en in de komende jaren staat een bewaarplaats op het programma, maar verder wil hij niet te ver vooruitkijken. 'Ik kijk van jaar tot jaar hoe het loopt. Elk jaar is anders, elk jaar is een uitdaging. Dat is niet te voorspellen.'